Centraal Bureau voor de Statistiek

Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht

PB06-012
9 februari 2006

Inflatie daalt sterk in januari 2006

De inflatie is in januari 2006 uitgekomen op 1,3 procent. Dat is een forse daling ten opzichte van december. Toen lagen de prijzen nog 2,0 procent hoger dan een jaar eerder. De daling wordt veroorzaakt door de afschaffing van het gebruikersdeel van de onroerendezaakbelasting, een verminderde ouderlijke bijdrage aan de kosten van kinderopvang en de prijsontwikkeling van gas en elektriciteit. Dit blijkt uit het consumentenprijsindexcijfer (CPI) van het CBS.

De inflatie volgens de Europees geharmoniseerde methode (HICP) kwam in januari 2006 uit op 1,8 procent.

Overheidsmaatregelen drukken inflatie fors De daling van de inflatie is grotendeels toe te schrijven aan de afschaffing van het gebruikersdeel van de onroerendezaakbelasting (OZB). Deze maatregel draagt voor bijna 0,5 procentpunt bij aan de daling. Het gemiddelde tarief voor alle consumptiegebonden belastingen, zoals OZB, rioolbelasting, reinigingsrechten, hondenbelasting en motorrijtuigenbelasting, is door de afschaffing van de OZB weer terug op het niveau van 2000. De overheidsbijdrage aan de kosten van kinderopvang steeg fors. Hierdoor daalde de eigen bijdrage van ouders. De prijsindex voor sociale bescherming was hierdoor 11 procent lager. Dit droeg voor bijna 0,2 procentpunt bij aan de daling van de inflatie.
De inflatie werd bovendien licht gedrukt door de prijsverlaging van sterke drank na een verlaging van de accijns.

Sterke prijsstijging gas en elektriciteit, maar minder dan in 2005 ln.... Elektriciteit was 5,7 procent duurder dan in december en gas 8,5 procent. De tarieven voor gas en elektriciteit zijn in januari 2006 weer flink verhoogd. Toch heeft de prijsontwikkeling van gas en elektriciteit een drukkend effect op sbc....
de inflatie. In januari 2005 was de verhoging van de tarieven namelijk nog sterker. Toen werden elektriciteit en gas respectievelijk 8,0 en 15,5 procent duurder.
w Voeding en alcoholvrije dranken duurder w Voedingsmiddelen en alcoholvrije dranken waren in januari duurder dan in december. De prijsstijging van voeding wordt voor een belangrijk deel w veroorzaakt door hogere prijzen van verse groenten. In vergelijking met een CBS Persbericht PB06-012 pagina 1 van 9

jaar eerder zijn voedingsmiddelen en alcoholvrije dranken 1,4 procent duurder. Daarmee gaat deze prijsstijging net boven de inflatie uit. Het is de eerste keer sinds oktober 2003 dat dit gebeurt.

Inflatie volgens Europese methode 1,8 procent
De Nederlandse inflatie volgens de Europees geharmoniseerde methode (HICP) is in januari 2006 uitgekomen op 1,8 procent. In december was dit nog 2,0 procent.
Het verschil tussen de ontwikkeling van de inflatie volgens de nationale CPI en de HICP komt vooral doordat de onroerendezaakbelasting volgens de Europese regels niet in het mandje van de HICP meetelt. Een tweede oorzaak is dat een deel van de gezondheidszorg en de particuliere zorgverzekeringen wel in de HICP meetellen, maar niet in de nationale CPI.

Technische toelichting
Meer informatie
Dit persbericht is een onderdeel van de berichtgeving van het CBS over de Nederlandse conjunctuur. Voor meer informatie verwijzen wij u naar het Conjunctuurbericht op de CBS-website. Hierin wordt een actueel, totaal en samenhangend beeld van de conjunctuur gepresenteerd. Het Conjunctuurbericht wordt enkele uren na het uitkomen van dit persbericht bijgewerkt met de laatste stand van zaken. Via de CBS-website (Informatie voor/Publiek/Abonnementen) kunt u zich aanmelden voor een gratis email- abonnement.
Inflatie
De inflatie in Nederland wordt gemeten als de stijging van de consumentenprijsindex ten opzichte van de overeenkomstige periode in het voorgaande jaar. De consumentenprijsindex (CPI) geeft het prijsverloop weer van een pakket goederen en diensten, zoals dit gemiddeld werd aangeschaft door huishoudens in Nederland. De gemiddelde prijsverandering heeft betrekking op het consumptiepakket van alle huishoudens. De reeks is vanaf 2003 gebaseerd op het consumptiepakket uit het jaar 2000. Meer achtergrondinformatie over de consumentenprijsindex is te vinden op de CBS website.

