Vereniging Milieudefensie

Tweede-Kamerleden onderzoeken houtkap op Borneo

Amsterdam/Zeist, 4 mei 2006 --- De Tweede-Kamerleden Boris Dittrich (D66), Tineke Huizinga-Heringa (ChristenUnie) en Henk Jan Ormel (CDA) gaan van 5 tot en met 13 mei op reis naar Kalimantan, het Indonesische deel van het eiland Borneo. Doel van de reis is kennis te vergaren over de bedreiging van het laatste tropisch regenwoud op het eiland en de gevolgen die dit heeft voor de bestaansmogelijkheden van de lokale bevolking. In rap tempo worden bossen gekapt om aan de internationale vraag naar tropisch hardhout te kunnen voldoen en om plaats te maken voor eindeloze oliepalmplantages. Met het kappen van deze bossen dreigt één van de meest bijzondere en rijke stukken natuur op aarde te verdwijnen. De reis wordt georganiseerd door het Wereld Natuur Fonds, Milieudefensie en het IUCN Nederlands Comité in het kader van hun gezamenlijke natureandpoverty* programma.

De delegatie wordt geleid door de Leidse antropoloog dr. Gerard Persoon, deskundige op het gebied van ontbossingvraagstukken. "We willen de politici de cruciale maar ook complexe relatie laten zien tussen armoedebestrijding en de bescherming van het regenwoud. Het verlies van bossen heeft niet alleen onomkeerbare gevolgen voor het leefgebied van planten en dieren. De lokale bevolking verliest met de uitputting van de natuurlijke hulpbronnen haar economische zelfstandigheid. Met deze reis kunnen we de kamerleden in het veld de noodzaak laten zien om in het Nederlandse regeringsbeleid een relatie te leggen tussen natuurbescherming en armoedebestrijding."

De precaire situatie op Borneo is extra actueel, omdat er vergaande plannen zijn om op Borneo een door China gefinancierde oliepalmplantage aan te leggen, die een gebied beslaat dat bijna zo groot is als de helft van Nederland. Palmolie wordt verwerkt in alledaagse producten, zoals zeep, shampoo, margarine, chips, sauzen en frituurolie. Ook wordt palmolie, gestimuleerd door beleid van de Nederlandse regering, steeds vaker gebruikt voor energieopwekking. Nederland is met de Rotterdamse haven één van de grootste importeurs van palmolie ter wereld.

Volgens het Wereld Natuur Fonds, Milieudefensie en het IUCN Nederlands Comité dringt de tijd om in actie te komen. Initiatieven op het gebied van duurzame ontwikkeling moeten worden ondersteund en uitgebreid, bijvoorbeeld in de vorm van duurzame productie van hout (met het FSC-keurmerk) en duurzame palmolie. Nederland zal ervoor moeten zorgen dat op meerdere beleidsterreinen een duurzame ontwikkeling van Borneo wordt ondersteund en dat voorkomen wordt dat bijvoorbeeld het Nederlandse energiebeleid ten koste gaat van het waardevolle tropisch regenwoud. Dit laatste sluit ook direct aan bij de politieke steun die door Nederland is toegezegd aan de regeringen van Indonesië, Maleisië en Brunei voor de bescherming van 'het hart van Borneo'.

Tijdens de reis zullen de kamerleden onder meer houtkapconcessies en oliepalmplantages bezoeken en gesprekken voeren met de lokale autoriteiten, vertegenwoordigers van de lokale bevolking, en milieu-organisaties.
---

Bel