Ministerie van Buitenlandse Zaken
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Binnenhof4
Den Haag

Ministerie van Buitenlandse Zaken
Directie Mensenrechten en Vredesopbouw
Bezuidenhoutseweg 67
Postbus 20061
2500 EB Den Haag
Datum 21 april 2006 Behandeld Tim Kos
Kenmerk DMV/HH-0306/06 Telefoon 0031-70-3485394
Blad 1/4 Fax 0031-70-3486647
Bijlage(n) tim.kos@minbuza.nl
Betreft Regionaal Appeal voor de Hoorn van Afrika en (corruptie in) Kenia

Zoals met uw Kamer op 18 april is afgesproken, geef ik u hierbij een overzicht van de Nederlandse bijdrage aan het regionale appeal voor de voedselhulp voor de Hoorn van Afrika en Kenia en de bijdragen van de andere donoren. Tevens informeer ik u over de reactie van het Keniaanse parlement op de inval bij het blad The Standard en de uitkomst van het debat over het rapport van het Public Accounts Committee.

Regionaal Appeal
Tijdens het debat met uw Kamer op 30 maart heb ik u gemeld dat Nederland op dat moment ¤ 7 miljoen aan noodhulpbijdragen in de Hoorn van Afrika ter beschikking had gesteld en voorafgaand aan het regionale appeal een bedrag van ¤ 7 miljoen. De uiteindelijke hoogte van de Nederlandse bijdrage aan het regionale appeal zou worden bepaald na het uitkomen van het appeal op basis van de omvang van het appeal en de bijdragen van andere donoren.

Op basis daarvan heb ik besloten de Nederlandse bijdrage verder te verhogen tot in totaal ¤ 21,8 miljoen. Ik sluit een verdere verhoging van de bijdrage niet uit, maar wijs er wel op dat Nederland in Afrika bijvoorbeeld in Soedan en het gebied van de Grote Meren op humanitair gebied meer verantwoordelijkheden heeft dan uitsluitend de Hoorn van Afrika. Ook buiten Afrika heeft Nederland verantwoordelijkheden.

Om de directe noden te lenigen, maar tegelijkertijd de duurzaamheid van de bijdragen niet uit het oog te verliezen, is Nederland van plan de nog niet gecommitteerde fondsen volgens onderstaand schema in te zetten rond het regionaal appeal:

Reeds uitgegeven of gecommitteerd: ¤ 7 mln
Unicef (op basis van het Regionaal Appeal) ¤ 4,8 mln
FAO (op basis van het Regionaal Appeal) ¤ 2 mln
WFP Somalië (CAP Somalië 'hangt onder' het Regionaal Appeal) ¤ 4 mln
WFP Kenia (dus buiten het Regionaal Appeal om) ¤ 4 mln
Totaal: ¤ 21,8 mln

De bijdrage aan Unicef is ingegeven door de aandacht die deze organisatie geeft aan vooral moeders en kinderen, en omdat Unicef in het regionaal appeal een grote rol speelt op het gebied van water en sanitatie, en van gezondheidszorg en (bij)voeding. FAO is regionaal vooral actief op het gebied van veemanagement, voedselveiligheid en levensonderhoud.
Naast deze meer op duurzaamheid gerichte activiteiten is massaal voedselhulp nodig, die wordt verstrekt door WPF. Helaas is het de VN niet gelukt alle WFP-appeals onder het regionaal appeal te brengen. Gezien de enorme behoefte zal Nederland buiten het regionale appeal om WFP in Kenia financieren. Het CAP Somalië, dat in zijn geheel aan het regionaal appeal is gehangen, omvat wel een WFP-component.

Inzet overige donoren
Op basis van gegevens van onder meer het Financial Tracking System (FTS) van OCHA valt een voorlopige lijst op te stellen van de grootste donoren aan de Hoorn van Afrika. Waarbij zij opgemerkt dat de ervaring enerzijds leert dat toezeggingen van donoren helaas niet altijd leiden tot uitgaven, terwijl anderzijds uiteraard altijd nieuwe toezeggingen kunnen volgen. Bovendien melden (helaas) niet alle donoren hun bijdragen bij het FTS. Niettemin valt een indicatie te geven. De belangrijkste donoren voor de Hoorn van Afrika zijn momenteel respectievelijk de Verenigde Staten (¤ 113 mln), EU/ECHO (¤ 28 mln voor directe humanitaire hulp en ¤ 21 mln voor landenprogramma's), Canada (¤ 17 mln) het Verenigd Koninkrijk (¤ 16 mln), Noorwegen (¤ 16 mln), Zweden (¤ 7,8 mln), Denemarken (¤ 3,5 mln).