Afschaffing gebruikersdeel onroerendezaakbelasting De onroerendezaakbelasting voor woningen bestond uit twee gedeelten. Een deel werd geheven bij de gebruiker van de woning. Deze heffing maakte deel uit van de CPI, en is per januari 2006 afgeschaft. Dit zorgt voor een lager inflatiecijfer. Daarnaast is er een heffing bij de eigenaar van de woning. Deze blijft bestaan, maar maakt geen deel uit van de CPI. De reden hiervoor is dat de kosten van eigen woningen via de huurequivalentiemethode worden gemeten. In deze methode zijn alle kosten voor de eigen woning, waaronder aankoop, aankoopkosten, onderhoud en belastingen voor de eigenaar verrekend.

CBS Persbericht PB06-012 pagina 2 van 9

Nieuw zorgverzekeringsstelsel
De invoering van het nieuwe stelsel van zorgverzekeringen heeft vrijwel geen invloed op de uitkomsten van de CPI en de HICP. De effecten van het nieuwe stelsel op besteedbaar inkomen en koopkracht zijn door het CBS nog niet gemeten. Een toelichting op de achtergronden is opgenomen in het artikel `Het nieuwe zorgverzekeringsstelsel en de consumentenprijsindexcijfers' op de website van het CBS.
Afgeleide consumentenprijsindex
In de afgeleide consumentenprijsindices van het CBS is het effect van veranderingen in de tarieven van de productgebonden belastingen en subsidies en van de consumptiegebonden belastingen uit de prijsontwikkeling geëlimineerd.
Europees geharmoniseerde consumentenprijsindex (HICP) De geharmoniseerde indices dienen speciaal voor het vergelijken van de inflatie tussen de lidstaten van de Europese Unie. De consumentenprijsindex voor de monetaire unie (de MUICP) geeft de gemiddelde prijsontwikkeling weer in de twaalf landen die deelnemen aan de Economische en Monetaire Unie, ofwel de Eurozone. Het EICP-cijfer geeft de gemiddelde prijsontwikkeling weer in de 25 landen van de Europese Unie. De uitkomsten over januari 2006 voor de afzonderlijke landen van de Europese Unie zullen op 28 februari worden gepubliceerd door Eurostat. Met ingang van januari 2006 is de HICP omgezet van een reeks met referentiejaar 1996 = 100 naar een reeks met 2005 = 100. Tevens worden de indexcijfers van de HICP met 2 decimalen gepubliceerd. Van de 117 inflatie- uitkomsten in de reeks 2005 = 100 zijn er 6 anders dan in de reeks 1996 = 100. De verschillen zijn volledig toe te schrijven aan afrondingsverschillen. Een toelichting op deze wijzigingen is beschikbaar in het artikel `De wijziging van het referentiejaar van de geharmoniseerde consumentenprijsindex' op de website van het CBS.
Voorlopige uitkomsten
De uitkomsten over de consumentenprijsindex zijn in de regel één maand voorlopig. Cijfers kunnen worden aangepast op grond van nagekomen gegevens. De HICP-uitkomsten over december 2005 en het jaar 2005, volgens de reeks 1996=100, zijn op 19 januari ongewijzigd definitief vastgesteld en gepubliceerd door Eurostat.
CBS Persbericht PB06-012 pagina 3 van 9

Inflatie, historische reeks

Jan. Febr. Maart April Mei Juni Juli Aug. Sept. Okt. Nov. Dec. Jaar in procenten
1989 0,8 0,9 0,8 1,1 1,0 1,0 1,1 1,1 1,3 1,4 1,2 1,3 1,1 1990 2,2 2,3 2,3 2,2 2,3 2,3 2,4 2,4 2,7 2,9 2,8 2,6 2,5 1991 3,2 2,9 3,2 3,1 3,2 3,4 4,5 4,6 4,4 4,5 4,8 4,9 3,9 1992 4,1 4,4 4,2 4,4 4,2 4,0 3,1 3,5 3,4 3,0 2,9 2,6 3,7 1993 2,5 2,4 2,3 2,3 2,3 2,1 2,2 2,0 1,8 1,9 1,7 1,7 2,1 1994 2,4 3,0 2,9 2,8 2,9 3,0 2,7 2,6 2,7 2,8 2,5 2,6 2,7 1995 2,4 2,4 2,3 2,3 2,1 2,1 1,8 1,5 1,5 1,3 1,6 1,7 2,0 1996 1,9 1,8 2,0 2,0 2,0 1,8 2,2 1,9 2,0 2,4 2,3 2,5 2,1 1997 2,3 2,2 2,0 1,8 2,2 2,2 2,3 2,6 2,6 2,3 2,5 2,3 2,2 1998 1,8 2,2 2,3 2,4 2,0 2,2 2,0 1,7 1,7 1,9 1,7 1,7 2,0 1999 2,2 2,1 2,2 2,2 2,3 2,3 2,1 2,6 2,2 2,1 2,2 2,2 2,2 2000 2,0 2,0 1,9 2,1 2,4 2,7 2,8 2,5 2,9 3,1 3,0 2,9 2,6 2001 4,2 4,5 4,6 4,9 4,9 4,5 4,6 4,7 4,7 4,3 4,2 4,4 4,5 2002 4,0 3,8 3,6 3,6 3,3 3,4 3,4 3,3 3,3 3,2 3,1 3,1 3,4 2003 2,4 2,4 2,4 2,1 2,0 2,0 2,1 2,1 2,0 2,0 2,0 1,7 2,1 2004 1,3 1,2 1,1 1,4 1,5 1,4 1,1 1,1 1,0 1,4 1,3 1,2 1,2 2005 1,5 1,6 1,8 1,5 1,3 1,6 1,6 1,8 1,8 1,6 1,8 2,0 1,7 2006 1,3 *)

*) Voorlopige cijfers.
NB. Van jan. 1989 ­ jan. 1994: reeks werknemers met een laag inkomen 1985=100 Van febr. 1994 ­ sep. 1997: reeks alle huishoudens 1990=100 Van okt. 1997 ­ dec. 2002: reeks alle huishoudens 1995=100 Van jan. 2003 tot heden: reeks alle huishoudens 2000=100 Bron: CBS
Prijsstijging en bijdrage aan inflatie van enkele artikelgroepen, CPI-Reeks 2000=100 2001 2002 2003 2004 2005 2005 2005 2005 2005 2005 2006 gewicht Aug. Sept. Okt. Nov. Dec. Jan. *) Prijsstijging ten opzichte van een jaar eerder % 0 Totaal bestedingen 100000 4,2 3,3 2,1 1,2 1,7 1,8 1,8 1,6 1,8 2,0 1,3 1 Voedingsmiddelen en alcoholvrije dranken 11082 7,0 3,3 1,1 -3,5 -1,2 -0,3 -1,7 -0,7 0,7 0,4 1,4 2 Alcoholhoudende dranken en tabak 3072 6,7 4,9 3,8 7,7 2,9 1,4 1,2 1,1 1,4 1,5 1,1 3 Kleding en schoeisel 6409 1,8 3,1 -3,0 -1,9 -2,6 -5,2 -2,2 -2,4 -2,5 -0,8 -0,3 4 Huisvesting, water en energie 21810 5,0 3,3 3,7 3,1 4,7 4,3 4,3 4,4 4,4 4,4 3,6 5 Stoffering, huishoudelijke apparaten 7139 5,4 3,8 1,6 -0,9 -0,3 -0,3 0,0 0,0 -0,3 0,0 -0,1 6 Gezondheid 599 2,9 2,5 1,9 0,7 0,3 0,3 -0,4 -0,4 -0,3 -0,4 -0,1 7 Vervoer 12121 2,7 2,0 2,7 3,7 4,3 5,4 6,9 4,7 4,3 5,5 5,5 8 Communicatie 3643 -0,9 2,2 2,2 -0,7 -3,9 -4,8 -3,7 -3,7 -2,3 -1,9 -1,8 9 Recreatie en cultuur 11471 3,2 1,8 0,5 -0,9 -0,5 -0,3 -0,6 -0,3 -0,6 -0,1 -0,5 10 Onderwijs 106 3,3 12,0 2,9 1,8 3,6 4,3 3,5 3,5 3,5 3,7 3,0 11 Hotels, cafés en restaurants 4425 5,8 6,6 2,4 1,9 1,9 1,9 1,8 1,7 1,9 1,5 1,7 12 Diverse goederen en diensten 10161 4,5 5,0 2,6 1,6 1,4 1,8 1,4 1,3 1,4 1,7 -0,2 13 Consumptiegebonden belastingen en overheidsd. 3383 1,6 2,1 4,3 5,2 2,0 3,0 -0,3 -0,3 -0,3 -0,3 -14,0 14 Consumptie in het buitenland 4579 2,9 3,0 2,7 2,8 3,7 4,2 3,9 4,7 4,3 3,4 3,5 Bijdrage aan de inflatie procentpunt 0 Totaal bestedingen 100000 4,2 3,3 2,1 1,2 1,7 1,8 1,8 1,6 1,8 2,0 1,3 1 Voedingsmiddelen en alcoholvrije dranken 11082 0,8 0,4 0,1 -0,4 -0,1 0,0 -0,2 -0,1 0,1 0,0 0,2 2 Alcoholhoudende dranken en tabak 3072 0,2 0,2 0,1 0,2 0,1 0,1 0,0 0,0 0,1 0,1 0,0 3 Kleding en schoeisel 6409 0,1 0,2 -0,2 -0,1 -0,2 -0,3 -0,1 -0,1 -0,2 0,0 0,0 4 Huisvesting, water en energie 21810 1,1 0,7 0,8 0,7 1,1 1,0 1,0 1,0 1,0 1,0 0,8 5 Stoffering, huishoudelijke apparaten 7139 0,4 0,3 0,1 -0,1 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 6 Gezondheid 599 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 7 Vervoer 12121 0,3 0,2 0,3 0,4 0,5 0,7 0,8 0,5 0,5 0,7 0,7 8 Communicatie 3643 0,0 0,1 0,1 0,0 -0,1 -0,2 -0,1 -0,1 -0,1 -0,1 -0,1 9 Recreatie en cultuur 11471 0,4 0,2 0,1 -0,1 -0,1 0,0 -0,1 0,0 -0,1 0,0 -0,1 10 Onderwijs 106 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 11 Hotels, cafés en restaurants 4425 0,3 0,3 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 12 Diverse goederen en diensten 10161 0,5 0,5 0,3 0,2 0,2 0,2 0,1 0,1 0,1 0,2 0,0 13 Consumptiegebonden belastingen en overheidsd. 3383 0,1 0,1 0,1 0,2 0,1 0,1 0,0 0,0 0,0 0,0 -0,5 14 Consumptie in het buitenland 4579 0,1 0,1 0,1 0,1 0,2 0,2 0,2 0,2 0,2 0,2 0,2
*) Voorlopige cijfers
Bron: CBS
CBS Persbericht PB06-012 pagina 4 van 9

Procentuele wijzigingen t.o.v. de overeenkomstige periode uit het voorgaande jaar

