Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag

ons kenmerk : DL. 2006/1424
datum : 07-07-2006
onderwerp : Bestrijding van bloedluis
bijlagen :

Geachte Voorzitter,

Hierbij doe ik u mede namens de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer de antwoorden toekomen op de vragen die in uw brief (kenmerk 06-LNV-B-48) van 2 mei 2006 gesteld zijn door de vaste commissie Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de bestrijding van bloedluis in pluimveestallen.


1. Welke effectieve biociden tegen bloedluis mogen in Nederland aangewend worden?
Onder verwijzing naar mijn brief van 20 mei 2005 zijn momenteel toegelaten voor de bestrijding van bloedluis in leegstaande verblijfsruimten: 'Solfac Vloeibaar' (werkzame stof cyfluthrin), 'Lurectron Nevelautomaat' (werkzame stof dichloorvos) en silicapoeder. Succesvolle inzet wordt bepaald door een nauwkeurig management: zorgvuldige toepassing gevolgd door een strikte hygiëne om nieuwe insleep te voorkomen. Daarnaast is het continu monitoren van de aanwezigheid van de bloedluis tijdens de legperiode noodzakelijk om eventuele opkomende problemen direct te kunnen onderdrukken.

2. In hoeverre verschilt de Nederlandse regelgeving hieromtrent met andere Europese lidstaten? Zijn in deze lidstaten meer biociden toegelaten? Zo ja, liggen eieren en vlees uit deze lidstaten in de Nederlandse winkels?
De Biocidenrichtlijn (98/8/EG) is sinds 15 mei 2000 van kracht en omgezet in Nederlandse wetgeving. De richtlijn beoogt het toelatingsbeleid van biociden in de Europese Unie te harmoniseren. Lidstaten mogen echter tot 15 mei 2010 hun bestaande systeem blijven toepassen, voor zover het bestaande werkzame stoffen betreft die op 15 mei 2000 op de markt waren en die nog niet door de Commissie van de Europese gemeenschappen zijn beoordeeld. Voor nieuwe (na 15 mei 2000 ontwikkelde) werkzame stoffen en reeds beoordeelde bestaande werkzame stoffen geldt het geharmoniseerde systeem van de Richtlijn.
De Europese harmonisatie van de toelating van biociden bevindt zich dus in een overgangsfase. Vanwege de nu nog toegestane verschillen in toelatingsbeleid per lidstaat is het niet mogelijk om op korte termijn een volledig overzicht te geven van biociden die in andere EU-lidstaten zijn toegelaten ter bestrijding van bloedluis in pluimveestallen. Wel is bekend dat in een aantal andere landen van Europa biociden zijn toegestaan met als werkzame stof carbamaat. Eieren van kippen behandeld met deze stof mogen in Nederland worden verkocht. De kans dat deze eieren worden aangetroffen in Nederlandse winkels is echter gering. Nederland is immers een eieren-exporterend land.

3. Wordt in Duitsland nicotinezuur gebruikt ter bestrijding van bloedluis? Mag dat middel ook in Nederland worden gebruikt? Zo neen, waarom niet?
In Duitsland is momenteel nicotinezuur niet toegelaten voor de bestrijding van bloedluizen, noch in stallen met dieren, noch in lege stallen. Het middel is ook in Nederland niet toegelaten. Er heeft geen beoordeling kunnen plaatsvinden omdat er geen aanvraag is gedaan door een toelatingshouder bij het CTB.

De minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit,
dr. C.P. Veerman