Productschap Margarine


08.09.2006

Bijproducten levensmiddelenbedrijven voor diervoeder uit Afvalstoffenwet

Voor zover sprake was van onduidelijkheid over de status van bijproducten van levensmiddelenbedrijven die verwerkt worden tot diervoeder, moeten deze in de toekomst niet langer onder de reikwijdte van de EU Kaderrichtlijn Afvalstoffen vallen. Daar gaat staatssecretaris Van Geel van VROM zich sterk voor maken, zo schrijft de bewindsman aan het productschap voor Margarine, Vetten en Oliën en het productschap Diervoeder.

De opstelling van staatssecretaris Van Geel is een grote stap voorwaarts voor de erkenning van deze bijproducten uit de levensmiddelenindustrie in het algemeen en bijproducten uit de MVO-industrie in het bijzonder. Deze producten zijn met name door de hoge voederwaarde uitstekend geschikt als diervoeder.

De huidige Europese afvalstoffenwetgeving is multi-interpretabel, geeft aanleiding tot misverstanden en heeft geleid tot veel jurisprudentie.

Van Geel wil overeenkomstig het voorstel van de Europese Commissie om dierlijke bijproducten die voldoen aan de 1774/2002 uit te zonderen van de Kaderrichtlijn Afvalstoffen nu ook voorstellen om producten die vallen onder de reikwijdte van de Diervoederhygiëneverordening (183/2005) - van kracht sinds 1 januari jl. - uit te zonderen. Hiermee worden doublures in wetgeving voorkomen. Levensmiddelenbedrijven moeten zich op basis van deze verordening laten registeren, indien ze willen leveren aan de diervoederindustrie. Van Geel meldt in de brief dat Nederland zich daar in Brussel sterk voor gaat maken.

Voor een oplossing op de kortere termijn geeft de staatssecretaris van VROM in dezelfde brief aan, om dezelfde werkwijze te willen aanhouden bij de wijziging van de Wet Milieubeheer. Zijn ministerie voert daartoe momenteel met het ministerie van LNV een onderzoek uit. Zodra dat onderzoek resultaat oplevert, zal VROM met de sectoren in de agro-, fermentatie- en genotsmiddelenindustrie overleg voeren over het vervolg.