Vrije Universiteit Amsterdam

10.05.2006
P. Mosca
auditorium
Faculteit der Aard- en Levenswetenschappen
13:45
Neogene basin evolution in the western Po Plain (NW Italy). Insights from seismic interpretation, subsidence analysis and low temperature (U-Th)/He termochronology


Promotor: prof. dr. S.A.P.L. Cloetingh

Westelijke Po-vlakte
Pietro Mosca onderzocht de ontstaansgeschiedenis van de westelijke Po-vlakte aan de hand van seismische interpretatie, bekkendalinganalyse en thermochronologie. Op de westelijke Po-vlakte rusten dikke mariene eenheden op tektonisch naast elkaar liggende Alpine en Apennijnse eenheden. Oligocene tot Miocene afzettingen komen in het zuiden aan het oppervlak in het Tertiaire Piedmonte Bekken en in het noorden in de Torino Heuvel. De noordelijke en zuidelijke sectoren worden gescheiden door vroeg Pliocene mariene en midden-Pliocene tot Holocene continentale afzettingen van de Savigliano and Alessandria bekkens. De ontwikkeling van de westelijke Po-vlakte wordt gedomineerd door convergentie van zuidwaarts gerichte, zuid Alpine overschuivingen, en noordwaarts gerichte Apennijnse breuken. Het gebied ten zuiden van de Torino Heuvel en Monferrato is geschoven over Neogene afzettingen van de Po vlakte en vormt een regionaal piggy-back bekken. In het Oligoceen lagen belangrijke dalingsgebieden in het zuid-westen en zuid-oosten van het Tertiaire Piedmonte Bekken, terwijl in het vroeg Mioceen daling plaatsvond in het centraal-westelijke deel. Sinds het midden-laat Mioceen verplaatsten de belangrijke dalingsgebieden naar het noorden, richting de Savigliano and Alessandria bekkens. Het Tertiaire Piedmonte Bekken strekte zich aanvankelijk verder zuidwaarts uit dan tegenwoordig. Het eindigde ongeveer ter hoogte van het Finale ligure gebied (langs de huidige Ligurische kust). In het gebied dat zich uitstrekte van Finale Ligure tot aan het naastgelegen centrale deel van de westelijke Po-vlakte vond gedurende het Oligoceen en Mioceen tegelijkertijd exhumatie (in het zuiden) en daling (in het noorden) plaats. Op- en neerwaartse verticale verplaatsingen hebben een orde van grootte van enige kilometers en vinden plaats met snelheden van 0.1 tot 0.2 milimeter per jaar. De gekoppelde opheffing en daling verplaatste zich naar het noorden. Tenminste vanaf het middel-laat Mioceen, werden kilometer dikke pakketten aan de noord en zuid rand geërodeerd en afgezet in de Savigliano en Alessandria bekkens.

Voor meer informatie over activiteiten aan de VU:

dienst communicatie, afdeling In- en externe communicatie:

T 020 59 85666
E pers@vu.nl

Voor meer informatie over Vumc:

T 020 44 43444
E communicatie@vumc.nl