Gesprek College van procureurs-generaal met advocatuur over strafzaak-H.
3 maart 2006
Op vrijdag 3 maart heeft op initiatief van het College van
procureurs-generaal een gesprek plaatsgevonden tussen leden van het
College en de voorzitter van de Nederlandse Orde van Advocaten, de
voorzitter van de Nederlandse Vereniging van Strafrechtadvocaten en de
Deken van de Amsterdamse Orde van Advocaten. Ook de plv. Hoofdofficier
van het Landelijk Parket was bij het gesprek aanwezig.
Onderwerp van gesprek was de samenstelling van het dossier in de
strafzaak-H. en de uitspraken daarover in de media betreffende
advocaat mr. A.Moszkowicz. Die uitspraken (w.o. âvuile oorlogâ) geven
een onjuist beeld van de relatie zoals die bestaat tussen OM en
advocatuur.
In het gesprek is door het Openbaar Ministerie (OM) uitleg gegeven
over de samenstelling en inhoud van het onderzoeksdossier en zijn
vragen beantwoord. Het College van procureurs-generaal heeft laten
weten van mening te zijn dat de informatie zoals opgenomen in het
dossier noodzakelijk is gezien de verdenkingen, die gerezen zijn in
het strafrechtelijk onderzoek naar de criminele organisatie rond H.
In het algemeen benadrukken partijen het belang dat in gevallen als
deze, waarin de rol van een advocaat aan de orde kan zijn, op
initiatief van de bevoegde Hoofdofficier van Justitie tijdig overleg
wordt gevoerd met de betrokken Deken van de Orde van Advocaten. In de
regel gebeurt dit ook.
Alle bij het gesprek betrokken partijen onderstreepten het belang van
een goede samenwerking tussen het OM en de advocatuur, vanzelfsprekend
met behoud van ieders verantwoordelijkheid en positie.
Openbaar Ministerie