Financiële functie - parlementaire stukken - Antwoorden op kamervragen
over de Falcon-constructie
Antwoorden op kamervragen over de Falcon-constructie
21 april 2006
Vragen van het lid Externe link Vendrik(GroenLinks) aan de ministers
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Financiën over de
Falcon-constructie. (Ingezonden 10 april 2006)
---
Vraag 1
Hoe toetst u de oprichting van de houdstermaatschappij Falcon aan het
algemeen belang? 1)
Antwoord vraag 1
Het algemeen belang als toetsgrond biedt de ruimte om andere
overwegingen dan strijd met het recht bij de toetsing te betrekken. De
toetsing aan het algemeen belang kan allerlei aspecten betreffen,
bestuurlijke en financiële. De toetsing is marginaal, in die zin dat
de afweging van de belangen voor de provincie (bij voorbeeld de kosten
en de baten van een bepaalde transactie), zoals die door provinciale
staten is verricht, voorop staat. De provinciale afweging wordt bij
toetsing aan het algemeen belang niet integraal overgedaan. De vraag
of het toezichthoudend orgaan zelf deze beslissing zou hebben genomen
is geen criterium. Er dienen zeer zwaarwegende redenen te zijn om op
grond van dit criterium goedkeuring te onthouden.
Vraag 2
Bent u met ons van mening dat overwegingen die bij het Rijk spelen om
niet in te gaan op een dergelijke aanbieding van een commerciële
partij (doelmatigheid, lange termijn) feitelijk neerkomen op
overwegingen van algemeen belang?
Antwoord vraag 2
Ja.
Vraag 3
Als de kosten (fees, winstmarges) die commerciële partijen in rekening
brengen bezwaarlijk zijn voor de Rijksoverheid, zijn ze dan niet even
bezwaarlijk voor lagere overheden? Zo neen, waarom niet?
Antwoord vraag 3
Aan iedere afweging zitten verschillende kanten. Zo zijn er enerzijds
afwegingen betreffende de kosten van een transactie, anderzijds de te
verwachten baten, bijvoorbeeld het (eerder) kunnen beschikken over
bepaalde opbrengsten of het afdekken van bepaalde risico's. Overheden
maken daarin hun eigen afwegingen, ook heeft ieder specifiek geval
zijn eigen kenmerken. De informatie die ik in het kader van het
goedkeuringsverzoek heb ontvangen geeft mij geen aanleiding te
veronderstellen dat de provincie bij haar besluit geen aandacht aan
het algemeen belang heeft geschonken.
Vraag 4
Bent u met ons van mening dat doelmatigheid bij de lagere overheid
even centraal hoort te staan als bij de Rijksoverheid? Zo neen, waarom
niet?
Antwoord vraag 4
Doelmatigheid behoort een belangrijk punt van aandacht voor overheden
te zijn, overigens naast zaken als rechtmatigheid en doeltreffendheid.
Dat geldt voor decentrale overheden evenzeer als voor de centrale
overheid.
Vraag 5
Hoe kunt u het voornemen van de provincie aan het algemeen belang
toetsen als u geen inzicht heeft in de kosten die met het voornemen
gemoeid zijn?
Antwoord vraag 5
De provincie heeft, in de loop van de goedkeuringsprocedure, globaal
bij het ministerie van BZK aangegeven wat de kosten zijn, op
vertrouwelijke basis. Deze geven geen aanleiding om te veronderstellen
dat de provincie onverantwoordelijk met zijn middelen omgaat. Een meer
nauwkeurige kostenopgave is, gelet op de aard van de toetsing aan het
algemeen belang, niet nodig. De marginale toetsing brengt mee dat ik
de kosten-baten analyse van de provincie niet over zal doen.
Vraag 6
Ziet u enig steekhoudend argument voor het niet ter inzage geven van
de tarieven van de banken voor derden? Vindt u het acceptabel dat
zelfs de Rijksoverheid die haar goedkeuring moet verlenen, hierin geen
inzicht krijgt?