Corruptiebestrijding in Kenia
Op 18 april jl. is het rapport van het Public Accounts Committee door het Keniaanse parlement (inclusief de ministers, die zitting hebben in het parlement) met grote meerderheid is aangenomen. Ook vice-president Moody Awori gaf, ondanks zijn inhoudelijke en procedurele kritiek, steun aan het rapport. Hij benadrukte dat de regering zich blijft inzetten voor de bestrijding van corruptie.
Voormalig minister van Financiën Mwiraria gaf toe dat hij op bepaalde punten fout was geweest en bood daarvoor zijn excuses aan het Keniaanse volk aan.

Martha Karua, de minister van Justitie, kondigde al eerder aan, dat de regering van plan is de aanbevelingen op te volgen. Onderzoeken naar degenen die van corruptie worden beschuldigd, de vice president Awori inbegrepen, zullen door de Kenya Anti-Corruption Commission worden voortgezet.

Andere aanbevelingen uit het rapport betreffen de onmiddellijke uitvoering van hervormingen bij het ministerie van Financiën om een fraudebestendig systeem te creëren voor het ondertekenen van contracten. Het parlement zelf moet een Parliamentary Security Committee opzetten om contracten gerelateerd aan veiligheid en defensie onder de loep te nemen. Kandidaten voor dat comité zullen eerst zorgvuldig doorgelicht worden en daarna voor een termijn van vijf jaar zitting nemen in het comité. In de aanbevelingen staat ook dat de Procureur-Generaal zeker zal moeten stellen dat alle 18 contracten van het type Anglo Leasing juridisch beëindigd worden. De Nederlandse ambassade in Nairobi zal de verdere afwikkeling, mede op basis van contacten met het parlement en de Keniaanse overheid, nauwgezet monitoren.

De inval bij de Standard Media Group
Op 1 maart jl. viel een gemaskerde groep politieagenten het gebouw van de Standard Media Group binnen, sloot het televisiestation KTN en verbrandde een groot aantal kranten. Het parlement was ten tijde van de inval nog op reces. Toen het parlement op 21 maart jl. weer bijeenkwam, zijn er vragen over de inval gesteld door de oppositie, maar daar is de regering tot nu toe niet op ingegaan.

De EU heeft op instigatie van Nederland - direct na de inval een verklaring uitgegeven, waarin de invallen werden veroordeeld en een verklaring werd gevraagd voor het kabinetsoptreden.

Zoals ik u al eerder meldde, heeft Nederland tijdens de stakeholdersbijeenkomst over goed bestuur in Kenia de autoriteiten eveneens aangesproken op onvoldoende zichtbare resultaten in de corruptiebestrijding, de inval bij de krant en het tv station en het geschonden vertrouwen in het Keniaanse beleid. De minister van Informatie verklaarde bij die gelegenheid dat de inval bij de krant en het tv-station een eenmalige gebeurtenis was en dat de wijze waarop de inval was uitgevoerd, niet gerechtvaardigd was. Hij gaf hierbij aan dat er geen herhaling zou plaatsvinden. Er loopt een gerechtelijk onderzoek naar de inval, nadat de krant de Standard en de Kenya National Commission for Human Rights aanklachten hadden ingediend.

Nederlands beleid
Zoals u bekend is, is de besluitvorming over Nederlandse bijdragen voor programma's op het gebied van onderwijs en water/milieu aangehouden in het licht van de recente ontwikkelingen. Deze programma's zouden immers met de Keniaanse overheid worden uitgevoerd. Deze voorgenomen programma's betroffen aanzienlijke bijdragen aan DFID voor een silent partnership op het gebied van onderwijs in Kenia, aan een drinkwaterprogramma met UNICEF en het opzetten van een bilateraal water/milieuprogramma door de Nederlandse ambassade ten behoeve van het realiseren van de MDG doelstellingen. De totale bijdrage van Nederland zou 118 miljoen euro bedragen . Door het wegvallen van de Nederlandse bijdrage zullen DFID en UNICEF hun programma moeten heroverwegen cq drastisch beperken. Ik zal de Keniaanse autoriteiten (en betrokken donoren) een dezer dagen op de hoogte stellen van mijn besluit om de Nederlandse bijdrage aan de genoemde programma's op te schorten totdat de Keniaanse regering er onomstotelijk blijk van geeft de corruptieproblemen voortvarend aan te pakken. In tegenstelling tot het voornemen van de Wereldbank, zal ons huidige goedlopend programma voor goed bestuur met de Keniaanse overheid niet worden uitgebreid, maar op hetzelfde bescheiden niveau van 2,2 mln euro per jaar worden gehandhaafd.

De Keniaanse overheid zal met de vertegenwoordigers, die aanwezig waren bij de stakeholdersbijeenkomst op 10 april (overheid, maatschappelijk middenveld, particuliere bedrijfsleven en donoren) in de komende maanden nader overleg voeren over het anti-corruptiebeleid van de Keniaanse overheid. Nederland zal daarbij inzetten op een duidelijker "benchmarking" van het anti-corruptieprogramma, opdat vooruitgang aan de hand van deze "benchmarks" eenduidiger meetbaar wordt.

De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,

A.M.A. van Ardenne-van der Hoeven