congres `Waterveiligheid in de 21e eeuw'
Toespraak | 03-07-2006 | Rotterdam | Melanie Schultz van Haegen,
staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat
Alleen de uitgesproken tekst geldt.
Dames en heren,
Johan van Veen, een bekende Rijkswaterstater uit de vorige eeuw, heeft
in zijn dagen wel eens geopperd dat we Nederland maar het best met
zand konden opvullen tot boven zeeniveau. Dan waren we in één klap van
een hoop problemen af. Dat klopt natuurlijk als een bus. Maar evengoed
was dit idee toen net zo onuitvoerbaar als nu. Want hoe lang zou dat
wel niet duren? Wat zou het wel niet kosten? En waar vind je zoveel
zand? België afgraven is natuurlijk ook geen optie. Overigens was Van
Veen ook de man was die al ruim vóór 1953 met idee van de Deltawerken
op de proppen kwam. Dus een dagdromer was het niet, wel een visionair
die verder keek dan zijn neus lang is.
En dat, dames en heren, hebben wij het afgelopen half jaar ook
proberen te doen: verder kijken dan onze neus lang is. Misschien op
een iets realistischer manier, maar juist daarom niet minder
ambitieus. We hebben de laatste maanden vanuit het ministerie
gesprekken gevoerd met bestuurders en maatschappelijke organisaties
uit vijf dijkringen en ook nog negen themabijeenkomsten met
deskundigen gehad. Steeds ging het om die ene centrale vraag: is ons
veiligheidssysteem tegen grootschalige overstromingen nog actueel en
adequaat? Dan hebben we het dus over rampen, met potentieel grote
economische schade en aantallen slachtoffers, en niet over
ondergelopen kelders. De resultaten van deze verkenning, zijn wat mij
betreft niet vrijblijvend.
Ministerie van Verkeer en Waterstaat