Antwoord vraag 6
Zie het vorige antwoord. Het al dan niet inzage geven aan derden is
een verantwoordelijkheid van de provincie.
Vraag 7
Bent u met ons van mening dat, aangezien de Rijksoverheid nooit op een
dergelijke aanbieding van een commerciële partij in zou gaan wegens de
kosten van die een bank in rekening brengt, de stelling van de
provincie Friesland dat het gaat om een financieel neutrale operatie
voor de provincie niet waar is en zelfs als enigszins misleidend is te
bestempelen?
Antwoord vraag 7
De gedachte dat het feit dat de rijksoverheid op een dergelijke
aanbieding niet zou ingaan impliceert dat een andere opvatting
misleidend is, is in zijn algemeenheid niet juist. De vraag of het om
een financieel neutrale operatie voor de provincie gaat is geen
onderdeel van de marginale toetsing.
Vraag 8
Weet u of de uitgebreide bespreking in Provinciale Staten heeft geleid
tot een heldere kosten-baten-analyse van het voorgenomen besluit?
Anders gesteld, weet u of de democratische controle van voldoende
kwaliteit geweest?
Antwoord vraag 8
Provinciale staten zijn een volwaardig vertegenwoordigend orgaan. Ik
ga ervan uit dat zij in staat zijn hun taak, het controleren van het
door gedeputeerde staten gevoerde bestuur, naar behoren uit te
oefenen.
Vraag 9
Welke mogelijke bestuurlijke en financiële risico's zijn, gelet op de
Wet fido, aan de transactie verbonden? Nopen deze u tot overleg met de
Provincie? Wanneer vindt dit overleg plaats en kunt u ons op de hoogte
houden van de uitkomst van dit overleg vóórdat u tot goedkeuring
overgaat?
Antwoord vraag 9
Het aandeelhouderschap van de energieleveranciers dient de uitvoering
van een publieke taak. Gelet op de Provinciewet en ook de Wet fido mag
de uitoefening van deze taak niet in het gedrang komen doordat de
aandelen worden ingezet voor het vrijmaken van liquide middelen. De
minister van Economische Zaken heeft reeds aangegeven dat het
aandeelhouderschap in de gekozen constructie kan worden uitgevoerd. In
het overleg dat ik met de provincie heb gevoerd, heb ik de provincie
er op gewezen dat de belangen van de financier in deze constructie er
niet aan in de weg mogen staan dat de provincie ten allen tijde aan
zijn publieke taak voorrang geeft, zowel in de rol van aandeelhouder
als in het optreden als overheid in het algemeen. Dit punt is in het
bijzonder van belang voor de voorwaarden waaronder de provincie op kan
treden als derde-pandgever, dat is namelijk het punt in de transactie
waar de provincie zelf met anderen dan Falcon contracteert. De
provincie heeft aangegeven de nodige maatregelen te hebben genomen,
dat wil zeggen een juridische vastlegging van het primaat van publieke
en bestuurlijke belangen onder alle omstandigheden. Inmiddels heb ik
besloten de oprichting van Falcon goed te keuren en ik heb de
provincie van dat besluit op de hoogte gesteld.
Vraag 10
Bent u met ons van mening dat de wetgeving voor lagere overheden
zodanig moet zijn dat constructies met commerciële bedrijven die
slechts gericht zijn op het naar voren halen van inkomsten maar die
uiteindelijk in het nadeel van de overheid zijn, vanuit het algemeen
belang niet toegestaan zouden moeten zijn?
Antwoord vraag 10
Het is op dit moment niet mogelijk om een uitspraak te doen over de
vraag of een constructie als "Falcon" per definitie ten nadele van de
overheid zal zijn. Over de vraag of het wenselijk is dat dit soort
constructies wordt gehanteerd, valt zeker te discussiëren. Nog een
stap verder is de vraag of wetgeving hieromtrent nodig is.
1) Aanvullende vragen n.a.v. Aanhangsel-Handelingen nr. 1203,
vergaderjaar 2005-2006
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties