Mellon hbv

Mellon HBV en ASM International

LONDEN, May 4 /PRNewswire/ --

Mellon HBV Alternative Strategies, een geregistreerde beleggingsadviseur en een dochterbedrijf van Mellon Financial Corporation, is namens gelieerde beleggingsfondsen en afzonderlijk beheerde klanten, voor wie Mellon HBV discretionaire bevoegdheid heeft, de economische eigenaar van circa 6,1 van de gewone aandelen van ASM International NV, de Nederlandse halfgeleiderfabrikant. Mellon HBV is van plan om de jaarlijkse algemene vergadering van aandeelhouders van ASMI op 18 mei 2006 bij te wonen en om er te stemmen tegen de vaststelling van de jaarrekening over 2005, het voorstel om het verlies over 2005 in mindering te brengen van de reserves en de benoeming van Chuck Del Prado, zoon van de president-directeur, voor de raad van bestuur en de heren Brix en Van Amerongen voor de raad van commissarissen.

Mellon HBV meent dat de huidige raad van bestuur en raad van commissarissen niet de aangewezen maatregelen hebben genomen voor de blijvend grote verliezen in de front-end-activiteiten wegens de structuur van corporate governance, een structuur die niet de maximalisatie van aandeelhouderswaarde bevordert.

Mellon HBV heeft in de afgelopen maanden haar bezorgdheid geuit over het verlies gemaakt op de front-end-activiteiten en de praktijk om deze verliezen te financieren via dividenden op de aandelen die ASMI heeft in ASM PT, en leningen op basis van de waarde van het belang van ASMI in ASM PT.

Volgens de jaarrekening van ASMI is ASMI, dankzij een stijging van de schulden met 150 miljoen euro en dividenden uitgekeerd door ASM PT ter waarde van 200 miljoen euro sinds 2000, in staat geweest om sinds 2000 350 miljoen uit te geven aan onderzoeks- en ontwikkelingskosten. Ondanks deze grote investeringen is de geïmpliceerde marktkapitalisatie van de front-end-activiteiten geleidelijk verminderd van 300 miljoen euro in 2000 tot minder dan nul op datum van vandaag. Mellon HBV vindt het feit dat de belegging van ASMI in ASM PT meer waard is dan ASMI zelf een alarmerende ontwikkeling.

Hoewel gebleken is dat voor de front-end-activiteiten van ASMI goede technologische kennis aanwezig is in bepaalde marktsegmenten, is Mellon HBV van mening dat het bedrijf er algemeen niet in geslaagd is om over de afgelopen vijf jaar een voldoende hoge winstmarge te genereren. Gekoppeld aan het grote en ruim toegewezen R&D-budget, heeft dit geleid tot significante waardevermindering, in tegenstelling tot de trend in de bedrijfstak.

Mellon HBV meent dat een aantal acties op het vlak van corporate governance, een afname van de investeringen en wijzigingen in de vennootschappelijke structuur vereist zijn om een einde te stellen aan de waardevermindering voor de aandeelhouders van ASMI. Mellon HBV zal blijven aandringen bij de raad van commissarissen en de raad van bestuur om voorstellen te formuleren voor wijzigingen op dit vlak. Dergelijke wijzigingen zijn:


-- Indien er geen synergie is tussen de front-end- en de back-end-activiteiten, dient ASMI haar belang in ASM PT te reduceren. De opbrengst van de verkoop van de aandelen dient op efficiënte wijze terug te komen naar de aandeelhouders.

-- De akte van oprichting van ASMI dient in overeenstemming te worden gebracht met de huidige normen voor corporate governance, zodat de externe aandeelhouders - die de meerderheid van het uitgegeven maatschappelijk kapitaal vertegenwoordigen - reële invloed hebben op belangrijke besluiten van de aandeelhouders.

-- Er zijn agressieve besnoeiingen vereist in de uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling, in lijn met het winstvermogen van de front-end- activiteiten.

-- Een duidelijk rentabiliteitsplan moet worden opgesteld, in lijn met andere bedrijven uit de bedrijfstak. Dit plan moet aan de aandeelhouders worden voorgesteld met de belofte dat alle mogelijkheden zullen worden onderzocht om de waarde voor aandeelhouders te maximaliseren.

-- De verkoop van de front-end-producten via opbod moet worden overwogen indien het bedrijf niet erin slaagt om de vastgestelde doelen en vooraf bepaalde mijlpalen te verwezenlijken.

-- De raad van commissarissen moet worden versterkt met echt onafhankelijke leden.

Mellon HBV heeft de raden conform het Nederlandse vennootschapsrecht tijdig verzocht om de aandeelhouders tijdens de komende algemene vergadering van aandeelhouders op 18 mei 2006 te laten stemmen over een besluit om het belang van ASMI in ASM PT uit te keren. ASMI heeft dit punt op de agenda geplaatst voor de algemene vergadering, maar uitsluitend ter bespreking.

Inzake de punten op de agenda van de algemene vergadering van 18 mei 2006 is Mellon HBV van plan om tegen te stemmen voor de volgende voorgestelde besluiten:


1. Vaststelling van de jaarrekening over 2005:

Het jaarverslag en de jaarrekening van ASM (statutory accounts) vermelden een gecumuleerd verlies van 147 miljoen euro. Alleen op het belang in ASM PT heeft het bedrijf tegelijkertijd een winst, gewaardeerd volgens het mark-to- market-principe (marktwaarde), gerealiseerd van ruim 400 miljoen euro in 2005. De totale waarde van dit belang bedraagt momenteel meer dan 1 miljard euro, maar komt niet tot uiting in de jaarrekening. Door de consolidatie van ASM PT en de 'maskering' van de waarde van de aandelen ASM PT wordt geen waarachtig en getrouw beeld gegeven van het resultaat en de financiële toestand van ASMI, zoals dit vereist is volgens de IFRS (internationale normen voor financiële rapportage) en de Nederlandse GAAP (algemeen aanvaarde principes voor boekhoudkundige waardering).


2. Decharge van de raad van bestuur en de raad van commissarissen:

Mellon HBV is van mening dat het bestuur van ASMI en het toezicht erop slecht waren in het licht van de grote verliezen die over 2005 zijn gemaakt - dit in tegenstelling tot de trend in de bedrijfstak, de ontoereikende en laattijdige maatregelen die de raden hebben genomen om de trend van verliezen op de front-end-activiteiten om te keren, de weigering om de normen voor corporate governance op niveau te brengen en de keuze van nieuwe kandidaten voor de raden.


3. Benoeming van de leden van de raad van bestuur en de raad van commissarissen:

a. De benoeming van Chuck del Prado: Mellon HBV is van mening dat de benoeming van de zoon van Arthur Del Prado, de president-directeur, voort zal bijdragen aan de praktijk van ondermaatse corporate governance.

b. De benoeming van Berend Brix en Van Amerongen: in het licht van de resultaten van het bedrijf is Mellon HBV van mening dat kandidaten met een sterk track record in herstructurering en herstel van bedrijven vereist zijn. Mellon HBV vindt dat Van Amerongen en Brix niet aan dit profiel beantwoorden.

c. De raad van commissarissen heeft geen andere, geloofwaardige kandidaten voorgesteld. De andere voorgestelde kandidaten voldoen niet aan de vereisten die worden vermeld in "Profiel van de raad van commissarissen" van het bedrijf.


4. Machtigingen van de raad van bestuur:

Machtigingen verleend aan de raad van bestuur om aandelen uit te geven en inschrijvingen op gewone en financierende preferente aandelen toe te kennen, zijn een aantasting van de voorkeursrechten van gewone aandeelhouders. De uitgifte van preferente aandelen kan worden gebruikt als een beschermende maatregel ten nadele van de rechten van externe aandeelhouders. Mellon HBV gelooft dat het gebruik van deze machtigingen niet in het beste belang van de aandeelhouders is.

Mellon HBV roept de aandeelhouders op om hun aandelen tijdig te registreren voor de algemene vergadering en om hun afkeuring van het beleid te uiten tijdens deze algemene vergadering. De registratiedatum voor de algemene vergadering is 11 mei 2006. Mellon HBV heeft MacKenzie Partners onder de arm genomen als informatiekantoor. Aandeelhouders worden verzocht om contact op te nemen met MacKenzie Partners op het onderstaande nummer voor alle vragen inzake de positie van Mellon HBV. MacKenzie Partners zal geen volmachten vragen.

Mellon HBV Alternative Strategies is een 100 dochterbedrijf en alternatieve beleggingsbeheerder van Mellon Financial Corporation.