Gemeente Utrecht


2006 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
82 Vragen van mevrouw G.A. Oskam en de heer J.A. Kleuver
(vragen binnengekomen op 24 juli 2006)


In de commissievergadering van Stedelijke Ontwikkeling van 16 mei jl. heeft de D66-fractie vragen gesteld over de verkeerssituatie op de Rapijnenpolder, dit n.a.v. een handtekeningenactie van bewoners aldaar. Op 24 juni ontvingen zij de brief van wethouder de Weger die later naar de commissie Verkeer en Beheer gestuurd is.

Meer nog dan de afwijzing an sich, stelt ons de wijze van beantwoording teleur. In de brief wordt bijvoorbeeld gemeld dat de straat éénrichtingsverkeer is. Dat is natuurlijk helemaal niet het geval. De wadi wordt omsloten door louter tweerichtingsverkeer, de Bovenpolder aan de andere kant ervan. Het geeft de bewoners van de Rapijnenpolder, op zijn minst, niet het gevoel dat er zorgvuldig is gekeken naar hun met handtekeningen gelardeerde verzoek.

In de brief stelt het college dat het verzoek van de bewoners is afgewezen om een kindveiliger oversteek te creëren op de Rapijnenpolder. Het college stelt dat de Rapijnenpolder afdoende overzichtelijk is, vooral in gebruik is voor bestemmingsverkeer, er al snelheidsremmende voorzieningen zijn en de straat éénrichtingsverkeer is.

Dit alles noopt de D66-fractie tot de volgende vragen:

1. Is de tweerichtingssituatie van de Rapijnenpolder meegewogen in de afwijzing?
2. Het feit dat de Rapijnenpolder vooral in gebruik is voor bestemmingsverkeer betekent niet dat er soms heel hard gereden wordt. Daar geeft de inrichting en het profiel van de weg soms ook aanleiding toe. Heeft u op enige tijdstippen op deze weg snelheidsmetingen uitgevoerd?
3. Zo ja, wat is daarvan het resultaat?
4. De snelheidsremmende voorzieningen die in de brief zijn vermeld, zijn een zeer lage punaise en een verhoging in drempelvorm - meer een bult eigenlijk - die niet dwars over de gehele weg is gelegd. Volgens het verzoek van de bewoners werken ze niet snelheidsremmend door de vorm. Heeft u derhalve overwogen om te bezien hoe snelheidsremmend de verhogingen zijn?
5. Zo ja, wat is daarvan het resultaat?
6. De snelheidsremmende voorzieningen liggen niet echt in de buurt van de speeltoestellen op de wadi. Heeft het college in overweging genomen om snelheidsremmende voorzieningen op een andere plek te treffen, dichter bij de speeltoestellen op de wadi?
7. In de brief geeft u aan dat een extra voorziening kosten met zich meebrengt. Hoe verhoudt zich dit tot de kosten van het verplaatsen en ophogen van de snelheidsremmende voorzieningen?
8. Heeft wethouder De Weger het verzoek van de bewoners van de Rapijnenpolder als verkeerswethouder of als wijkwethouder Vleuten-de Meern, in overweging genomen? Graag zou D66 hier meer inzicht in willen krijgen.


---- --