Lijst Pim Fortuyn
PERSBERICHT
Den Haag, 10 mei 2006
LPF: Anti-corruptiebeleid Van Ardenne schiet nog tekort
De Lijst Pim Fortuyn is van mening dat het beleid van minister van Ontwikkelingssamenwerking Van Ardenne, volgend op de Kamerbreed aangenomen motie-Van As, om door corrupte regeringsleiders gestolen overheidsgeleden terug te vorderen, vooralsnog tekortschiet.
De LPF is van plan om op korte termijn hierover in debat te gaan met de verantwoordelijke minister(s).
De Lijst Pim Fortuyn is tevreden over het Nederlandse voorstel om te komen tot de oprichting van een Multidonor Trust Fund van waaruit juridische expertise kan worden gefinancierd die ontwikkelingslanden nodig hebben om de gestolen overheidsgelden terug te vorderen, maar vindt dat er meer kan en ook moet worden gedaan. Nu wordt het aan de individuele ontwikkelingslanden zelf overgelaten om de gelden terug te vorderen, meestal zonder veel succes. Daarom zou het effectiever zijn wanneer de internationale gemeenschap - VN, OESO, EU - zich actief gaat bezighouden met het terugvorderen.
Het is algemeen bekend dat een aanzienlijk deel van de in het verleden weggesluisde gelden zijn terechtgekomen op Zwitserse bankrekeningen. Om die reden is het van belang dat de internationale gemeenschap druk uitoefent op een land als Zwitserland, nota bene ondertekenaar van het VN-verdrag tegen Corruptie dat bepalingen bevat over de teruggave van onrechtmatig verkregen en naar het buitenland doorgesluisde overheidsgelden en -goederen (artikelen 51 tot en met 59).
Verder vindt de Lijst Pim Fortuyn dat de Nederlandse regering zou moeten uitzoeken hoeveel Nederlands ontwikkelingsgeld de afgelopen jaren is verdwenen als gevolg van corruptie. Alleen al in Afrika, zo heeft de Afrikaanse Unie becijferd, gaat elk jaar zo'n 150 miljard dollar (!) verloren aan corruptie, en het is moeilijk te geloven dat hierbij geen Nederlands ontwikkelingsgeld zou zitten.
Tenslotte vraagt de LPF de minister van Ontwikkelingssamenwerking om haast te maken met het opstellen van een zwarte lijst van ontwikkelingslanden, die vanwege hun corrupte karakter worden uitgesloten van bepaalde vormen van ontwikkelingshulp. Dit, overeenkomstig de onlangs aangenomen motie-Herben.
Dat corruptie zich heeft ontwikkeld tot een belangrijk thema binnen Ontwikkelingssamenwerking is voor een belangrijk deel de verdienste van de LPF die hierover de afgelopen jaren een drietal (Kamer)breed gesteunde moties heeft ingediend (moties-Herben uit 2004 en 2006en de motie-Van As uit 2005).