Gemeente Utrecht


2006 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
51 Vragen van mevrouw N.D. van den Broek
(vragen binnengekomen op 31 mei 2006
en antwoorden van het college verzonden op 29 juni 2006)

In de Volkskrant van gisteren, 30 mei, stond een bericht dat de G4 een brief heeft gestuurd aan minister Dekker van VROM. In deze brief vragen de gemeenten van de G4 de minister om het kraken niet strafbaar te stellen. De minister is in de Tweede Kamer per motie opgeroepen om met voorstellen te komen om het kraken zoveel mogelijk tegen te gaan.
De onderbouwing van het standpunt van de G4 is dat het in stand houden van kraken een stok achter de deur kan zijn om eigenaren/verhuurders ertoe te bewegen initiatief te nemen tot tijdelijke verhuur. De G4 stelt voor om de Leegstandswet een groter werkingsgebied te geven zodat het kraken van een pand dat een jaar leeg heeft gestaan een prikkel is voor eigenaren/verhuurders om het pand tijdelijk te gaan verhuren.

In Utrecht zijn er juist het laatste jaar enkele acties geweest in gevallen waar krakers niet weg wilden als de eigenaren/verhuurders hebben aangegeven het pand te willen gebruiken/verhuren. Te denken valt hierbij aan de optredens tegen kraakpanden op de Vismarkt en aan het Vredenburg. De VVD heeft dit beleid altijd gesteund, omdat het kraken van een pand een inbreuk is op het eigendoms- en beschikkingsrecht. De VVD is dan ook verbaasd dat het College nu blijkbaar een andere lijn inzet.

Dit leidt voor de VVD tot de volgende vragen:

1. Is het College op de hoogte van het artikel in de Volkskrant van 30 mei en de brief van de G4 aan de minister?


Ja.


2. Heeft het college de in het artikel genoemde brief inderdaad ondertekend en zo ja, waarom?


De bewuste brief is door Wethouder Norder van Den Haag namens de G4 ondertekend en verzonden aan de minister van VROM. In de Tweede Kamer is begin dit jaar een motie van de leden Hermans en Veenendaal aangenomen om het kraken tegen te gaan. Dit vanuit de overweging dat kraken een ernstige aantasting is van het eigendoms- en beschikkingsrecht. Op basis van die motie wilde minister Dekker vóór 1 juni 2006 voorstellen naar de Kamer sturen waarmee de praktijk van het kraken zo veel mogelijk kan worden teruggedrongen. Het was zaak om snel te handelen als we als G4 nog een reactie aan de minister wilden doen toekomen.


We hebben de brief van de G4 gesteund omdat we tegen het in alle gevallen strafbaar stellen van kraken zijn als daar ook niet een sanctie tegen (langdurige) leegstand tegen over staat. De minister moet in onze ogen niet eenzijdig het kraken verbieden en niks tegen leegstand doen. Onze visie op het tegengaan van kraken zit hem dan ook veel meer in het voor eigenaren verruimen van de mogelijkheden tot tijdelijke verhuur van leegstaande woningen en gebouwen, met als (blijvende) stok achter de deur dat als een woning/gebouw langer dan 12 maanden leeg staat het gekraakt mag worden.


3. Waarom heeft u de raad niet geïnformeerd dan wel gevraagd naar haar mening over kraken als middel om eigenaren te stimuleren hun pand te gebruiken?


Er was te weinig tijd om dit aan de raad voor te leggen daar de minister de Kamer vóór 1 juni voorstellen wenste toe te sturen.


4. Welke mogelijkheden heeft het college nu om eigenaren te stimuleren hun pand te gebruiken?


De gemeente heeft niet veel mogelijkheden om tegen leegstand op te treden anders dan partijen te overreden om tot (tijdelijke)verhuur over te gaan. De gemeente schrijft ook eigenaren van panden aan die lang leeg staan maar de kans tot kraak is juist een stok achter de deur voor eigenaren om tijdig (voordat de 12 maanden om zijn) maatregelen te treffen.


Er zijn tussen de gemeente en de corporaties afspraken gemaakt om leegstand zoveel mogelijk te beperken. Ondermeer is afgesproken dat, wanneer in afwachting van sloop en verkoop woningen leeg dreigen te komen staan, deze zo lang mogelijk tijdelijk worden verhuurd. De meeste van deze zg. plankwoningen worden door de SSH verhuurd aan met name studenten en bijzondere doelgroepen. Ook worden woningen op basis van bruikleenovereenkomsten verhuurd aan anti-kraakinstanties.

Wanneer daar aanleiding voor is, is leegstand een agendapunt in het reguliere ambtelijke overleg met de Utrechtse corporaties. Van hieruit is in 2004 een projectmatige aanpak van de leegstand van woningen van Mitros gestart.


5. Maakt het college gebruik van deze mogelijkheden?


Zie vorige vraag.


6. In de brief van de G4 worden mogelijkheden genoemd om eigenaren te stimuleren hun pand te gebruiken. Als aan al deze mogelijkheden invulling wordt gegeven in hoeverre is het dan nog nodig ook kraken te tolereren?


Het kraken en leegstaan van woningen en gebouwen kan volgens ons het best worden teruggedrongen door de tijdelijke verhuur (op basis van de Leegstandswet) een groter werkingsgebied te geven. Een stok achter de deur blijft echter de mogelijkheid dat woningen/gebouwen die langer dan één jaar hebben leeggestaan gekraakt mogen worden. Of de mnister moet met een sanctieinstrumentarium komen die het langdurig leegstaan van woningen en gebouwen verbiedt.


7. Vind het college net als de VVD dat kraken een inbreuk is op het eigendoms- en beschikkingsrecht?


Ja, tot op zekere hoogte. Bij langdurige leegstand niet (meer).

Indien de kans tot kraak een eigenaar aanzet om daadwerkelijk zijn leegstaande pand tijdelijk weer in verhuur te brengen, dan zien wij het kraken als een stimulans richting de eigenaar om actie te ondernemen. Wij pleiten er echter nadrukkelijk voor dat de mogelijkheden van tijdelijke verhuur van leegstaande woningen voor eigenaren moeten worden verruimd zodat zij tijdig en adequaat maatregelen kunnen nemen. Uiteindelijk is een stad als Utrecht waar er grote druk is op de woningmarkt, het meest gebaat bij zoveel mogelijk woningen in de verhuur en een zo gering mogelijke leegstand.


---- --