Nationale CPI Nationale CPI Geharmoniseerde index Nederland Nederland Alle Alle Nederland Eurozone Europese huishoudens huishoudens Unie Reeks 2000=100 afgeleid Reeks 2005=100 Reeks 1996=100 Reeks 1996=100 Reeks 2000=100 jaargemiddelden
2001 4,2 3,1 5,1 2,3 2,2 2002 3,3 3,2 3,9 2,3 2,1 2003 2,1 1,9 2,2 2,1 2,0 2004 1,2 0,9 1,4 2,1 2,0 2005 1,7 1,4 1,5 2,2 2,2 maanden
januari 2003 2,4 2,1 2,7 2,1 2,0 februari 2003 2,4 2,1 2,9 2,4 2,3 maart 2003 2,4 2,3 2,8 2,4 2,3 april 2003 2,1 1,9 2,2 2,1 2,0 mei 2003 2,0 1,8 2,3 1,8 1,7 juni 2003 2,0 1,6 2,1 1,9 1,8 juli 2003 2,1 2,0 2,1 1,9 1,8 augustus 2003 2,1 2,0 2,2 2,1 2,0 september 2003 2,0 1,9 2,0 2,2 2,0 oktober 2003 2,0 1,8 1,9 2,0 1,9 november 2003 2,0 1,8 2,0 2,2 2,0 december 2003 1,7 1,5 1,6 2,0 1,8 januari 2004 1,3 1,2 1,5 1,9 1,8 februari 2004 1,2 1,0 1,3 1,6 1,5 maart 2004 1,1 0,8 1,2 1,7 1,5 april 2004 1,4 0,9 1,5 2,0 1,8 mei 2004 1,5 1,2 1,7 2,5 2,3 juni 2004 1,4 1,0 1,5 2,4 2,3 juli 2004 1,1 0,6 1,2 2,3 2,2 augustus 2004 1,1 0,6 1,2 2,3 2,1 september 2004 1,0 0,5 1,2 # 2,1 2,0 oktober 2004 1,4 0,8 1,5 2,4 2,2 november 2004 1,3 0,8 1,5 2,2 2,1 december 2004 1,2 0,6 1,2 2,4 2,2 januari 2005 1,5 1,0 1,2 1,9 2,0 februari 2005 1,6 1,2 1,5 2,1 2,1 maart 2005 1,8 1,4 1,5 2,1 2,1 april 2005 1,5 1,3 1,3 2,1 2,1 mei 2005 1,3 1,0 1,0 # 2,0 2,0 juni 2005 1,6 1,4 1,5 2,1 2,0 juli 2005 1,6 1,4 1,5 2,2 2,1 augustus 2005 1,8 1,6 1,6 2,2 2,2 september 2005 1,8 1,5 1,7 2,6 2,5 oktober 2005 1,6 1,5 1,5 2,5 2,4 november 2005 1,8 1,5 1,6 2,3 2,2 december 2005 2,0 1,8 2,0 # 2,2 2,1 januari 2006 1,3 *) 1,6 *) 1,8 *) 2,4 **) # Bijgestelde cijfers, zie technische toelichting onder HICP
*) Voorlopige cijfers

