Universiteit van Tilburg 7 april 2006

Economen leveren commentaar op CPB-vergrijzingsstudie

Discussiebijeenkomst dinsdag 11 april te Den Haag

Toonaangevende economen als Bovenberg, De Kam, Verbon en Jacobs gaan dinsdag 11 april in debat over de onlangs verschenen CPB-studie Ageing and the Sustainability of Dutch Public Finances. Aan de discussie nemen ook deel oud-minister Bert de Vries en CPB-econoom Van Ewijk. De bijeenkomst vindt plaats in de Lounge van de Rijksacademie voor Financiën, Zeestraat 96-90, te Den Haag. Aanvang 14.30 uur.

Onder voorzitterschap van de Tilburgse hoogleraar Economie en Netspar-directeur Lans Bovenberg praten Harrie Verbon (Universiteit van Tilburg), Bas Jacobs (Universiteit van Tilburg/UvA), Casper van Ewijk (CPB), ex-minister Bert de Vries en Flip de Kam (RUG) in de Rijksacademie voor Financiën over een gelijkmatige verdeling van de vergrijzingslasten. De workshop is georganiseerd door MTI Netspar, het onderzoeksnetwerk voor pensioenen en vergrijzing, en wordt bijgewoond door geïnteresseerden uit de pensioen- en verzekeringswereld. Tijdens de workshop bediscussiëren de sprekers de oplossingen voor de vergrijzing die in de CPB-studie worden aangedragen. Hoe groot is het probleem precies? Wanneer en op welke manier moet er worden ingegrepen? Wat betreft de solidariteit tussen generaties: wie betaalt voor wie?

De CPB-studie stelt dat vergrijzing noopt tot ingrepen in de overheidsvoorzieningen indien toekomstige generaties daar ook op hetzelfde niveau gebruik van willen maken. Volgens het CPB kunnen aanpassingen langs drie lijnen lopen: (1) lastenverzwaring; (2) bezuiniging op ouderdomsvoorzieningen, hervorming van pensioenvoorzieningen en het verbreden van het draagvlak (bijvoorbeeld door het vergroten van arbeidsparticipatie) en: (3) het afwentelen van de vergrijzingslasten op de volgende generaties.

Bas Jacobs vindt dat er veel onzekerheden in de CPB-studie zitten, die nog veel beter in beeld moeten worden gebracht. In termen van oplossingen denkt hij aan een driesporenbeleid: minder aanspraken van ouderen op de overheid, verbeterde arbeidsparticipatie van ouderen en het vroegtijdig verdelen van de economische en demografische risicos. Harrie Verbon denkt dat de ouderen een groot deel van de rekening gepresenteerd krijgen. Hij pleit voor investeren in human capital: langer werken en meer kinderen krijgen (investeren in opvoeden). Daarnaast zouden de voorzieningen voor ouderen uit de AWBZ moeten worden overgeheveld naar aanvullende verzekeringen. Bert de Vries vindt dat de pijn over een reeks van jaren moet worden verdeeld in plaats van een forse ingreep nu. Dat kan wanneer volgende kabinetten naar strcutureel begrotingsevenwicht streven, de AOW verder fiscaliseren, de hypotheekrenteaftrek beperken en ouderen stimuleren om langer te blijven werken, door te bezuinigingen op faciliteiten in de levensloopregeling voor ouderen als ook meer faciliteiten te scheppen voor het combineren van arbeid en zorg. Flip de Kam vindt dat direct de tering naar de nering moet worden gezet. De toekomstige generaties zijn de grote verliezers als we maatregelen uitstellen. We mogen het zuur niet op hen afwentelen. Overheidsbestedingen moeten met 2,6% van het BBP worden verlaagd; dat kan stapsgewijs: geleidelijk AOW naar 67 jaar en meer premie gaan heffen bij seniors. Het kan allemaal meevallen, maar ook tegenvallen, bovendien stijgen de welvaartsverwachtingen van burgers, dus niets doen is geen optie,

NOOT VOOR DE PERS De lezingen van Van Ewijk, De Vries, De Kam en Jacobs verschijnen eind april in een speciale uitgave van het Tijdschrift voor Openbare Financiën (TvOB). Vanaf maandag 3 april zijn de bijdragen reeds voor de pers onder embargo beschikbaar (onderr bronvermelding TvOB). Inlichtingen: Margreet Punt, Universiteit van Tilburg/Netspar, 013 466 34 66, margreet.punt@uvt.nl

UvT Persbericht