Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Antwoorden op kamervagen van Arib over administratieve lastendruk bij huisartsen

Kamerstuk, 25-4-2006

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

DBO-K-U-2674442

25 april 2006

Antwoorden van minister Hoogervorst op kamervragen van het Kamerlid Arib over administratieve lastendruk bij huisartsen (2050610820).

Vraag 1
Klopt het dat huisartsen hun praktijk sluiten, omdat zij zich hiertoe gedwongen voelen door de aanhoudende administratieve rompslomp en de gevolgen van het nieuwe zorgstelsel? 1) Kunt u cijfers verstrekken hoeveel huisartsen hun praktijk hebben gesloten sinds de invoering van het nieuwe zorgstelsel?

Antwoord 1
In het algemeen geldt dat ik niet registreer om welke reden huisartsen hun praktijk sluiten. Ik kan derhalve niet zeggen of het klopt dat huisartsen hun praktijk sluiten vanwege de door u genoemde reden.

Vraag 2
Klopt het dat de verzekerdenstatus via het Vecozo-systeem nog steeds niet goed te controleren is, ondanks uitbreiding van de capaciteit van het systeem? Deelt u de mening dat er nog steeds sprake is van een startfase? Zo ja, hoe lang duurt de startfase?

Antwoord 2
Zoals eerder aangegeven in antwoord op vragen van mevrouw Kant, werkt het declaratieverkeer (inclusief de Controle op Verzekeringsrecht via VECOZO) naar verwachting. VECOZO geeft aan dat de performance van verzekeraars in orde is. Het betalingsverkeer is echter nog niet volledig op orde. Eventuele problemen die zich daar nu nog voordoen worden grotendeels veroorzaakt door de verzekerdenmutaties die tot 1 mei kunnen optreden. Niet in alle gevallen heeft een verzekerde die voor 1 maart heeft opgezegd al een nieuwe verzekering afgesloten. Ook kan het voorkomen dat de nieuwe verzekeraar de aanmelding administratief nog niet heeft verwerkt. In die zin is er zeker sprake van een startfase. Partijen hebben daarom afspraken gemaakt over bevoorschotting. Zorgverzekeraars werken in de tussentijd met man en macht aan de administratieve verwerking van hun verzekerden. Het aantal verzekerdenmutaties neemt af, nu we 1 mei naderen. Na 1 mei mogen mensen niet meer wisselen van zorgverzekeraar en zal het declaratie- en betalingsverkeer hier weinig hinder meer van ondervinden.

Vraag 3
Wat vindt u ervan dat nog steeds 30 procent van de declaraties van huisartsen niet kan worden gehonoreerd? Deelt u de mening dat dit haaks staat op uw uitlating dat huisartsen geen financieel nadeel hoeven te ondervinden? 2)

Antwoord 3
Huisartsen hoeven geen financieel nadeel te ondervinden van de gerezen knelpunten, omdat partijen hebben afgesproken dat huisartsen een voorschot aan kunnen vragen bij hun preferente zorgverzekeraar. Onlangs hebben de zorgverzekeraars aangegeven bereid te zijn ook het tweede kwartaal te bevoorschotten. Het voorschot hoeft pas terugbetaald te worden als het declaratieverkeer op orde is. Het aantal verzekerdenmutaties neemt af en zal na 1 mei weinig tot geen invloed meer hebben op het declaratieverkeer. Daarnaast kunnen declaraties niet altijd gehonoreerd worden, omdat zij fouten bevatten. Kortom; zowel de zorgverzekeraars als de huisartsen hebben een verantwoordelijkheid in het realiseren van een optimaal functionerend declaratie- en betalingsverkeer.

Vraag 4
Welke compensatie wordt er geboden voor de administratieve lastendruk die voor huisartsen is ontstaan sinds de invoering van het nieuwe zorgstelsel?

Antwoord 4
In het akkoord over de nieuwe bekostigingssystematiek is rekening gehouden met mogelijke extra administratieve lasten voor huisartsen als gevolg van de invoering van de Zorgverzekeringswet en de nieuwe bekostigingssystematiek voor huisartsenzorg. Ik heb structureel EUR 10 mln. per jaar beschikbaar gesteld ter compensatie van deze lasten. Deze middelen zijn verdeeld over de tarieven en komen dus ten goede aan alle huisartsen.

