Gemeente Haaksbergen
Dodenherdenking
Toespraak burgemeester drs. K.B. Loohuis,
uitgesproken ter gelegenheid van de dodenherdenking op 4 mei 2006.
Vanavond gedenken wij en denken wij aan al die mensen die in de
oorlogen, die in ons land en daarbuiten hebben plaatsgevonden,
gestorven zijn voor het ideaal van de bevrijding van onderdrukking en
tirannie en voor het ideaal van de vrijheid.
We staan stil en gedenken in stilte degenen die het hoogste offer
hebben gebracht wat maar mogelijk was, namelijk hun leven.
In het bijzonder herdenken wij degenen die in onze gemeente hun leven
hebben verloren. Verzetsstrijders, toevallige passanten en soldaten en
vliegeniers in Haaksbergen, Buurse en St.-Isidorushoeve. Maar ook hen
die in den vreemde hun leven hebben gelaten.
Wij allen zijn aan hen verplicht deze offers nooit te vergeten.
Ik wil dat u allen eens terug denkt aan de tijd dat u negentien,
twintig of eenentwintig jaar was. Dat is voor de meesten van u
mogelijk. En denkt u dan eens aan al die dingen en gebeurtenissen die
u vanaf die leeftijd tot op de dag van vandaag allemaal heeft gedaan
en hebt beleefd. Dat zijn er zoveel. U zou er dagen over doen om ze
allemaal op te schrijven of om er over te praten. De meesten van u
zeggen wel eens: We mogen dankbaar zijn dat we dit of dat nog allemaal
hebben mogen meemaken.
U behoort tot de gelukkigen die dat kunnen zeggen. Maar de miljoenen
mannen en ook vrouwen van negentien, twintig en eenentwintig jaar die
zijn gesneuveld, vermoord, uitgehongerd, gefolterd en terechtgesteld
in al die oorlogen van deze eeuw en de vorige kunnen dat niet meer
zeggen. Omgekomen en omgebracht in de bloei van hun leven. Geen
kinderen en/of kleinkinderen. Geen leuk huis met mogelijk een gezin.
Geen mogelijkheid om een diploma te halen en een leuke baan te zoeken.
Geen bezoek aan popconcerten en avondjes stappen met je vrienden. Geen
tijd om leuke wereldreizen te maken.
Velen van hen hebben wel nog een wereldreis gemaakt. Naar de stranden
in Normandie. Naar de woestijn in Afrika. Naar de tropische gebieden
in het Verre oosten. Maar velen zijn daar niet meer van terug gekomen.
Ik vraag me wel eens af, als ik de beelden van de oorlogshandelingen
in die gebieden op de televisie weer eens zie, wat als die jongens en
meisjes er niet waren geweest, wat als die mannen en vrouwen toen niet
hadden gevochten voor de vrijheid? Wat als die generatie zich deels
niet had opgeofferd zodat jij en ik vandaag in alle vrijheid kunnen
leven, denken en werken? Een ding is zeker, we zouden een heel andere
toekomst tegemoet gegaan zijn.
Denk daar eens aan op een avond als deze. Dan zult u het met mij eens
zijn dat het absoluut terecht is dat we elk jaar weer hier staan om
deze mannen en vrouwen te gedenken. Naast al die miljoenen onschuldige
burgers die omgekomen zijn tijdens gevechtshandelingen en in
concentratiekampen. Ook daar is een groot deel van een generatie
uitgemoord, uitgeroeid en omgekomen.
Uitgemoord, uitgeroeid en omgekomen, zodat wij vandaag in vrijheid
kunnen leven. Een vrijheid die niet vanzelfsprekend is en waar we elke
keer weer ons best voor moeten doen om deze te behouden. Soms door er
bij stil te staan. Soms door samen te beseffen welk groot goed we in
ons bezit hebben. Vrijheid is immers met al het goud van de wereld
niet te betalen. Soms door missies in het kader van de VN om vrede en
vrijheid elders te beschermen en te brengen. Maar vooral door in te
zien dat vrijheid iets is wat we samen maken. Door elkaar vrijheid te
geven. Door te beseffen dat vrijheid iets anders is dan alleen je
eigen zin door te drijven en alleen aan je eigen te denken. Dat deden
al die miljoenen mannen en vrouwen die in de jeugd van hun leven het
hoogste offer brachten wat een mens maar kan geven, hun eigen leven.
Niet voor zichzelf, maar voor ons, voor u, voor jou en mij.
Tot de jongste generatie die achter de computer nu de oorlog naspelen
zou ik willen zeggen: Oorlog is geen spel. Oorlog is bittere ernst.
Oorlog leidt alleen maar naar verdriet, ellende, moord en haat. Het
overhalen van de trekker op het beeldscherm mag nooit leiden tot het
overhalen van de trekker in het echt. Oorlog is geen heroïsch spel.
Oorlog maakt van mensen geen helden of supermensen. Verbieden van de
spellen heeft geen zin. Wij speelden vroeger ook de oorlogen na. Niet
via een beeldscherm, maar met een stuk hout in de handen. En wij
schoten ook op elkaar en om te winnen. Alleen niet zo driedimensionaal
weergegeven. Onze kinderen zullen niet slechter of agressiever dan ons
worden, als we er maar met ze over praten. Als we ze maar vertellen en
laten zien thuis en op school wat een ellende oorlog kan brengen. Dat
praten meer kans biedt op vrijheid dan vechten.
Wij hebben het geluk dat wij oorlog al 61 jaar niet meer hebben
meegemaakt. Laat dat zo blijven.
K.B. Loohuis