Wonen,

zorg en welzijn

Jeugdzorg

Geen kind tussen wal en schip

Provinciebrede overeenkomst AAF (gemeenschappelijk actieprogramma aansluiting Flevoland)

Eén hulpplan per kind, niemand die meer buiten de boot valt. Gemeenten, provincie, scholen, politie en justitie in Flevoland willen de jeugdzorg verbeteren. Het middel hiervoor: nauwer samenwerken. Minder rompslomp en kortere lijnen moeten het mogelijk maken om sneller in te grijpen.

Provinciebreed

Een groot aantal vertegenwoordigers van deze partijen
ondertekenden pasgeleden een overeenkomst in Lelystad. Niet de eerste keer dat een krabbel wordt gezet onder een plan om de
jeugdhulpverlening een impuls te geven. Toch was dit een bijzonder moment, zei gedeputeerde John Bos. `Dit is een provinciebrede overeenkomst. Die bestond nog niet.'
Het betekent dat er weer een hindernis is genomen op weg naar een betere zorg voor de jeugd. Niet alleen samenwerken binnen een gemeente, maar verder kijken- de regio/ provincie in.

Hulp

Steeds meer kinderen en jongeren hebben hulp nodig. Ze trekken het bijvoorbeeld niet op school of hebben problemen thuis. Om deze groep zo goed mogelijk te begeleiden is het nodig dat school, gemeentelijke instellingen, jeugdzorg en - in sommige gevallen- politie en justitie op dezelfde golflengte zitten. Ze moeten elkaar weten te vinden, niet langs elkaar heen werken. Dat laatste ligt op de loer, zeker in grote gemeenten. `De structuur van de hulpverlening is ingewikkeld', zei wethouder Kok van Lelystad. `Niet op een A4'tje te vatten, eerder op A3.'

Samenwerking

Het doel is een sluitende samenwerking. In de hulpverlening mogen geen gaten vallen. Want en dat is hardop gezegd, geen kind mag tussen wal en schip raken. Zo moet er per kind één hulpplan komen. Dat werkt gewoon makkelijker. Ook de banden tussen Bureau jeugdzorg en de scholen worden aangehaald. Dit voorkomt dubbel werk. Zo vertelde een vertegenwoordiger van het onderwijs dat het werk van leraren vaak wordt overgedaan. Leraren maken de kinderen dagelijks mee en kunnen een hulpverlener veel nuttige informatie verschaffen. Daar kan meer gebruik van gemaakt worden.

Nog een hoop te doen

Gedeputeerde Bos onderstreepte dat de bijeenkomst een beginpunt is. `We hebben nog een hoop te doen.' In de komende drie jaar gaat het om het uitvoeren van de gemaakte afspraken. Maar ook het monitoren en waar nodig bijstellen van die afspraken door uitvoerders en bestuurders: werken de afspraken en valt er dus geen kind buiten de boot in Flevoland.

Voorbeeldfunctie

Rob Kerstens, directeur-generaal bij het Ministerie van Onderwijs, was vol lof: `Het nieuwe land heeft een voorbeeldfunctie voor de rest van het land'.