Gemeente Vlaardingen


Geuzenpenning 2006 naar Syriër
18 januari 2006

Geuzenpenning De Syrische Haitham Maleh ontvangt maandag 13 maart 2006 de twintigste Geuzenpenning voor zijn moedige inzet voor de rechten van de mens. Of hij de penning zelf in de Grote Kerk in Vlaardingen in ontvangst kan nemen, is nog niet bekend.

De Stichting Geuzenverzet 1940-1945 wil met het uitreiken van de penning de mensenrechten-activisten in Syrië steunen en erkenning vragen voor hun strijd.

Voorbeeld voor anderen
Haitham Maleh (1931) maakt deel uit van een kleine kring mensenrechtenactivisten die de moed hebben om de intimidaties van het Syrische regime te trotseren. Hij heeft zelf zeven jaar gevangen gezeten voor zijn opvattingen (1980-1987).
Dhr. Haitham Maleh, foto www.qantara.de
Haithem Maleh, foto www.qantara.de.

Maleh is advocaat, lid van het bestuur en voormalig voorzitter van de (illegale) Human Rights Association (HRAS) in Syrië. De nu 74-jarige Maleh is een voorbeeld voor anderen in Syrië. Hij is een gerespecteerd man, zelfs voor zijn tegenstanders (de geheime diensten).

Noodtoestand
Maleh sprak in 2003 de Bondsdag toe op tournee door West-Europa over het belang van het opheffen van de noodtoestand in Syrië. Hij zet zich in voor een onafhankelijke rechtspraak, tegen de doodstraf voor leden van de Moslim Broederschap en voor de vrijlating van politieke gevangenen. De kleine groep activisten waar Maleh deel van uitmaakt is door de effectieve repressie van het Syrische regime goeddeels verstoken van internationale aandacht.

Situatie in Syrië
De bevolking van Syrië bestaat voornamelijk uit Arabieren met daarnaast Koerden en Armeniërs. De meeste mensen zijn moslim, maar er is ook een christelijke minderheid. Syrië werd in 1946 een onafhankelijke staat, nadat het land enkele decennia Frans mandaatgebied was geweest.

In 1963 kwam in Syrië de Baath-partij via een staatsgreep aan de macht, werd de noodtoestand ingesteld en werden de in de grondwet toegekende waarborgen, rechten en vrijheden buiten werking gesteld. Een situatie die tot heden voortduurt. In 1970 greep Hafez al-Assad de macht. Hij vestigde een dictatuur, waarvan hijzelf hoofd bleef tot aan zijn dood in 2000. Daarna kwam zijn zoon Bashar al-Assad aan de macht, die de regeerstijl van zijn vader helaas grotendeels heeft overgenomen.

In Syrië worden personen die het recht op vrije meningsuiting uitoefenen vervolgd. Koerden worden in hun culturele uitingen belemmerd. De rechtsgang bij onder de noodtoestand ingestelde speciale rechtbanken is zeer oneerlijk. Mishandeling in detentie komt veelvuldig voor en politieke gevangenen lopen het risico gemarteld te worden. Er zijn berichten over gedetineerden die onder onduidelijke omstandigheden zijn overleden.