Partij van de Arbeid


Den Haag, 20 april 2001


Vragen van de leden Kruijsen, Van Heteren en Depla (allen PvdA) aan de ministers van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu en van Binnenlandszaken en Koninkrijkszaken


over lagere brandveiligheidseisen aan woningen van studenten, asielzoekerscentra en penitentiaire inrichtingen dan aan reguliere woningen


1. Is het juist dat de brandveiligheidseisen voor tijdelijke bouwwerken minder scherp zijn dan voor nieuwbouw?


2. Klopt het dat gemeenten doorgaans aan tijdelijke studentenwoningen, asielzoekerscentra en penitentiaire inrichtingen eisen stellen die gelden voor tijdelijke bouw?


3. Op welke wijze verhoudt zich dit tot de eisen van de Brandweerwet en het Bouwbesluit?


4. Bent u ervan op de hoogte dat het Nederlands Instituut voor Brandveiligheid en Rampenbestrijding (NIBRA) vindt dat dit onderscheid in een groot aantal gevallen niet gerechtvaardigd is, gezien het permanente gebruik voor bewoning van deze tijdelijke bouwwerken door studenten, asielzoekers en gevangenen? (bron: het AVRO-radioprogramma 1 op de Middag d.d. 19 april 2006 en Twee Vandaag d.d. 19 april)


5. Deelt u de opvatting van het NIBRA?


6. Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke stappen gaat u ondernemen?


7. Op welke wijze is bovenstaande materie betrokken bij het onderzoek van de commissie-Welschen naar brandveiligheid van publieke gebouwen?


8. Klopt het dat u pas na de afronding van het onderzoek naar de brand in Schiphol wilt reageren op de uitspraken van het NIBRA? Kunt u uitleggen waarom u een halfjaar wilt wachten om een uitspraak te doen over het principe dat aan tijdelijke bouwwerken die permanent bewoond worden, de brandveiligheidseisen voor nieuwbouw zouden moeten gelden? Wat heeft het onderzoek naar de brand in Schiphol daarmee te maken?


9. Klopt het dat sommige studentenhuisvesters, b.v. de SSHU, de oude COA-eenheden wel hebben aangepast aan de brandveiligheidseisen voor nieuwbouw?


10. Bent u bereid de studentenhuisvesters en de COA te informeren over de uitspraak van de NIBRA en hen te vragen actie te ondernemen?


11. Bent u bereid uw collega van Integratie te vragen om het COA te vragen actie te ondernemen ten einde de onderkomens te laten voldoen aan de brandveiligheidseisen van nieuwbouw en tot die tijd beheersmaatregelen te nemen teneinde de kans op branduitbraak te verkleinen?


12. Bent u bereid de gemeenten te wijzen op het advies van de Nibra, zodat ze daar bij de vergunningverlening rekening mee kunnen houden?


13. Bent u bereid om in overleg met de VNG te bekijken in welke mate het Bouwbesluit moet worden aangepast n.a.v. het advies van de NIBRA? Kunt u ons over de uitkomsten van dit overleg informeren?


---


Met vriendelijke groet,


Chantal Linnemann

Secretaresse Voorlichting


Tweede Kamer-fractie Partij van de Arbeid

Plein 2

K 104

Postbus 20018

2500 EA Den Haag

Tel: 070 318 2694

Fax: 070 318 2800

c.linnemann@tweedekamer.nl