Vraag 5
Deelt u nog steeds de mening dat deze situatie geen gevolgen heeft voor patiënten? 3) Hoe verhoudt uw bewering zich met de uitlatingen van de directeur van Fa-med, waaruit blijkt dat mensen in financiële problemen komen door de administratieve chaos bij zorgverzekeraars, en het feit dat Fa-med zijn beleid heeft moeten aanpassen in het omgaan met verzekerden die hun rekening niet kunnen voldoen? 4)

Antwoord 5
Ja. De gerezen knelpunten vormen een zogenoemd back-office probleem, waar de patiënt niets van dient te merken. De huisarts hoeft niet in financiële problemen te komen als gevolg van de gerezen knelpunten, omdat een voorschot aangevraagd kan worden bij de preferente zorgverzekeraar. Ook de huisartsen die zijn aangesloten bij Fa-med kunnen gewoon een voorschot aanvragen bij de zorgverzekeraar. Zorgverzekeraars hebben daarnaast ook tijdelijke bevoorschottingsafspraken gemaakt met Fa-med zelf. Het is niet de bedoeling dat rekeningen naar verzekerden gestuurd worden. Het lijkt mij vanzelfsprekend dat Famed, die in deze een functie vervult ten behoeve van de huisarts, zich houdt aan de afspraken die zijn gemaakt tussen de LHV, ZN en VWS.

Vraag 6
Welke maatregelen hebt u getroffen om de verrekening van voorschotten straks wel goed te laten verlopen?

Antwoord 6
Partijen hebben afgesproken dat verzekeraars en huisartsen lokaal afspraken maken over de wijze waarop het voorschot terugbetaald wordt. Hierbij kan ervoor gekozen worden om het voorschot te verrekenen met in te dienen declaraties of om het voorschot in 1 of meerdere termijnen terug te betalen.

Vraag 7
Kunt u aangeven wie de rente gaat betalen over de voorschotten die Fa-med heeft uitstaan bij zorgverleners?

Antwoord 7
Fa-med heeft er als zelfstandige onderneming zelf voor gekozen om de zorgverleners te bevoorschotten. M.i. zijn zij dan ook zelf verantwoordelijk voor de ontstane rente.

Vraag 8
Kunt u zich voorstellen dat huisartsen met nieuwe acties komen als er niet spoedig iets wordt gedaan aan de problemen?

Antwoord 8
Nogmaals, het declaratieverkeer werkt, alleen het betalingsverkeer ondervindt nog problemen die met name veroorzaakt wordt door de verzekerdenmutaties.
Er is en wordt ontzettend veel gedaan om de gerezen knelpunten zo snel mogelijk op te lossen. VECOZO heeft de capaciteit aanzienlijk uitgebreid en is in staat het COV- en declaratieverkeer te verwerken, er zijn bevoorschottingsafspraken gemaakt om te voorkomen dat huisartsen in liquiditeitsproblemen komen, er is een veegploeg ingesteld om problemen zo snel mogelijk te signaleren en waar mogelijk op te lossen, zorgverzekeraars en huisartsen zijn hard bezig om hun administraties voor zover nodig op orde te brengen. Het probleem wordt op dit moment vooral veroorzaakt door de verzekerdenmutaties die tot 1 mei kunnen optreden.
Na 1 mei zal het voor een grote meerderheid van de patiënten duidelijk zijn waar zij definitief verzekerd zijn en weet de huisarts waar hij zijn declaraties in kan dienen. Daarnaast geven zorgverzekeraars aan dat er nog niet erg veel gedeclareerd wordt en dat ingediende declaraties regelmatig fouten bevatten. Ook hier moet de komende maanden aan gewerkt worden.

Vraag 9
Kunt u nu definitief aangeven hoe lang het nog duurt voordat de verzekeraars hun administratie op orde hebben? Welke maatregelen bent u van plan te nemen? Welke consequenties zullen er voor de zorgverzekeraars volgen, indien ze de door u gestelde termijn niet halen?

Antwoord 9
Partijen hebben regelmatig contact over de voortgang in het verbeteren van het declaratieverkeer. We hebben besloten gezamenlijk een veegploeg in te stellen, die de problemen in het declaratieverkeer moet signaleren en zo mogelijk oplossen. Deze veegploeg komt eens in de twee weken bijeen en rapporteert over de voortgang. Onlangs heeft tevens een kort geding plaatsgevonden, dat een huisarts had aangespannen tegen een zorgverzekeraar over het feit dat er geen volledig voorschot verleend werd. De rechter heeft besloten dat de zorgverzekeraar gehouden is aan de landelijk gemaakte afspraken over bevoorschotting, om te voorkomen dat de huisarts in liquiditeitsproblemen komen.

1) "Huisarts haakt af door nieuw zorgstelsel", de Twentsche Courant Tubantia, 29 maart 2006
2) Nieuwsbericht "declaratieproblemen binnenkort opgelost" site VWS, 13 januari 2006
3) Aanhangsel-Handelingen nr. 670, vergaderjaar 2005-2006.Antwoord op vragen van het lid Arib.
4) NOS-journaal, 10 maart 2006