Ingezonden persbericht

Marc Quinn - recent sculptures in Groninger Museum

recent sculptures

GRONINGEN, 20060214 -- Het Groninger Museum presenteert de eerste grote museale tentoonstelling in Nederland van de Britse kunstenaar Marc Quinn (Londen1964) van 29 april t/m 27 augustus 2006. De tentoonstelling toont een selectie uit recent en nieuw werk zoals onder andere The Complete Marbles, The Big Bang, DNA- portretten, Kiss, werk uit de serie Flesh en een sculptuur waarvoor het supermodel Kate Moss model stond.


Het oeuvre van Marc Quinn is zeer divers. Hij maakt sculpturen, ruimtelijke installaties en schilderijen. Zijn materiaalkeuze varieert van traditionele materialen als brons, glas en marmer tot minder voor de hand liggende materialen als ijs, brood, bloed, lood en zelfs DNA. Het werk is soms spectaculair en confronterend, maar kan ook ingetogen en ontroerend zijn. Bij alle uiterlijke diversiteit is Quinns thema constant: de bezinning op zowel de vergankelijkheid als de schoonheid van het leven.

Marc Quinn was één van de kunstenaars van de spraakmakende groep Young British Artists die begin jaren negentig de internationale kunstwereld veroverde.
In 1991 kreeg Quinn internationaal veel aandacht met zijn sculptuur Self, een zelfportret dat werd vormgegeven door het gebruik van een mal met 5 liter van zijn eigen bloed dat permanent bevroren in een speciale vitrine werd tentoongesteld.
Na jaren zijn eigen lichaam als uitgangspunt te hebben gebruikt, begint de kunstenaar in 1999 aan de serie, waarbij hij zich op anderen richt, met de titel The Complete Marbles. Het is een serie portretsculpturen van mensen die een of meerdere ledematen missen. Dat hij deze beelden in wit Italiaans marmer uitvoert, werkt bevreemdend, omdat wit marmer al sinds de oude Grieken wordt gebruikt voor het vormgeven van een ideaal beeld van perfecte schoonheid. Toch zijn de witte marmeren beelden zoals zij uit de klassieke oudheid tot ons zijn gekomen meestal ook gehavend omdat zij bijvoorbeeld ledematen missen. Dit wordt zelfs eerder gezien als een accentuering dan als een aantasting van de perfecte schoonheid, zoals bij de ontbrekende armen van de Venus van Milo. Hoogtepunt uit deze serie was toen in september 2005 het marmeren beeld Alison Lapper Pregnant werd onthuld op Trafalgar Square. Het model hiervoor was de zwangere, lichamelijk gehandicapte kunstenares Alison Lapper. De originele levensgrote sculptuur van Alison zal in de tentoonstelling te zien zijn. Deze serie van Quinn is sterk maatschappelijk geïnspireerd en kan worden opgevat als een pleidooi voor de emancipatie van de lichamelijk gehandicapte mens.
In 2001 maakte Quinn DNA-portretten. De basis voor die portretten bestaat uit het DNA dat met behulp van een standaard kloontechniek in bacteriën is gerepliceerd. Een portret is dus geen kopie van het uiterlijk van de geportretteerde, maar van diens genetische code en is meer dan levensecht, namelijk echt levend.
De bronzen sculpturen in de tentoonstelling zijn gebaseerd op open gebarsten popcorn. In combinatie met hun titel The Big Bang lijken ze vanuit een pop-art perspectief aan te zetten over uiterst actuele en serieuze zaken als het ontstaan van alles en de evolutietheorie.
Alle werken in het Groninger Museum zijn nog niet eerder in Nederland getoond en zullen de rijkdom en gelaagdheid laten zien van een van de interessantste kunstenaars van dit moment.


Boek
In samenwerking met NAI Uitgevers verschijnt bij de tentoonstelling een uitgebreid boek van 120 pagina's in het Nederlands en Engels. De auteurs zijn Rod Mengham en Sue-an van der Zijpp. Het boek wordt vormgegeven door Rudo Menge.

De tentoonstelling past in het beleid van het Groninger Museum wat betreft solotentoonstellingen van relatief jonge kunstenaars van nationaal en internationaal niveau. In de afgelopen jaren waren dat naast de gebroeders Chapman ( 2002), onder meer de Nederlander Erik van Lieshout (2002), De Australische ontwerper Marc Newson (2004) en de Brits-Cypriotische modeontwerper Hussein Chalayan.




Ingezonden persbericht