**) Raming door Eurostat (Flash)
Bron: CBS/Eurostat
CBS Persbericht PB06-012 pagina 5 van 9

Consumentenprijsindex alle huishoudens (Reeks 2000=100) 1) , maandcijfers Artikelgroep Wegings- 2005 2006 % mutatie jan. '06 *) t.o.v. factoren dec. jan.*) dec. '05 jan. '05 0 Totaal bestedingen 100000 113,2 112,9 -0,3 1,3 1 Voedingsmiddelen en alcoholvrije dranken 11082 106,5 107,5 0,9 1,4 Voedingsmiddelen 10027 107,9 109,0 1,0 1,1 Brood en graanproducten 1626 107,7 108,0 0,3 0,1 Vlees 2320 111,0 111,4 0,4 1,5 Vis, schaal- en schelpdieren 422 117,0 118,2 1,0 1,7 Melk, kaas en eieren 1551 107,3 107,6 0,3 -0,4 Oliën en vetten 217 97,5 97,7 0,2 -2,9 Fruit 877 105,4 104,8 -0,6 2,1 Groenten en aardappelen 1081 109,1 117,3 7,5 6,6 Suiker, zoetwaren en ijs 943 104,9 104,9 0,0 -1,5 Overige voedingsmiddelen 990 104,5 105,0 0,5 1,1 Alcoholvrije dranken 1055 93,0 93,2 0,2 3,9 Koffie, thee en cacao 342 94,6 94,2 -0,4 9,9 Mineraalwater, frisdranken en sappen 713 92,3 92,6 0,3 1,1 2 Alcoholhoudende dranken en tabak 3072 128,8 128,6 -0,2 1,1 Alcoholhoudende dranken 1357 111,6 111,1 -0,4 -1,2 Tabak 1715 142,4 142,4 0,0 2,4 3 Kleding en schoeisel 6409 95,3 85,7 -10,1 -0,3 Kleding en kledingstoffen 5325 93,3 82,9 -11,1 -0,6 Schoeisel en schoenreparaties 1084 105,1 99,1 -5,7 0,0 4 Huisvesting, water en energie 21810 122,6 124,6 1,6 3,6 Werkelijke huur 6688 116,2 116,2 0,0 2,1 Toegerekende huur eigen woning 9127 116,2 116,2 0,0 2,0 Onderhoud en reparatie van de woning 1492 119,9 120,5 0,5 1,3 Watervoorziening en overige diensten i.v.m. de woning 922 109,8 110,8 0,9 0,9 Energie 3581 155,2 166,8 7,5 9,7 5 Stoffering, huishoudelijke apparaten 7139 109,6 109,5 -0,1 -0,1 Meubelen en vloerbedekking 3217 112,5 112,1 -0,4 -0,6 Huishoudtextiel 517 117,7 117,4 -0,3 0,3 Huishoudelijke apparatuur incl. reparatie 901 97,1 97,0 -0,1 -0,1 Vaat- en glaswerk en huishoudelijke artikelen 656 107,2 106,3 -0,8 -0,6 Gereedschappen en werktuigen voor huis en tuin 260 106,1 106,5 0,4 -2,3 Dagelijks woningonderhoud 1588 109,8 110,5 0,6 1,5 6 Gezondheid 599 108,1 108,3 0,2 -0,1 7 Vervoer 12121 117,2 118,5 1,1 5,5 Aankoop voertuigen 4429 110,7 110,6 -0,1 1,3 Gebruik van privé-voertuigen, w.o. autobrandstoffen 6458 120,8 123,1 1,9 8,9 Vervoersdiensten 1234 121,6 122,2 0,5 2,3 8 Communicatie 3643 98,2 98,9 0,7 -1,8 9 Recreatie en cultuur 11471 104,2 104,3 0,1 -0,5 Audio en video, computers en software 2759 63,0 62,5 -0,8 -8,9 Duurzame goederen voor recreatie en cultuur 555 118,3 122,5 3,6 3,1 Spelartikelen, bloemen, planten en huisdieren 2037 106,6 105,5 -1,0 -1,4 Recreatieve en culturele dienstverlening 2356 125,3 126,2 0,7 2,6 Boeken, kranten, tijdschriften en schrijfwaren 2164 119,7 120,4 0,6 0,7 Pakketreizen 1600 114,9 114,9 0,0 1,7 10 Onderwijs 106 127,3 127,4 0,1 3,0 11 Hotels, cafés en restaurants 4425 120,2 120,5 0,2 1,7 Restaurants, cafés en kantines 4166 120,7 121,3 0,5 1,9 Accommodatie 259 112,3 107,5 -4,3 -1,4 12 Diverse goederen en diensten 10161 116,0 115,4 -0,5 -0,2 Lichaamsverzorging 2481 107,6 108,3 0,7 -0,4 Artikelen voor persoonlijk gebruik, n.e.g. 973 112,3 112,8 0,4 2,5 Sociale bescherming (w.o. kinderopvang, thuiszorg) 899 132,4 117,8 -11,0 -11,4 Verzekering 2785 109,6 109,9 0,3 -0,6 Financiële diensten 1113 115,1 116,3 1,0 2,8 Andere diensten n.e.g. 1910 130,9 132,2 1,0 3,2 13 Consumptiegebonden belastingen en overheidsd. 3383 113,9 100,7 -11,6 -14,0 Consumptiegebonden belastingen 2576 117,6 99,8 -15,1 -15,0 Overheidsdiensten, w.o. college- en lesgeld VO 807 102,1 103,6 1,5 -11,0 14 Consumptie in het buitenland 4579 116,2 117,3 0,9 3,5 1) De prijsindexcijfers geven het prijsverloop weer van een pakket goederen en diensten, zoals dit in 2000 gemiddeld werd aangeschaft door huishoudens in Nederland.
*) Voorlopige cijfers.
Bron: CBS
CBS Persbericht PB06-012 pagina 6 van 9

Consumentenprijsindex, alle huishoudens (2000=100)

