Nieuwe strafbeschikking maakt OM minder afhankelijk van verdachte
5 juli 2006
Het Openbaar Ministerie (OM) mag voortaan zelf straffen opleggen. Het
gaat niet om vrijheidsbenemende straffen. Dat blijft voorbehouden aan
de rechter. De huidige transactie zal uiteindelijk verdwijnen;
daarvoor in de plaats komt een strafbeschikking.
De Eerste Kamer heeft ingestemd met het wetsvoorstel van minister
Donner. De nieuwe wet vloeit voort uit het Veiligheidsprogramma van
het kabinet en treedt naar verwachting op 1 maart 2007 in werking.
De nieuwe regeling, die van toepassing is op delicten waar een
gevangenisstraf van maximaal zes jaar op staat, heeft als belangrijk
voordeel dat het OM voor de tenuitvoerlegging niet meer afhankelijk is
van de medewerking van de verdachte. Het dagvaarden van de verdachte
is tijdrovend, vooral als het eenvoudige, veelvoorkomende strafzaken
betreft waar de verdachte verstek laat gaan.
De situatie verandert ook voor de verdachte. Nu brengt het OM zijn
zaak nog voor de rechter als hij een transactievoorstel negeert. Bij
de strafbeschikking is dat niet meer het geval. Als de verdachte wil
dat de rechter een oordeel velt, moet hij zelf het initiatief nemen en
verzet aantekenen.
In de nieuwe regeling wordt het uitgangspunt losgelaten dat alleen de
strafrechter een straf mag opleggen en de schuld van de verdachte mag
vaststellen. Dat is een belangrijke wijziging ten opzichte van het
geldend strafprocesrecht.
Meer informatie: Persbericht Eerste Kamer stemt in met nieuwe
strafbeschikking
Ministerie van Justitie