Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer

Speech staatssecretaris Van Geel bij start project Uitvoering maatregelen externe veiligheid Spoorzone,
31 mei 2006 te Dordrecht

Burgemeesters Bandell en Scholten, Commandant Bos, Dames en heren,

Nederland is technologisch hoogontwikkeld en sterk geïndustrialiseerd. Tegelijk is ons land klein en dichtbevolkt en kent het een hoge mobiliteit. Woonwijken, infrastructuur en industriële activiteiten liggen daardoor vaak vlak bij elkaar. Vooral wanneer de huidige situatie historisch is gegroeid. Kijk maar om u heen en u ziet direct wat ik bedoel. Deze menging van functies levert risicos op, zeker waar het om gevaarlijke stoffen gaat. De vraag is niet hoe deze risicos in onze samenleving kunnen worden uitgebannen, maar hoe ze beheersbaar kunnen worden gemaakt. We moeten, kortom, nuchter omgaan met risicos.

In het verleden werden de risicos, die gevaarlijke stoffen met zich meebrengen voor de directe omgeving, onvoldoende onderkend. Sinds de vuurwerkramp in Enschede is Externe veiligheid echter een politieke top-prioriteit. In de Ketenstudies hebben we daarom het gebruik, de opslag en het vervoer van ammoniak, chloor en LPG in kaart gebracht. Dit in nauwe samenwerking met de betrokken provincies, gemeenten, bedrijven en branche- en koepelorganisaties. Én met de ministeries van VROM, V&W, BZK, SZW en EZ. Eind 2004 heeft het Kabinet haar standpunt over de Ketenstudies bepaald.

Wat betekent dat voor de Drechtsteden?
Uit de Ketenstudies bleek dat het aantal transporten met gevaarlijke stoffen op dit spoortraject de komende jaren aanmerkelijk gaat toenemen. De ontsluiting van de Betuweroute is daar debet aan. Per saldo mag dit echter niet leiden tot een toename van het groepsrisico ten opzichte van de huidige situatie. Door een afname van het LPG-vervoer van Rotterdam naar Duitsland brengt de verandering in vervoersstromen via de Drechtsteden in beginsel geen verhoogd risico met zich mee. Concreet betekent dit echter, dat er vanaf 2007 toch nog sprake is van een bovenmatig risico op en langs het bestaande spoor in de Drechtsteden. De Veiligheidsstudie Spoorzone Dordrecht-Zwijndrecht leert ons dat er diverse knelpunten zijn op het gebied van externe veiligheid. Enerzijds vanwege de diversiteit en het aantal transporten van gevaarlijke stoffen. Anderzijds door de dichte bebouwing van beide gemeenten.
Het kabinet heeft dan ook een bedrag van 15,- miljoen beschikbaar gesteld om de hulpverlening en de rampenbestrijding in de spoorzone te verbeteren. Let wel, dit is een uitzondering. Wel hoop ik dat andere regios van uw ervaringen zullen kunnen leren. De noodzaak om op korte termijn maatregelen te treffen, is groot. We moeten paraat zijn als zich incidenten voordoen wat God verhoede.

Als het zover is, moeten we effectief en efficiënt kunnen optreden. Ik ben er dan ook van overtuigd dat de hulpverlening en rampenbestrijding langs het spoor wel zullen varen bij de 15 miljoen die het kabinet beschikbaar heeft gesteld. Zelf blijf ik mijn uiterste best doen om de Ketenstudies verder te implementeren. Met als doel: structurele oplossingen die op de langere termijn houdbaar zijn. Het kabinet zet onder andere in op een vermindering van het vervoer van LPG per spoor. De binnenvaart verdient de voorkeur. In overleg met marktpartijen onderzoeken we hoe dit gerealiseerd kan worden.

Maar vandaag wil ik eerst en vooral mijn waardering uitspreken voor de regionale brandweer en voor de gemeenten Dordrecht en Zwijndrecht. Mijn complimenten en dank voor de daadkracht die u heeft getoond! In de afgelopen jaren hebben de Drechtse hulpverleningsdiensten al flink geïnvesteerd in hulpverlening en rampenbestrijding. En nu is er - op initiatief, en onder regie, van de regionale brandweer - een pakket maatregelen tot stand gekomen, dat er wezen mag. Het is bovendien afgestemd met alle betrokkenen in de regio. Met de hulpverleningsdiensten in de regio Zuid-Holland Zuid, met de Milieudienst van de gemeenten, met ProRail en de Railverkeersleiding en met Project Railplan. De samenwerking tussen Dordrecht, Zwijndrecht en de regionale brandweer is met recht uniek te noemen. Ook de snelle totstandkoming van het pakket verdient een pluim. Draagvlak en daadkracht aan beide eigenschappen heeft het u niet ontbroken. Dankzij de voorgestelde maatregelen zullen de hulpverleningsdiensten effectiever en efficiënter kunnen optreden, wanneer zich een ongeval met gevaarlijke stoffen voordoet. Het spoortraject zelf wordt beter bereikbaar voor de hulpverlening. Bovendien worden de mogelijkheden tot zelfredzaamheid van bewoners en gebruikers langs het spoor verbeterd. Dat de kwaliteit van de rampenbestrijding in de Drechtsteden daarmee op een hoger niveau wordt gebracht, spreekt voor zich.

Ik ben mij ervan bewust dat er ook andere, verdergaande wensen leven onder de gemeentebesturen. Zo bent u voorstander van een speciale, voor gevaarlijke stoffen bestemde, spoorverbinding tussen Rotterdam en België. De zogenaamde Robel-lijn. Het kabinet heeft daar tot op heden niet voor gekozen. Wel blijven we graag met u in gesprek over structurele oplossingen.
De colleges van B&W van de Drechtsteden hebben daarnaast geconstateerd dat de maatregelen in het geval van een ernstig spoorincident niet voldoende zullen zijn. Maar en u bent u daar ook bewust van er moet een afweging worden gemaakt. Tussen risicos enerzijds en kosten anderzijds. De ketenstudiegelden bieden niet de oplossing voor structurele veiligheid langs het spoor. Wat ze wel mogelijk maken, is een effectiever optreden in het geval van een calamiteit. Ook ik ben mij daar bewust van. Maar - en dat nu is voor mij de bottom line de veiligheid van de burgers van de Drechtsteden is aanzienlijk vergroot. En daar gaat het om.

Hulde en dank daarvoor!

Ik wens u veel succes met de uitvoering!