Jan. Febr. Maart April Mei Juni Juli Aug. Sept. Okt. Nov. Dec. Jaar 2000 98,1 98,7 99,4 99,6 99,9 99,8 99,7 100,1 101,2 101,3 101,4 100,8 100,0 2001 101,8 102,6 103,5 104,1 104,4 104,0 104,0 104,3 105,5 105,4 105,3 105,0 104,2 2002 105,9 106,4 107,3 107,7 107,8 107,4 107,4 107,7 108,8 108,5 108,2 107,9 107,6 2003 108,4 109,0 109,9 110,0 110,0 109,5 109,7 110,0 111,0 110,7 110,4 109,7 109,9 2004 109,8 110,3 111,1 111,5 111,7 111,0 110,9 111,2 112,1 112,2 111,8 111,0 111,2 2005 111,5 112,1 113,1 113,2 113,2 112,8 112,7 113,2 114,1 114,0 113,8 113,2 113,1 2006 112,9 *)

*) Voorlopige cijfers.
Bron: CBS
Consumentenprijsindex alle huishoudens, afgeleid (2000=100) Jan. Febr. Maart April Mei Juni Juli Aug. Sept. Okt. Nov. Dec. Jaar 2000 98,2 98,7 99,5 99,6 99,9 99,8 99,6 100,0 101,2 101,3 101,3 100,8 100,0 2001 100,8 101,6 102,5 103,0 103,4 103,0 102,9 103,3 104,5 104,3 104,2 104,0 103,1 2002 104,7 105,3 106,1 106,6 106,6 106,3 106,2 106,5 107,6 107,4 107,1 106,8 106,4 2003 106,9 107,5 108,5 108,6 108,5 108,0 108,3 108,6 109,6 109,3 109,0 108,4 108,4 2004 108,2 108,6 109,4 109,6 109,8 109,1 109,0 109,3 110,2 110,2 109,9 109,0 109,4 2005 109,3 109,9 110,9 111,0 110,9 110,6 110,5 111,0 111,9 111,8 111,6 111,0 110,9 2006 111,1 *)

*) Voorlopige cijfers.
Bron: CBS

CBS Persbericht PB06-012 pagina 7 van 9

Geharmoniseerde index van consumentenprijzen
Nederland, HICP (2005=100)
Jan. Febr. Maart April Mei Juni Juli Aug. Sept. Okt. Nov. Dec. Jaar 1996 79,39 79,79 80,76 81,00 80,68 80,27 80,03 79,87 80,76 81,00 80,84 80,76 80,43 1997 80,76 80,92 81,72 81,80 81,96 81,48 81,56 81,88 82,77 82,85 82,85 82,53 81,92 1998 82,04 82,61 83,49 83,81 83,65 83,25 83,01 83,01 83,81 84,05 84,05 83,73 83,38 1999 83,73 84,30 85,18 85,42 85,42 85,02 84,54 85,10 85,50 85,58 85,74 85,34 85,07 2000 85,10 85,58 86,55 86,87 87,11 87,11 86,87 87,19 88,00 88,32 88,24 87,83 87,06 2001 89,04 89,85 90,89 91,61 91,86 91,53 91,45 91,70 92,66 92,74 92,50 92,34 91,51 2002 93,38 93,87 94,83 95,48 95,31 94,99 94,91 95,07 96,04 95,96 95,48 95,31 95,05 2003 95,88 96,60 97,49 97,57 97,49 97,00 96,92 97,16 97,97 97,81 97,41 96,84 97,18 2004 97,33 97,89 98,69 99,01 99,18 98,45 98,13 98,29 99,10 99,26 98,85 98,05 98,52 2005 98,53 99,34 100,14 100,30 100,22 99,90 99,58 99,90 100,78 100,78 100,46 100,06 100,00 2006 100,28 *)

