Unicef



Kinderen lijden onder blijvende voedselonzekerheid in Irak 16 mei 2006, Amman/Baghdad - Veel armere gezinnen in Irak zijn niet zeker van de nodige hoeveelheid voedsel, ondanks de grote distributie van voedselpakketten. Dat staat in een onderzoeksrapport over voedselzekerheid en kwetsbaarheid in Irak. Het rapport werd gebaseerd de meest recente cijfers uit 2005.

Het onderzoek, dat mede tot stand kwam door Unicef en het Wereldvoedselprogramma, was hard nodig. Het was onduidelijk hoe de situatie van voedsel er voor stond in Irak, omdat eerdere rapporten elkaar tegenspraken. Om de voedselproblemen op de juiste manier aan te pakken was dus helderheid nodig.

Het onderzoek werd in grote delen van het land uitgevoerd, bij meer dan 22.000 huishoudens op het platteland en in de stad. Er werd onder andere gekeken naar de groei van kinderen, hun gewicht, armoede en de mate van zelfvoorziening.

Chronisch en acuut
Unicef-vertegenwoordiger in Irak, Roger Wright, benadrukt dat het onderzoek bevestigt dat voedselonzekerheid het zwaarst drukt op kinderen. "Van de ondervoede kinderen is een op de drie chronisch ondervoed", vertelt Wright. "Chronische ondervoeding treft vooral kinderen van 12 tot 23 maanden. Terwijl dat voor de allerjongsten de grootste schade toebrengt, niet alleen in de lichamelijke ontwikkeling, maar ook in de geestelijke."

Verder heeft 9 procent van de Iraakse kinderen acute ondervoeding, en is daarmee ook een grote zorg. Ook bij deze vorm van ondervoeding worden kinderen tot 24 maanden het zwaarst getroffen. Meer dan een op de tien kinderen van deze leeftijd is acuut ondervoed.

Niet alleen weinig voedsel De voortdurende voedselonzekerheid in Irak kent verschillende oorzaken. Voor de hand liggen de oorlog en sancties, en het aanhoudende geweld en de onveiligheid. Verder kent Irak een groeiende werkloosheid, analfabetisme en een verzwakte infrastructuur - vooral voor water en sanitaire voorzieningen. Ook is het wegvallen van de kostwinner een belangrijke reden, bijvoorbeeld door sterfte of ziekte.

De voedselonzekerheid in Irak is dan ook niet slechts een kwestie is van een te lage voedselproductie in het land. Belangrijker is dat gezinnen door vele redenen moeilijk aan voedsel kunnen komen, zo wijst het rapport uit.

Het publieke distributiesysteem van voedselpakketten is verreweg de belangrijkste voedselbron voor veel gezinnen in Irak, waar 15 procent van de gezinnen extreem arm is. Om rond te komen moeten ze goedkoper en minder voedzaam eten kopen, minder maaltijden per dag nemen en voedsel op krediet kopen.

Onderwijs
Verder blijkt uit het rapport dat hoe meer en beter onderwijs mensen hebben gehad, hoe makkelijker ze over voedsel kunnen beschikken. Ze kunnen beter omgaan met moeilijke omstandigheden en hebben een grotere kans op werk.

Het baart dan ook zorgen dat steeds meer kinderen onder de 15 jaar van school gaan. Van de kinderen die op het platteland wonen en extreem arm zijn, gaat een op de vier kinderen onder de 15 jaar voortijdig van school. Het kost de gezinnen te veel om de kinderen op school te houden, de scholen zijn te ver weg en kinderen moeten vaak werken voor extra inkomen.

Het onderzoek werd uitgevoerd door het Iraakse ministerie van Planning en Ontwikkelingssamenwerking en het ministerie van Gezondheid. Unicef en het Wereldvoedselprogramma (WFP) werkten aan het onderzoek mee.