Nederlands Centrum voor Dopingvraagstukken


Dopingschandalen Amerikaans honkbal houden aan(08-06-2006)

Het professionele honkbal in de Verenigde Staten staat aan de vooravond van een nieuw dopingschandaal. Jason Grimsley, werper bij de Arizona Diamondbacks, is op eigen verzoek voorlopig op non-actief gesteld nadat hij tegenover de politie een boekje heeft opengedaan over het gebruik van doping in de Major League. Zelf gebruikte hij anabole steroïden, amfetamines, clenbuterol en groeihormoon. Daarnaast heeft hij meerdere namen van collega's genoemd, waardoor er vele schorsingen kunnen volgen.

Tot voorbij de eeuwwisseling stonden de Verenigde Staten bekend als een land dat het niet zo nauw nam met de dopingregels in de sport. Maar de afgelopen jaren is er een grote inhaalslag gemaakt, met als gevolg dat het ene schandaal het andere opvolgt. Met de veroordeling van Pat Arnold, de chemicus achter het geheime dopingproject van het voedingssupplementenbedrijf Balco, is vorige week een voorlopige streep gezet onder dat schandaal. De gevolgen van de Balco-affaire waren groot: het wereldrecord op de 100 meter van Tim Montgomery is geannuleerd en de Major League (de organisatie achter de professionele honkbalcompetitie) heeft in verschillende stappen, onder grote druk van de politiek en de publieke opinie, de regels rondom dopinggebruik aangescherpt. Maar die regels zijn nog steeds niet gelijk aan die van de meeste andere Olympische en niet-Olympische sporten, zoals blijkt uit de getuigenis van Jason Grimsley. Dit is een pitcher die de afgelopen vijftien jaar zes verschillende clubs versleet. Grimsley is een middelmatige speler, die tot nu toe vooral bekend was omdat hij in 1994 had ingebroken in de scheidsrechterkleedkamer om een vervalste honkbalknuppel (gevuld met kurk) te vervangen door een officieel houten exemplaar.

Op 19 april jongstleden stond Jeff Novitzky, dezelfde politieambtenaar die de inval in het Balco-lab leidde, bij Jason Grimsley op de stoep. Hij wist dat er die dag twee pakjes met in totaal veertien flacons groeihormoon in poedervorm waren bezorgd, en hij had het vermoeden dat dit niet de eerste keer was. Grimsley werkte vanaf dat moment welwillend mee met het onderzoek, en legde later die dag op een andere locatie uit hoe hij en vele van zijn collega's de afgelopen jaren anabole steroïden en amfetamines gebruikten. Hij schetst een beeld van vrij dopinggebruik binnen de Major League toen daar nog geen regels over waren. Hij gebruikte nandrolon in de periode na een schouderblessure, gebruikte af en toe clenbuterol en schakelde in 2005 over op groeihormoon toen anabole steroïden werden verboden. Ook amfetamines werden veel gebruikt. Bij wedstrijden waren er twee soorten koffiekannen: één met "gelode" koffie (met amfetamines) en een "ongelode" versie (voor diegenen die aan cafeïne genoeg hadden). Daarnaast noemde hij minstens tien namen van collega's die dezelfde mores erop nahielden. Deze namen zijn nog niet publiekelijk gemaakt, maar in de Amerikaanse media wordt hierover druk gespeculeerd.

Hoe moet de getuigenis van Grimsley nu beoordeeld worden? Duidelijk is dat hij een vooraanstaand figuur is/was binnen een groep sporters die dopinggebruik als normaal zagen. Ook uit Nederlands onderzoek is gebleken dat dopinggebruikers aparte groepen vormen die veel met elkaar communiceren en weinig met anderen. Op die manier kunnen gebruikers snel tot de conclusie komen dat "alle sporters gebruiken", terwijl dit in werkelijkheid niet zo is. Het verhaal van de koffiekannen geeft te denken over de schaal van amfetaminegebruik in de Major League, maar tegelijkertijd is het vooralsnog te vroeg om aan te nemen dat dit echt bij alle clubs gemeengoed was. Het is voor de sportwereld wel te hopen dat de sporters waarvan vast staat dat ze de regels hebben overtreden, aangepakt worden en dat ook in de professionele competities de wereldwijd geldende dopingregels worden ingevoerd. Dit is inclusief onaangekondigde controles en een verbod op amfetamines, anabole steroïden en groeihormoon.

De complete getuigenis is hier in te zien.