Socialistische Partij

Strategisch concept NAVO aan bijstelling toe

22-03-2006 * 'Of het dankzij of ondanks alle protesten in het verleden is, zal de geschiedenis uitmaken. Maar we lijken het hier over één ding eens: de oude NAVO verdwijnt en een nieuwe NAVO ontpopt zich. We missen echter het zicht hoe dat nieuwe wereldwijde veiligheidsvlechtwerk vorm krijgt. Willen we voorkomen dat publiek en parlement straks voor
voldongen feiten staan, dan moeten we samen beslissen welke regionale en mondiale veiligheidsstructuren wenselijk zijn.`

Tiny Kox Dat voorstel deed SP-senator Tiny Kox in het jaarlijkse debat over defensie en NAVO in de Eerste Kamer. Kox verwees naar NAVO-secretaris-generaal De Hoop Scheffer. Die sprak eerder deze maand ook over een `nieuwe NAVO', waarbij hij de aanduiding `nieuw' zowel `legitiem als passend' noemde en de NAVO omschreef als een zich `massief veranderende organisatie'. Kox deelt die conclusie: `De Noord-Atlantische Verdragsorganisatie is een wereldwijd opererende veiligheidsorganisatie aan het worden sinds haar verdragsrechtelijke taak - de gemeenschappelijke verdediging van het eigen grondgebied - goeddeels zijn inhoud verloren heeft.'

Kox schetste een "mondialisering van veiligheidsstructuren". "Er zijn NAVO-missies in voormalig Joegoslavië, in Afghanistan, in Irak. Er is een snelle NAVO-reactiemacht van 25.000 man die wereldwijd inzetbaar is. Er zijn militaire samenwerkingsverbanden met Australië, Nieuw-Zeeland, Japan, Zuid-Korea. In totaal 30.000 soldaten uit 42 landen nemen nu onder de vlag van de NAVO deel aan militaire operaties. Australië gaat troepen leveren aan de NAVO-missie in de Afghaanse provincie Uruzgan, onder Nederlands commando. Er ontstaan nieuwe militaire relaties met Rusland, wier vertegenwoordigers al voortdurend op het NAVO-hoofdkwartier in Brussel te vinden zijn en wier schepen deelnemen aan de bewaking van de Middellandse Zee door de NAVO. Met China deelt de NAVO in Afghanistan voor het eerst een gemeenschappelijke grens. Er vinden met China op stafniveau besprekingen plaats over onderlinge militaire relaties. Er wordt samengewerkt met Afrikaanse en Aziatische landen rond de Middellandse Zee. De Verenigde Naties en de Afrikaanse Unie vragen in een aantal gevallen om NAVO-steun. En ondertussen
concurreert de NAVO met andere internationale organisaties als de Verenigde Naties, de Europese Unie en Amerikaanse gelegenheidscoalities."

Volgens Kox is door dit alles het huidige strategische concept van de NAVO aan bijstelling toe en is het NAVO-verdrag een oude jas die niet langer past. Minister van Buitenlandse Zaken Bot is nog niet zover. Wel zal hij er alles aan doen om de nu nog geheime nieuwe `politieke leidraad' van de NAVO tijdens de komende NAVO-top in Riga openbaar te kunnen maken: 'Dat past bij een transparante organisatie'. Aanpassing van het NAVO-verdrag uit 1949 is nog niet aan de orde, aldus de bewindsman. Hij erkende dat een van de overwegingen daarbij is dat het een hele klus zal worden een nieuw verdrag goedgekeurd te krijgen in alle 26 lidstaten van de verdragsorganisatie. Kox onderkent dat maar noemt betrokkenheid van de bevolking zowel verstandig als democratisch: `Het een unieke kans voor een debat over een nieuwe veiligheidsarchitectuur voor en van de wereld.'

De SP-fractie stemde, net als de helft van de GroenLinks-fractie, tegen de defensiebegroting, `omdat voor het gevraagde geld te weinig goeds en te veel slechts gebeurt'. Minister Kamp betreurde de tegenstem. Volgens hem is de SP een steeds belangrijker partij aan het worden, van wie hij graag politieke steun krijgt. Kox nodigde de bewindsman uit die stappen te zetten die het zijn fractie in de toekomst mogelijk zouden maken om vóór te stemmen. `U hebt het in eigen hand!' Nu zijn de tegenstellingen echter veel te groot, zoals op het punt van de inzet van Nederlandse militairen in Afghanistan. `Volgens ons gaan oorlog en wederopbouw niet samen. De indruk wordt gewekt dat onze soldaten vooral met schoppen en troffels bewapend worden, om putten te slaan en scholen te bouwen. Maar ze gaan zwaarder bewapend dan ooit naar Uruzgan, en dat is logisch ook. Het is een natuurlijke, politieke en militaire wildernis, waarin het niet te zeggen is wie onze vrienden zullen zijn - de kans is groot dat ze allemaal vijandig zullen staan tegenover onze soldaten.' Volgens Kox zou het beter zijn als de Afghanen de kans kregen eindelijk hun lot in eigen hand te nemen, na alle buitenlandse interventies. Minister Kamp zei het daarmee eens te zijn maar dat de situatie daar nu nog niet rijp was.

Ondanks de fundamentele kritiek op zijn beleid sprak de bewindsman zijn welgemeende waardering uit voor de constructieve inbreng van de SP-fractie. Kox: `Ik hoop dat al onze zorgen onnodig zullen blijken. En als dat niet zo is, zullen wij niet zeggen: zie je wel! We zullen ook dan samen met de regering zoeken naar hoe we de bevolking van Afghanistan beter kunnen helpen. Want als er ergens mensen zijn die recht op een beter leven hebben, dan zijn zij het wel.'