Gemeente Den Haag

Meer dan 100 jaar Voetbalgeschiedenis

De Haagse Voetbal- en Cricketvereniging Quick heeft een van de fraaiste sportarchieven van Den Haag. Om dit archief ook voor de toekomst te houden heeft het bestuur van Quick besloten de papieren, foto's, films, affiches en andere documenten op een veilige plaats onder te brengen. Het Quick-archief wordt aan het Haags Gemeentearchief in bruikleen gegeven.
Op vrijdag 7 april ondertekenen Erik van Vliet, voorzitter van Quick en Hans Schiferli, secretaris van Quick, tezamen met Henk Duits, waarnemend gemeentearchivaris van Den Haag een overeenkomst waarin de overdracht officieel is geregeld.

De Haagse Voetbal- en Cricketvereniging Quick heeft een zeer omvangrijk archief. Omdat de club geen goede depotruimte tot de beschikking had om de papieren en audio-visuele historie van de club optimaal te bergen, is besloten het archief aan het Haags Gemeentearchief in bruikleen te geven.
Het archief is voorafgaand aan de overdracht toegankelijk gemaakt voor onderzoekers. Alle archiefstukken zijn geïnventariseerd door de Quick-leden Hans Vierling, Miel de Mooij en Hans van Zutphen, tezamen met Corien Glaudemans en Marieke Kroonen van het Haags Gemeentearchief.

Het Haags Gemeentearchief beheert behalve het archief van de gemeente Den Haag ook andere archieven van sportverenigingen, particuliere instellingen en personen. Door de speciale depotomstandigheden is de veilige bewaring van archiefdocumenten bij het Haags Gemeentearchief (HGA) gegarandeerd. Voor onderzoekers is het mogelijk om archiefstukken in te zien op de studiezaal van het HGA.

De toegang tot de studiezaal van het Haags Gemeentearchief bevindt zich in het Atrium van het Stadhuis, Spui 70. De studiezaal van het Haags Gemeentearchief is geopend van dinsdag tot en met zaterdag van 9.30 - 17.00 uur.

Een uitgebreide historische beschrijving treft u hierna aan.

Korte geschiedenis van de Haagse Voetbal- en Cricketvereniging Quick

Een groep vrienden van ongeveer 14 jaar oud wilde een eigen voetbalclub oprichten. De jongens namen van de voetbalclub H.B.S. voor
1,50 een voetbal over. En vervolgens speelden ze op 1 maart 1896 de allereerste wedstrijd op een van de landjes tussen de 3e Obrechtstraat en de Schuytstraat. De nieuwe voetbalvereniging kreeg de naam Quick. De eerste officiële wedstrijd volgde in 1897 op een echt veld tegenover het huidige Gemeentemuseum. Het daarop volgende jaar werd de nieuwe club toegelaten tot de 2e klasse B van de H.V.B. (Haagsche Voetbal Bond). Na het veroveren van de kampioenstitel in 1900 kwam Quick in de Nederlandsche Voetbal Bond (N.V.B.).

De Quickers zagen zich gedwongen regelmatig van voetbalveld te wisselen. De spelers voetbalden op de Maliebaan, op een veld bij het Verversingskanaal en bij H.B.S. op het tweede veld. In 1902 kwam de club tenslotte terecht op een veld gelegen dicht bij de beek,tegenover de rustieke boerderij "Hanenburg" van boer Buitelaar. Naar deze hoeve werd deze eerste echte thuishaven (ook) "Hanenburg" gedoopt en werd een klassieke haan het Quick-embleem. Het terrein was gesitueerd ongeveer dáár waar nú de Hanenburglaan de Fahrenheitstraat kruist.

Ook in sportief opzicht ging het de club voor de wind. In 1904 kon Quick in de hoogste klasse van Nederland gaan spelen. Ook hier boekte de club al snel successen. Op 17 mei 1908 werd Quick kampioen van Nederland. Verschillende Quick-voetballers (Leo Bosschart, Caius Welcker, Lou Otten, Edu Snethlage, Jan Ten Hoopen, Nout Stempels, Henk Muller, Jops Reeman, Wim Groskam en Arend Schoemaker) speelden mee met interlandwedstrijden. In het voetbalteam dat in 1908 Nederland vertegenwoordigde op de Olympische Spelen in Londen waren vijf Quickers opgesteld. Het succesverhaal duurde voort tot 1925, in dat jaar degradeerde Quick weer naar de tweede klasse.

Ook andere sporten, zoals atletiek, konden bij Quick worden beoefend. De belangstelling voor cricket was dusdanig groot dat op 27 maart 1927 werd besloten tot de oprichting van een cricketafdeling. De uitbreiding van Den Haag in westelijke richting had ook gevolgen voor Quick. In de periode 1921-1936 speelde de club op Nieuw Hanenburg
1, een terrein aan de Sportlaan. De bouw van het Rode Kruis Ziekenhuis zorgde ervoor dat het sportterrein opnieuw moest worden verplaatst. Wethouder Machiel Vrijenhoek opende op 26 september 1936 in de Bosjes van Pex het complex Nieuw Hanenburg 2. Helaas konden de Quickers slechts zes jaren van de nieuwe velden genieten. De Duitse bezetter dwong de club in 1942 de terreinen te verlaten. Dwars door het nieuwe complex werd vervolgens een tankgracht als onderdeel van de Atlantikwall aangelegd. H.B.S. en A.D.O. hielpen de Quick-voetballers en stelden hun velden beschikbaar om de competitie af te werken. Nadat de tankgrachten waren gedempt, konden de nieuwe terreinen worden aangelegd. Sedert september 1949 kwamen de voetballers weer naar De Savornin Lohmanlaan om hun wedstrijden te spelen. In de zomer van 1950 waren alle velden gereed en keerden ook het eerste elftal en de cricketers terug naar Nieuw Hanenburg. De voetballers en de cricketers zijn tot heden (2006) op de velden aan de de Savornin Lohmanlaan blijven spelen.

De belangstelling voor het lidmaatschap van Quick blijkt groot. Thans heeft de club meer dan 1250 leden en is daarmee de grootste voetbalclub van Den Haag.