Gerechtelijke organisatie

De kwestie Ayaan Hirsi Ali

Redactie, 19 mei 2006 â In de debatten over de naturalisatie van Ayaan Hirsi Ali wordt veelvuldig verwezen naar de uitspraak van de Hoge Raad van 11 november 2005. Het betrof een zaak van vluchtelingen uit Irak die bij hun naturalisatieverzoek niet hun juiste namen hadden opgegeven. De Hoge Raad oordeelde dat een naturalisatiebesluit waarin valse of fictieve persoonsgegevens zijn opgenomen, de verzoeker niet identificeert, behalve als er sprake is van bijzondere omstandigheden. Een dergelijk besluit heeft daarom geen rechtsgevolg.

Het arrest van de Hoge Raad van 11 november 2005 is op Rechtspraak.nl gepubliceerd onder LJN AT7542. Het arrest is eveneens gepubliceerd in de jurisprudentietijdschriften Jurisprudentie Vreemdelingenrecht onder nummer 2006, 2 met een annotatie van prof. mr. G.R. de Groot en in de Nederlandse Jurisprudentie (NJ) onder nummer 2006, 149.

De uitspraken in de huisvestingszaak
De uitspraken van de rechtbank âs-Gravenhage en van het Gerechtshof te âs-Gravenhage in de zaak van bewoners van het appartementencomplex, waarin mevrouw Hirsi Ali een appartement bewoonde, tegen de Staat zijn op deze site gepubliceerd onder nummer AU7458 (Rechtbank) en AW5258 (Gerechtshof). Zoals bekend heeft de Staat tegen de uitspraak van het gerechtshof cassatieberoep ingesteld.

LJ Nummers

AT7542
AU7458
AW5258

Bron: Centrale redactie rechtspraak.nl Datum actualiteit: 19 mei 2006 Naar boven