*) Voorlopige cijfers.
Vanaf januari 2006 worden de geharmoniseerde indexcijfers berekend op basis 2005=100 en gepubliceerd in twee decimalen Bron: CBS
Europese Unie, EICP (1996=100)
Jan. Febr. Maart April Mei Juni Juli Aug. Sept. Okt. Nov. Dec. Jaar 1996 98,8 99,2 99,6 99,9 100,1 100,2 100,0 100,1 100,4 100,5 100,5 100,8 100,0 1997 100,9 101,1 101,3 101,4 101,6 101,7 101,7 101,9 102,1 102,2 102,3 102,4 101,7 1998 102,2 102,5 102,7 103,0 103,2 103,3 103,2 103,2 103,3 103,3 103,3 103,4 103,0 1999 103,2 103,4 103,8 104,2 104,3 104,3 104,3 104,4 104,6 104,6 104,8 105,1 104,3 2000 104,9 105,3 105,7 105,8 106,0 106,3 106,2 106,3 106,9 106,9 107,1 107,5 106,2 2001 106,9 107,2 107,8 108,5 109,0 109,1 108,8 108,8 109,1 109,2 109,0 109,5 108,6 2002 109,5 109,7 110,3 110,8 111,0 111,0 110,8 110,9 111,2 111,5 111,4 111,9 110,8 2003 111,7 112,2 112,8 113,0 112,9 112,9 112,8 113,1 113,5 113,6 113,6 113,9 113,0 2004 113,7 113,9 114,6 115,0 115,5 115,5 115,3 115,5 115,7 116,1 116,0 116,5 115,3 2005 115,9 116,3 117,0 117,5 117,8 117,9 117,8 118,1 118,6 118,9 118,7 119,0 117,8 Bron: Eurostat
Eurozone, MUICP (1996=100)
Jan. Febr. Maart April Mei Juni Juli Aug. Sept. Okt. Nov. Dec. Jaar 1996 98,9 99,4 99,7 99,9 100,1 100,1 100,1 100,1 100,3 100,4 100,4 100,6 100,0 1997 100,9 101,2 101,3 101,2 101,5 101,5 101,6 101,8 101,9 101,9 102,0 102,1 101,6 1998 102,0 102,3 102,4 102,6 102,8 102,9 102,9 102,9 102,9 102,8 102,8 102,9 102,7 1999 102,8 103,1 103,4 103,7 103,8 103,8 104,0 104,1 104,1 104,2 104,3 104,7 103,8 2000 104,7 105,1 105,4 105,5 105,6 106,0 106,1 106,2 106,7 106,7 106,9 107,3 106,0 2001 106,8 107,1 107,7 108,4 108,9 109,0 108,8 108,7 109,0 109,1 109,0 109,5 108,5 2002 109,6 109,8 110,4 110,9 111,1 111,1 111,0 111,0 111,3 111,6 111,5 112,0 110,9 2003 111,9 112,4 113,1 113,2 113,1 113,2 113,1 113,3 113,7 113,8 113,9 114,2 113,2 2004 114,0 114,2 115,0 115,5 115,9 115,9 115,7 115,9 116,1 116,5 116,4 116,9 115,7 2005 116,2 116,6 117,4 117,9 118,2 118,3 118,2 118,5 119,1 119,4 119,1 119,5 118,2 Bron: Eurostat

CBS Persbericht PB06-012 pagina 8 van 9

Geharmoniseerde consumentenprijsindexcijfers van de 25 landen in de Europese Unie Totaal index dec-05 2005 1996=100 t.o.v. t.o.v. dec-05 dec-04 2004 Finland 115,0 1,1 0,8 Nederland 124,4 2,1 1,5 Duitsland 114,3 2,1 1,9 Frankrijk 116,2 1,8 1,9 Oostenrijk 115,5 1,6 2,1 Portugal 129,8 2,5 2,1 Ierland 133,1 1,9 2,2 Italië 123,7 2,1 2,2 België 118,4 2,8 2,5 Spanje 130,9 3,7 3,4 Griekenland 140,2 3,5 3,5 Luxemburg 124,4 3,4 3,8 Eurozone (MUICP) 119,5 2,2 2,2 Zweden 115,1 1,3 0,8 Tsjechië 139,1 1,9 1,6 Denemarken 119,4 2,2 1,7 Cyprus 129,5 1,4 2,0 Verenigd Koninkrijk 114,7 2,0 2,1 Polen 173,9 0,8 2,2 Malta 128,1 3,4 2,5 Slovenië 178,2 2,4 2,5 Litouwen 126,6 3,0 2,7 Slowakije 188,6 3,9 2,8 Hongarije 218,5 3,3 3,5 Estland 153,6 3,6 4,1 Letland 148,0 7,1 6,9 Europese Unie (EICP) 119,0 2,1 2,2 Tot en met december 2005 worden de indexcijfers gepubliceerd op basis 1996=100 Bron: CBS/Eurostat

CBS Persbericht PB06-012 pagina 9 van 9


---- --