Recht op ontwikkeling ook voor kinderen in 24-uurinstellingen
Kamerstuk, 23-5-2006
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
DBO-CB-U-2681354
23 mei 2006
Hierbij geef ik op uw verzoek een reactie op de brief van de
Christelijke Organisatie voor Dienstverlening aan mensen met een
verstandelijke handicap (DkJ). DkJ vraagt aandacht voor kinderen die
24-uurszorg ontvangen op basis van een verblijfsindicatie. Specifiek
vraagt DkJ om separate indicaties voor verblijf en kinderdagcentrum.
Vanaf 1 april 2003 is de functiegerichte indicatiestelling ingevoerd.
Sindsdien worden geen indicaties meer afgegeven voor instellingen en
dagcentra, maar voor de zeven functies huishoudelijke verzorging,
persoonlijke verzorging, verpleging, behandeling, ondersteunende
begeleiding, activerende begeleiding en verblijf. De indicatiestellers
beoordelen nauwkeurig wat de vraag van het kind is en waar het kind
het beste bij gebaat is. Als kinderen in aanmerking komen voor
AWBZ-zorg is het voor het kind vaak het beste als hij toch in een
normale omgeving kan opgroeien. Het merendeel van de kinderen woont
daarom in een (pleeg)gezin al dan niet gecombineerd met de
mogelijkheid van tijdelijk verblijf in de vorm van logeren en
weekendverblijf. Deze mogelijkheid kan geboden worden om de
thuissituatie te verlichten.
Helaas is er een groep kinderen die niet in een gezin kunnen wonen en
aangewezen zijn op 24-uurszorg. Deze kinderen krijgen een indicatie
voor een aantal functies inclusief verblijf. De indicatie wordt
verzilverd bij de aanbieder, die daarvoor een op maat gericht dag- en
nachtprogramma samenstelt voor het kind. Dat betekent ook dat deze
kinderen overdag de mogelijkheid moeten krijgen om aan
ontwikkelingsactiviteiten mee te doen.
Een 24-uursinstelling wordt geacht om deze activiteiten te
organiseren. Dat kan de instelling zelf doen, maar inkopen bij een
andere aanbieder, die gespecialiseerd is in dagactiviteiten is vaak
een betere oplossing. Op die manier kan het kind dus wel degelijk een
kinderdag-centrum bezoeken.
Separate indicaties vind ik ongewenst, omdat alles in dienst moet
staan van het kind en zijn ontwikkeling en dat kan het beste via één
indicatie die moet leiden tot één integraal plan. Het maken van één
integraal plan is een belangrijke taak van de instellingen die
24-uurszorg leveren.
Tot op heden is mij niet gebleken dat het tarief voor deze groep
kinderen niet volstaat.
De betreffende organisatie kan het Ctg van haar bevindingen op de
hoogte stellen. Ook kan via de geëigende weg, namelijk via de koepel,
een verzoek worden gericht aan het Ctg. Het Ctg kan dan onderzoek doen
naar de tarifering omtrent indicaties die leiden tot 24-uurszorg voor
kinderen. Mocht de uitkomst zijn dat het tarief niet volstaat, dan kan
het Ctg het tarief bijstellen.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
drs. Clémence Ross-van Dorp
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport