Unicef



Haïti: verkiezingsbeloftes moeten worden waargemaakt 13 februari 2006, Genève - De verkiezingen op Haïti bieden de bevolking hoop op betere tijden. Het eiland in Midden-Amerika kampt met politieke instabiliteit, chronische armoede en een gebrek aan voorzieningen, dus die hoop is te begrijpen. Unicef meldt dat de nieuwe regering het echter niet alleen af kan. Er is meer steun nodig van de internationale gemeenschap om de verkiezingsbeloftes waar te kunnen maken.

Van de 3,8 miljoen kinderen jonger dan 18 jaar, lijden drie op de vier onder de grote problemen van het land. Ze kunnen geen gebruik maken van goede gezondheidszorg en onderwijs, of zijn het slachtoffer van geweld, uitbuiting en misbruik. Haïti kent de hoogste kindersterfte van de regio en er is wat dit betreft geen verschil in het aantal sterfgevallen in de steden en op het platteland. Gezondheidszorg is te duur en vaak niet bereikbaar, doordat patiënten er te ver vandaan wonen.

Straatbendes
In sommige stedelijke gebieden is hulp moeilijk te geven. Hulporganisaties schrikken terug voor het geweld van gewapende bendes, die bijvoorbeeld in bepaalde wijken in de hoofdstad Port-au-Prince op straat heer en meester zijn. Daarnaast heeft Haïti het hoogste aantal hiv-geïnfecteerden van de regio; elk jaar overlijden 45.000 mensen aan de gevolgen van aids. Minstens 200.000 kinderen hebben één of beide ouders aan de ziekte verloren.

Extra geld
Unicef vraagt een extra 5,9 miljoen dollar om de kinderen in Haïti te helpen. Met het geld worden meer kinderen gevaccineerd, krijgen zij bescherming tegen geweld en uitbuiting en wordt het land beter voorbereid op de natuurrampen die zich hier regelmatig voordoen.

Actieplan voor kinderen
Samen met andere hulporganisaties steunt Unicef ook een politieke agenda voor kinderen. Hierin wordt de benarde positie van de kinderen in Haïti belicht en wordt een actieplan uiteengezet. In het plan wordt gevraagd om maatregelen op het gebied van kinderbescherming, onderwijs, de gezondheid van moeder en kind en hiv/aids.