Gemeente Utrecht


2006 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
66 Vragen van de heer V. Oldenborg
(vragen binnengekomen op 21 juni 2006
en beantwoording door het college verzonden op 18 juli 2006)


Op 12 juni 2006 heeft het College een verzoek gekregen van een groot aantal bewoners van de Burgemeester Verderlaan, inzake de onacceptabele overlast veroorzaakt door (zwaar) bouwverkeer dat de Verderlaan gebruikt als sluiproute langs de snelweg A2. Behalve het aspect van overlast en verkeersveiligheid, speelt ook mee dat de Burgemeester Verderlaan niet is ingericht op de continue verwerking van zwaar vrachtverkeer. Deze te hoge belasting zal dan ook zeker schade en extra slijtage veroorzaken aan het wegdek en zal leiden tot hoge extra onderhoudskosten.

De bewoners constateren dat de door het wijkbureau toegezegde handhaving bij de bussluis niet of nauwelijks sprake is. Deze handhaving is per brief op 20 februari 2006 toegezegd aan de bewoners. Een waarneming van Leefbaar Utrecht op woensdagmiddag 21 juni leerde dat in een tijdsbestek van 10 minuten 26 motorvoertuigen de bussluis aan het begin van de Rijksstraatweg passeerden, waarvan er ten hoogste 5 als ontheffinghouders zouden kunnen worden gekwalificeerd (zoals taxi's en voertuigen van de dienst stadswerken). Dat betekent in de ogen van Leefbaar Utrecht dat het inrijverbod massaal geschonden wordt en handhaving middels een verbaliserend ambtenaar op zijn plaats is. Fysieke afsluiting of intensieve verbaliseringsacties gedurende een aantal weken zal het sluipverkeer en zodoende de overlast in de Burgemeester Verderlaan aanmerkelijk verminderen.


Dat leidt de fractie van Leefbaar Utrecht tot de volgende vragen.
1. Is het College bekend met het gebruik van de route Rijksstraatweg - Stadsdambrug - Zandweg - Burgemeester Verderlaan als sluiproute om de drukte op de snelweg A2 te omzeilen?


Het is het College bekend dat er sluipverkeer rijdt op de route Burgemeester Verderlaan - Rijksstraatweg - A2/Hooggelegen. Verkeerstellingen (maart/april 2005) hebben uitgewezen dat circa 3.300 motorvoertuigen per etmaal de bussluis op de Rijksstraatweg illegaal passeren. Naar inschatting zal een vrij substantieel deel hiervan via de Burgemeester Verderlaan rijden. Exacte gegevens van het sluipverkeer op de Burgemeester Verderlaan zijn niet bekend. Dit sluipverkeer omzeilt niet zozeer de files op de A2, maar neemt de kortst mogelijke route vanuit Leidsche Rijn-Oost naar de A2. Door dit sluipverkeer wordt, zo blijkt, het doorrijverbod ter hoogte van de bussluis op de Rijksstraatweg genegeerd.


2. Is het College met Leefbaar Utrecht van mening dat de Burgemeester Verderlaan op een dergelijke verkeersstroom niet is ingericht?


De Burgemeester Verderlaan heeft de functie van verblijfsgebied (30 km/u zone) en is als zodanig, conform de richtlijnen, duurzaam veilig ingericht. Zo zijn er wegversmallingen gerealiseerd met verhogingen waardoor de snelheid normaliter niet hoger ligt dan 30 km/u. Op basis van de nationale richtlijnen duurzaam veilig geldt in verblijfsgebieden, zoals de Burgemeester Verderlaan, een maximale intensteit van 4.000 motorvoertuigen per etmaal. In een aantal gevallen kan dit ook hoger zijn. Zo is bij de Burgemeester Verderlaan sprake van een bijzondere situatie omdat de weg toegang geeft tot het bedrijventerrein Park Voorn en het scholencluster Voorn. Dit leidt in de spitsuren tot hogere intensiteiten, met name bij de aansluiting op de Langerakbaan. In de daluren zijn de intensiteiten veel lager. Uit verkeerstellingen (november 2005) aan de zuidzijde van de Burgemeester Verderlaan blijkt dat de intensiteit 2.900 motorvoertuigen per etmaal bedraagt en dus daar beduidend onder de maximale intensteit ligt.

Zoals onder punt 1. is gesteld, rijdt er sluipverkeer via de Burg. Verderlaan. Ten aanzien van de verkeersveilgiheid is dan van belang, dat sluipverkeer zich anders gedraagt dan bestemmingsverkeer. Sluipverkeer rijdt in zijn algemeenheid met een hogere snelheid. De reeds gerealiseerde snelheidremmende maatregleen op de Burgemeester Verderlaan zijn zo ingericht, dat ook sluipverkeer in de regel niet harder kan rijden dan de maximale snelheid.

Om het doorgaande bouw- en vrachtverkeer op de laan tegen te gaan is voor dit verkeer een verbod ingesteld (uitgezonderd bestemmingsverkeer). Aangezien de juiste bebording voor een deel ontbreekt, wordt er vooralsnog niet gehandhaafd door de politie. In overleg met de politie is afgesproken dat zij het verbod voor bouwverkeer op de Burgemeester Verderlaan gaan handhaven. Handhaving is dan mogelijk doordat per omgaande aanvullende bebording aan de zuidzijde van de Burg. Verderlaan zal zijn geplaatst.


3. Is het College bereid om op zeer korte termijn fysieke maatregelen te nemen, teneinde de bussluis af te sluiten voor ander verkeer dan bussen en eventuele andere ontheffingshouders?


In de brief van 20 februari 2006 aan de bewoners van de Burgemeester Verderlaan en Rijksstraatweg, heeft de gemeente aangegeven dat de bussluis op de Rijksstraatweg niet eerder fysiek wordt afgesloten dan per 1 maart 2007. Op deze datum stond de start van de werkzaamheden aan de A2 door Rijkstwaterstaat gepland, waardoor de Rijksstraatweg in zijn geheel voor gemotoriseerd verkeer dient te worden afgesloten. Uit de meest recente planning van Rijkswaterstaat blijkt nu dat deze werkzaamheden eind 2007 zullen plaatsvinden, zonder dat de oplevering van de A2 hierdoor wordt vertraagd.

De in de brief aangegeven reden dat de bussluis niet vervroegd wordt afgesloten is, dat uit de tellingen is gebleken dat de intensiteiten beduidend onder de maximale intensiteit lag. Hierbij dient gemeld te worden dat er is geteld na regelmatige controles van de politie in het najaar van 2005. Op basis hiervan en de verlate start van de werkzaamheden aan de A2 is geconcludeerd dat het niet noodzakelijk is om de bussluis op korte termijn fysiek voor gemotoriseerd verkeer af te sluiten. Ook biedt dit de ontheffinghouders nog de mogelijkheid om van de bussluis gebruik te blijven maken. Uit overleg met een groot deel van de ontheffinghouders blijkt dat het merendeel van hen tegen een afsluiting van de Rijksstraatweg is, vooruitlopend op de werkzaamheden aan de A2.

Tevens is de politie gevraagd om ter hoogte van de bussluis te handhaven totdat de bussluis wordt afgesloten. Uit recente informatie van de politie blijkt dat zij dit jaar gemiddeld een keer per drie dagen ter hoogte van de bussluis hebben gecontroleerd.

Tenslotte is in de brief aangegeven dat de gemeente na de zomer van 2006 opnieuw verkeerstellingen zal uitvoeren. Deze tellingen zullen nu plaatsvinden in september, waarbij zowel aan de noord- als zuidzijde van de Burgemeester Verderlaan wordt geteld.


4. Indien aanpassing van de bussluis op zeer korte termijn om gegronde redenen niet haalbaar zou zijn, is het College dan bereid om bij de politie aan te dringen op handhaving (d.w.z. verbalisatie) van het inrijverbod op de Rijksstraatweg?


Handhaving door de politie vindt, zoals hierboven gesteld, sinds september 2005 op reguliere wijze ter hoogte van de bussluis plaats. Dit zal door de politie worden gecontinueerd.


5. Is het College bereid om in overleg te treden met de in het gebied gevestigde bedrijven (ook de in Leidsche Rijn actieve bouwbedrijven) en hen te wijzen op de geldende verkeersregels, de voorgenomen verscherpte handhaving en hun medeverantwoordelijkheid voor een leefbare woonomgeving?


Inmiddels is een groot bouwbedrijf, werkzaam in Leidsche Rijn, door de gemeente Utrecht gesommeerd om niet meer via de bussluis en de Burgemeester Verderlaan te rijden. Tevens is in overleg met de politie afgesproken dat zij het verbod voor bouwverkeer op de Burgemeester Verderlaan gaan handhaven.


---- --