Vlaamse Overheid

Nieuwsbericht van de Vlaamse overheid van vrijdag 14 juli 2006

Voortgangsrapport Vlaams Actieplan groene stroom: maatregelen uitgevoerd

Kris PEETERS, Vlaams minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, stelt vandaag het voortgangsrapport met betrekking tot het Vlaams Actieplan Groene Stroom voor. Dit actieplan, dat op 8 juli 2005 werd goedgekeurd door de Vlaamse Regering, omvatte tal van voorstellen om de juridische en praktische belemmeringen die zich kunnen voordoen bij het opwekken van groene stroom in het Vlaamse gewest, ongedaan te maken. Uit het voortgangsrapport blijkt dat een jaar later nagenoeg alle voorstellen zijn uitgevoerd.

Sinds de invoering van het groenestroomcertificatensysteem kent de groenestroomproductie in Vlaanderen een sterke groei. De totale groenestroomproductiecapaciteit kan momenteel geraamd worden op ongeveer 1.600 GWh op jaarbasis. De prognoses tot 2010 geven aan dat verwacht mag worden dat met de huidige beleidsmaatregelen de doelstelling opgenomen in het Vlaams Regeerakkoord en de Europese richtlijn (6 % van het totale elektriciteitsverbruik), kan worden gerealiseerd.

Om te vermijden dat de realisatie van deze doelstelling van het Regeerakkoord alsnog zou worden verhinderd, heeft de Vlaamse Regering er zich ten aanzien van de sector toe geëngageerd om een aantal maatregelen te nemen die de belemmeringen moeten wegwerken. Deze maatregelen werden opgenomen in het Vlaams Actieplan Groene Stroom dat op 8 juli 2005 werd goedgekeurd door de Vlaamse Regering. Dit plan omvat voorstellen waarvan er zowel op federaal niveau als op Vlaams niveau moeten geïmplementeerd worden. De minister maakt in het voortgangsrapport een stand van zaken op hoe ver het staat met de implementatie van de diverse voorstellen.

Wat de federale maatregelen betreft:

De weersafhankelijke en dus onregelmatige en deels onvoorspelbare groenestroomproductie, bijvoorbeeld met windmolens, brengt onevenwichten met zich mee op het transmissienet. Het spreekt voor zich dat de groenestroomproducenten de kosten dragen voor het in evenwicht houden van het net, maar niet dat ook nog eens een boete moet worden betaald. Elia, de beheerder van het transmissienet, is aan het Vlaams verzoek tegemoet gekomen door onevenwichten niet langer te beboeten.

Op verzoek van de Vlaamse Regering heeft de federale overheid de bebakeningsvoorschriften voor windmolens aangepast, en aldus enigszins in overeenstemming gebracht met de soepelere regelingen in de buurlanden. Windturbines van minder dan 150 meter hoogte worden voortaan niet meer geklasseerd als obstakels voor de luchtvaart, tenzij ze zich op militair domein of vlak bij een luchthaven bevinden. Daardoor vervallen een aantal verplichtingen, zoals rode merktekens en verlichting.

Wat de Vlaamse maatregelen betreft:

Een voorontwerp van decreet tot wijziging van het Elektriciteitsdecreet is voorbereid, op basis van een studie van VITO en een consultatie van de groenestroomsector, om per technologie de minimumwaarden van de certificaten te bepalen in functie van de feitelijke meerkost.

Met de netbeheerders is een energiebeleidsovereenkomst afgesloten om groenestroomproducenten ook contractueel de minimumwaarden van de certificaten te garanderen.

Een studie is uitgevoerd om na te gaan hoe de netonevenwichten en dus ook de onevenwichtskosten kunnen worden beperkt. De studie heeft aangetoond dat doelgerichte weersvoorspellingen kunnen gemaakt worden. Groenestroomproductie op basis van wind hoeft dan ook niet bestraft te worden met een lage vergoeding voor de groen opgewekte stroom.

Een voorontwerp van decreet tot wijziging van het Elektriciteitsdecreet is voorbereid, om ook na 2010 groenestroomdoelstellingen te bepalen.

De omzendbrief Inplanting Windturbines werd op 12 mei 2006 goedgekeurd door de Vlaamse Regering. De impact van windturbines zal beoordeeld worden op de werkelijke impact op het vlak van geluid, slagschaduw, natuur en dergelijke. Dit levert vooral verdere inplantingsmogelijkheden op in industriegebieden, en meer specifiek in de zeehavengebieden en de aanpalende bufferzones.

In 2008 worden in het Ruimtelijk Structuurplan doelstellingen opgenomen inzake zowel de inplanting van het noodzakelijk vermogen aan windturbines als de opmaak van ruimtelijke uitvoeringsplannen voor de inplanting van windturbines.

Sensibiliseringsprojecten zijn ondersteund om het maatschappelijk draagvlak voor groenestroomprojecten te vergroten. Zo werd een oproep gelanceerd voor demonstratieprojecten voor de toepassing van hernieuwbare energiebronnen. En in het kader van de samenwerkingsovereenkomst met de lokale besturen wordt een voorbeeldpakket ter beschikking gesteld inzake toepassingen van rationeel energiegebruik en hernieuwbare energiebronnen.

Op 7 juli 2006 werd definitief een besluit ter bevordering van warmtekrachtkoppeling goedgekeurd door de Vlaamse Regering. Door de verlaging van de referentierendementen ontvangen bio-warmtekrachtinstallaties meer warmtekrachtcertificaten en daardoor ook meer steun.

Een aangepaste omzendbrief inzake de inplanting van mestverwerkings- en andere vergistingsinstallaties in landbouwgebied werd op 19 mei 2006 goedgekeurd door de Vlaamse Regering.

OVAM heeft een eerste en jaarlijks te evalueren inventaris gemaakt van Vlaamse biomassastromen, die in aanmerking komen voor energetische valorisatie, en tevens de buitenlandse biomassamarkt in kaart gebracht.

Via een platform, een internetwebsite, informatievergaderingen en folders of brochures is informatie verspreid omtrent de geldende wetgeving en de beschikbare technieken voor bio-energieprojecten.

Het departement Leefmilieu, Natuur en Energie werkt een ontwerpbesluit uit voor de wijziging van de emissiegrenswaarden voor biomassa(afval) in VLAREM.

Bij het opmaken van het voortgangsrapport werden nog een aantal bijkomende drempels vastgesteld inzake de grootschalige toepassing van biomassa en de brandstofnormen voor stationaire toepassingen.

Minister Peeters onderzoekt maatregelen om ook voor deze moeilijkheden een afdoende oplossing te bieden.

Voor meer informatie kunt u terecht bij:

Dhr. Luc De Seranno, woordvoerder van minister Peeters Tel.: 02 552 66 00
Gsm: 0477 38 23 37
E-mail: persdienst.peeters@vlaanderen.be