Ministerie van Financiën

Samenvatting:
Brief van staatsssecretaris Wijn over de huurtoeslag n.a.v. het VAO van 21 maart 2006.

Voorzitter van de Tweede Kamer

der Staten-Generaal

Postbus 20018

2500 EA DEN HAAG

Datum

Uw brief (Kenmerk)

Ons kenmerk

27 maart 2006

DGB 2006-1588 I

Onderwerp

VAO huurtoeslag van 21 maart 2006

Tijdens het VAO huurtoeslag van 21 maart 2006 heb ik u toegezegd om mijn mondelinge betoog over de uitvoeringsaspecten van de invoering van een zogeheten traploze formule in de huurtoeslag in een brief uiteen te zetten.

Zoals minster Dekker en ik in het debat hebben aangegeven is zowel de inzet van de regering als van uw Kamer om de huidige basishuurtabellen in de huurtoeslag zo spoedig mogelijk te vervangen door een traploze formule.

Dit neemt echter niet weg dat de invoering een zorgvuldig wetgevingsproces en een zorgvuldig implementatieproces voor de uitvoering vereist. Daarbij heb ik aangegeven dat de Belastingdienst niet in staat is een dergelijke formule eerder dan per 1 januari 2008 in te voeren. Dit wil ik graag nog nader toelichten.

De Belastingdienst is vanaf januari 2006 naast de uitvoering van de kinderopvangtoeslag ook verantwoordelijk voor de uitvoering van de huur- en zorgtoeslag. In december 2005 en deels in januari 2006 zijn de eerste 5,7 mln. voorschotten huur- en zorgtoeslag uitbetaald (ca. 900.000 huur- en ca. 4,8 mln. zorgtoeslagen). Zoals ik in het overleg met uw Kamer heb aangegeven is daarmee weliswaar een eerste belangrijke stap gezet voor een succesvolle uitvoering van beide toeslagen, maar moeten er in de loop van dit en ook komend jaar nog veel belangrijke onderdelen van het uitvoeringsproces worden ontwikkeld. De prioriteiten liggen daarbij op de volgende punten.

Zoals ik heb gemeld in de voortgangsrapportage van het project Toeslagen -die ik op 7 maart aan uw Kamer heb gestuurd- heeft in ongeveer 940.000 gevallen een voorlopige vaststelling van het voorschot huur- en/of zorgtoeslag plaats gevonden, soms ten gevolge van onvolledigheid van de aanvraag, soms ook door gebreken in de administratie van de Belastingdienst. Om de aanvragen waar een voorlopige vaststelling heeft plaatsgevonden weer regulier te verwerken, worden inmiddels de benodigde herstelacties uitgevoerd. Het streven is dat de betreffende aanvragen 1 april zo veel mogelijk regulier verwerkt zijn. Dit houdt in dat het voorschot dan aansluit op de gegevens uit de aanvraag en er een verrekening heeft plaatsgevonden met het verstrekte voorlopige voorschot. Hiermee wordt vermeden dat mensen onnodig lang een onjuist voorschot huurtoeslag ontvangen en te veel betaalde bedragen moeten terugbetalen.

Naast genoemde herstelacties wordt - eveneens om te zorgen voor het zo veel mogelijk uitbetalen van juiste voorschotbedragen- gewerkt aan de verwerking van mutaties op ingediende aanvragen. Daarbij zijn overigens de meest dringende mutaties al zoveel mogelijk handmatig verwerkt.

Verder moeten de automatiseringssystemen worden opgeleverd om de aanpassing van de huren per 1 juli a.s. te verwerken in de hoogte van de huurtoeslag.

Volgende prioriteit in de automatisering is het automatisch continueren van de toeslagen in 2007. Dit is van groot belang voor het goede verloop van de toekenning en uitbetaling van voorschotten in 2007. Tevens dient ervoor gezorgd te worden dat de definitieve afrekening over 2006 tijdig in de loop van 2007 kan plaatsvinden.

Zoals ik in het overleg met uw Kamer heb aangegeven vergen de bovengenoemde zaken het uiterste van de beschikbare menskracht voor de bouw van de automatiseringssystemen. Uitbreiding van de capaciteit is geen oplossing, aangezien het hier gaat om speciaal voor deze systemen opgeleid personeel. Hoezeer ik het zelf ook betreur, is het daardoor niet mogelijk 1 januari 2007 over te gaan tot de invoering van een traploze formule in plaats van de huidige tabellen. Een andere keuze zou naar mijn overtuiging te veel risico's opleveren voor het goede verloop van de uitvoering van de toeslagen. Ik hoop dat uw Kamer hiervoor begrip kan opbrengen.

De staatssecretaris van Financiën

mr. drs. J.G. Wijn