De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
ons kenmerk : DN. 2006/1370
datum : 31-05-2006
onderwerp : Kamervragen illegaal hout
bijlagen :
Geachte Voorzitter,
Mede namens de staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke
Ordening en Milieubeheer (VROM) ontvangt u hierbij de antwoorden op de
vragen van de leden Huizinga-Heringa en Slob (beiden ChristenUnie),
Vos (GroenLinks) en Samson (PvdA) (nr. 2050611330) over illegaal hout.
1 Bent u bekend met het exportverbod van de Indonesische regering voor
bepaalde houtsoorten in het kader van de strijd tegen illegale
houtkap? Wat is uw reactie op de oproep van uw Indonesische collega
Kaban om het illegale hout, waarvoor in Indonesië een concreet
uitvoerverbod bestaat, op te laten volgen door passend beleid van de
EU lidstaten waardoor dit hout, voor zover illegaal geëxporteerd,
actief aan onze grenzen wordt geweerd? 1
Ja, ik ben bekend met genoemd exportverbod. De oproep van mijn
Indonesische collega sluit naadloos aan bij het FLEGT (Forest Law
Enforcement in Governance and Trade) initiatief tegen illegaal hout.
Het daarin opgenomen licentiesysteem voorziet in een gezamenlijk vast
te stellen definitie van legaal hout en het weren van hout dat niet
aan deze definitie voldoet. Daardoor kunnen we voorkomen dat illegaal
geëxporteerd hout uit Indonesië op de Europese markt terechtkomt. Ik
zou het van harte toejuichen als Indonesië belangstelling voor
deelname aan FLEGT aan de Europese Commissie kenbaar zou maken.
2 Wanneer komt de zogenaamde Additional Legislative Options Study, die
u eerder voor het begin van 2005 had toegezegd 2, beschikbaar? Wanneer
volgt het politieke debat hierover?
De verantwoordelijkheid voor het uitbrengen van de Additional
Legislative Options Study ligt bij de Europese Commissie. De
staatssecretaris van VROM heeft slechts aangegeven op welk moment de
Commissie deze studie dacht uit te brengen. Dit moment blijkt nu
echter keer op keer vertraagd. Ik zal er bij de Commissie opnieuw op
aandringen de studie op korte termijn uit te brengen. Nederland heeft
overigens een aandeel aan deze studie geleverd middels een ook aan u
toegezonden rapport (Kamerstukken II 2005-2006, 21501 32, nr. 140).
3 Bent u bekend met de zorgen van maatschappelijke organisaties inzake
het uitgangspunt en de daadwerkelijke effecten van de beoogde
vrijwillige partnerschappen met houtproductielanden? 3 Kunt u, mede
vanuit uw rol als trekker van de partnerschaponderhandelingen met
Maleisië, mededelen wat het einddoel is van de beoogde
partnerschappen? Is het einddoel de handhaving van bestaande wetgeving
in de houtproductielanden of is dit het duurzaam bosbeheer, waarvoor
de wetgeving dus op een hoger niveau moet worden gebracht? In het
geval van duurzaam bosbeheer, op welke manier zal dit geïncorporeerd
worden in de partnerschappen?
Ja, ik ben bekend met de positie van de maatschappelijke organisaties.
Ik ben echter geen trekker van de onderhandelingen met Maleisië. Deze
verantwoordelijkheid ligt bij de Europese Commissie op basis van het
in december 2005 goedgekeurde onderhandelingsmandaat. Nederland
ondersteunt de Europese Commissie in de onderhandelingen met Maleisië
met menskracht en financiële middelen. Wij doen dit omdat Maleisië een
grote handelspartner op het gebied van hout is, omdat Nederland en
Maleisië beide belang hebben bij het verduurzamen van deze handel en
omdat Maleisië haar bosbouwsector actief aan het hervormen is. Het
einddoel van het Europese bossenbeleid blijft duurzaamheid. FLEGT is
een noodzakelijke stap op weg naar duurzaam bosbeheer omdat
duurzaamheid niet bereikt kan worden zonder goed bestuur,
transparantie en wetshandhaving.
4 Bent u gezien het gegeven dat op dit moment de onderhandelingen over
de partnerschappen met diverse landen zijn begonnen, de uitkomsten
ervan nog onzeker zijn, maar er wel een gerede kans bestaat dat er
zeer uiteenlopende resultaten zullen worden geboekt, bereid heldere
criteria te formuleren op basis waarvan de
conceptpartnerschapovereenkomsten aan een objectief oordeel kunnen
worden onderworpen?
De randvoorwaarden voor het afsluiten van een
partnerschapsovereenkomst staan in het in december 2005 vastgestelde
onderhandelingsmandaat. De inschatting wanneer een FLEGT-partnerland
voldoet aan deze voorwaarden ligt in eerste instantie bij de Europese
Commissie.
5 Kunt u meedelen op welke wijze de Europese Commissie objectief gaat
verifiëren dat bestaande nationale certificeringsystemen waarop men
zou willen aansluiten, een voldoende en sluitende garantie bieden voor
de daadwerkelijk legale herkomst van alle producten die in het systeem
terechtkomen? Wat zijn de criteria hiervoor?
Het onderhandelingsmandaat bevat de voorwaarden waarmee de Europese
Commissie zich ervan kan verzekeren dat het hout uit een
FLEGT-partnerland op aantoonbaar legale wijze is geproduceerd dan wel
geïmporteerd. Als een bestaand nationaal certificeringsysteem aan deze
voorwaarden voldoet, zal dat als zodanig erkend worden. Het
onderhandelingsmandaat zelf is geen openbaar document.
6 Zal de definitie van legaliteit per partnerschapovereenkomst
verschillen of zijn er in het onderhandelingsmandaat duidelijke
criteria hiervoor neergelegd? Hoe wordt de consistentie tussen de
verschillende onderhandelingstrajecten op dit punt gewaarborgd? Zijn
de rechten van inheemse volken en lokale bevolking gewaarborgd, zoals
ook in recente communicatie van de Europese Commissie 4 is aanbevolen?
Er bestaat een aantal in het onderhandelingsmandaat vastgestelde
randvoorwaarden waaraan de definitie van legaliteit moet voldoen. In
de gedetailleerde uitwerking kan deze definitie per
partnerschapsovereenkomst verschillen vanwege het feit dat de
wetgeving per land kan verschillen. De consistentie tussen de
verschillende onderhandelingstrajecten is een punt van aandacht voor
de Europese Commissie die over de verschillende overeenkomsten moet
onderhandelen. Aandacht voor de positie van inheemse volken en de
betrokkenheid van de lokale bevolking maken deel uit van deze
voorwaarden.
7 Bent u, vanuit uw specifieke verantwoordelijkheid voor de
totstandkoming van het partnerschap met Maleisië, zich ervan bewust
dat er grote stromen illegaal gekapt hout vanuit Indonesië naar
Maleisië worden gesmokkeld? Op welke wijze gaat u tijdens de
onderhandelingen met Maleisië hieraan aandacht besteden? En op welke
wijze zal worden gegarandeerd dat dit hout niet in het FLEGT-systeem
terechtkomt? Hoe is de coördinatie met de onderhandelingsgroep met
Indonesië op dit punt?
Zoals ik in mijn antwoord op vraag 3 heb aangegeven, berust de
verantwoordelijkheid voor de totstandkoming van een
partnerschapsovereenkomst met Maleisië bij de Europese Commissie.
Nederland is zich er bewust van dat er handel in illegaal gekapt hout
vanuit Indonesië naar Maleisië plaatsvindt. Deze houtstroom is een
punt van aandacht voor de FLEGT-besprekingen met Maleisië.
Met een goede chain of custody moet voorkomen worden dat hout van
onbekende herkomst in het FLEGT-systeem en daarmee op de Europese
markt terechtkomt. Daarnaast wordt nagegaan welke eisen kunnen worden
gesteld aan de import van hout uit non FLEGT-partnerlanden naar
FLEGT-partnerlanden. Belangrijk hierbij is vast te stellen dat dit
handel tussen derde landen betreft en dat de directe invloed van
Europa hierop beperkt is. Wat betreft uw laatste vraag merk ik op dat
aangezien de Commissie de FLEGT-onderhandelingen met Indonesië voor
haar rekening neemt, zij ook de coherentie met de aanpak in Maleisië
zal moeten bewaken.
De minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit,
dr. C.P. Veerman
1 Diverse uitspraken. Zie bijvoorbeeld in Antara News 24 maart jl.
Antara, The Indonesian News Agency, www.antara.co.id
2 De staatssecretaris van VROM heeft in het AO Milieuraad d.d. 14
oktober 2004 in de Kamer vermeld dat de studie 'aan het begin van
2005' wordt verwacht. Dit bevestigt hij in een brief aan
maatschappelijke organisaties 1 april 2005: 'De Commissie heeft
aangegeven begin 2005 met een tussenrapportage te willen komen.'
3 Zie bijvoorbeeld Indonesian Civil Society Groups, Briefing Paper on
Legality Verification, March 2006.
4 Europese Commissie, September 2005, FLEGT Briefing Notes. Forest Law
Enforcement, Governance and Trade, A Timber Legality Assurance
Systems; Briefing Note Number 09.
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit