Ingezonden persbericht


Kinderrechtencollectief ontvouwt haar 10-puntenplan

Geachte redactie,

Graag bericht ik u over het volgende. Vanmiddag verstuurt het Kinderrechtencollectief haar 10-puntenplan (zie onderaan) voor kinderrechten en jeugdbeleid aan o.a. leden van de Tweede Kamer. Met dit plan wil het Kinderrechtencollectief een bijdrage leveren aan de discussies over de verkiezingsprogramma's en in een later stadium aan de kabinetsformatie. Het Kinderrechtencollectief pleit voor een innovatief en actief jeugdbeleid in Nederland. Het 10-puntenplan wordt verstuurd aan:


- besturen van de politieke partijen

- fracties in de Tweede Kamer

- wetenschappelijke bureaus van de politieke partijen
- jongerenorganisaties verbonden met de politieke partijen

Bijgaand stuur ik u - onder embargo tot woensdag 13 sept, 0.01 uur - het 10-puntenplan toe.

Het Kinderrechtencollectief is een coalitie ter bevordering van rechten van kinderen en bestaat uit: Defence for Children International Nederland, Unicef Nederland, De Landelijke Vereniging van Kinder- en jongerenrechtswinkels, de Nationale Jeugdraad, Plan Nederland, Save The Children Nederland en de Stichting Kinderpostzegels Nederland.

Mocht u meer informatie wensen, mijn contactgegevens staan onderaan deze e-mail. Met vriendelijke groeten, namens het
Kinderrechtencollectief,

Martin de Beer
Persvoorlichter Unicef Nederland
Press Officer UNICEF The Netherlands

Tel.: +31 (0)70 333 93 79
Mob: +31 (0)6 14 799 599
Fax: +31 (0)70 382 47 74
www.unicef.nl


1
ARME KINDEREN VERDIENEN EEN INVESTERING
Ruim 10% van de kinderen in Nederland leeft op of onder de armoedegrens. De ontwikkeling van deze kinderen wordt bedreigd. Dit geldt vooral voor kinderen zonder verblijfstatus: zij zijn op geen enkele wijze verzekerd van minimumlevensvoorwaarden. Maak, om te beginnen, de kinderbijslag kostendekkend voor gezinnen met een minimuminkomen.
2
EEN AANVALSPLAN TEGEN KINDERMISHANDELING
Er worden nog steeds heel veel kinderen mishandeld, (seksueel) misbruikt, verwaarloosd en uitgebuit. Er gebeurt nog steeds te weinig. De Advies- en Meldpunten Kindermishandeling moeten beter uitgerust worden om op verantwoorde en deskundige manier te reageren op de meldingen. Er mogen geen wachtlijsten zijn voor hulp aan kinderen die slachtoffer zijn van kindermishandeling. Iedereen die met en voor kinderen werkt behoort voldoende deskundigheid te hebben om te weten hoe te reageren bij kindermishandeling. De preventie van kindermishandeling, met name in de vorm van opvoedingsondersteuning, dient fors te worden ontwikkeld.
3
EEN CENTRUM VOOR OUDER EN KIND IN ELKE BUURT
Zorg dat in iedere buurt een pedagogische hulppost komt, een Centrum voor Ouder en Kind, gekoppeld aan het consultatiebureau en in aansluiting op andere buurtvoorzieningen, zoals kinderopvangvoorzieningen en de school. Een dergelijk centrum heeft een preventiefunctie. Een Centrum voor Ouder en Kind (gemeentelijk georganiseerd) vormt tevens de voorpost van de Bureaus Jeugdzorg (provinciaal of grootstedelijk georganiseerd).

4
EEN CREATIEVE AANPAK VAN JEUGDCRIMINALITEIT
Meer herstellen en minder straffen. Investeer in HALT om de effectiviteit te vergroten. Opsluiten van minderjarigen mag slechts gebruikt worden als laatste redmiddel. Er dient fors geïnvesteerd te worden in de kwaliteit en (interne) veiligheid van de gesloten jeugdinrichtingen.
5
EEN KINDVRIENDELIJK VREEMDELINGENBELEID
Kinderen die in Nederland zijn ingeburgerd moeten kunnen blijven (mét hun ouders). Kinderen mogen niet in vreemdelingenbewaring en niet gedwongen gescheiden worden van hun ouders. Zorg voor goede basisvoorzieningen (onderwijs, gezondheidszorg, hulpverlening) voor alle 'illegale' kinderen. De kinderbescherming moet voorrang krijgen boven het vreemdelingenbeleid. AMA's moeten dezelfde zorg krijgen als andere kinderen in Nederland die niet thuis kunnen wonen.
6
RUIMTE VOOR SPELEN VOOR DE JEUGD
Als onderdeel van een breed jeugdbeleid moet er een actief, inventief en uitnodigend aanbod aan vrijetijdsvoorzieningen komen voor alle kinderen en jongeren: openbare speelruimte, sport en cultuur. Investeer in kinderen en jongeren, óók daar waar het met hen goed gaat. Geef het jeugdwerk een nieuwe impuls. Het vrijetijdsbeleid voor de jeugd moet landelijk opnieuw op de agenda komen.
7
ONDERWIJS VOOR ALLE KINDEREN
Zorg voor een onderwijsaanbod - waarbij het belang van leerlingen centraal staat - dat voor alle leerlingen het recht op onderwijs garandeert: voor leerlingen met gedragsproblemen, voor leerlingen zonder verblijfsvergunning, voor hoogbegaafde leerlingen. Er moet fors geïnvesteerd worden om voortijdig schoolverlaten te voorkomen; de school blijft verantwoordelijk voor leerlingen die het onderwijs voortijdig verlaten. Scholen worden veilige, schone en pestvrije plekken voor alle kinderen.
8
KINDEREN VOOROP IN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING
Er dient een herkenbaar en toetsbaar kinderbeleid binnen ontwikkelingssamenwerking te komen met als prioriteiten: onderwijs, gezondheidszorg (met daarbij extra aandacht voor de problematiek van HIV en aids), kinderbescherming en bestrijding van misbruik en uitbuiting van kinderen in de vorm van kinderarbeid, kinderhandel, jeugdprostitutie, straatkinderen en in gewapende conflicten. Nederland moet een frontrunner worden voor kinderen in ontwikkelingslanden. 10
EEN STERKE STRUCTUUR VAN HET JEUGDBELEID
Om dit alles te ontwikkelen, te realiseren en te monitoren is een sterke structuur van het jeugdbeleid nodig. Dat vereist:
- een Ministerie van Jeugdbeleid met als kernonderdelen: kinderbescherming, jeugdzorg en kinderopvang;
- een kinderombudspersoon als toezichthouder op kinderrechten;
- een toetsing aan het kinderrechtenverdrag van alle beleidsmaatregelen, die direct of indirect de positie van jeugdigen raakt;
- een actieplan jeugdbeleid inclusief budget en tijdschema, te presenteren 100 dagen na aantreden van het nieuwe kabinet.
9 MEEDENKEN, MEEDOEN EN MEEBESLISSEN
Betrek kinderen en jongeren intensief bij de ontwikkeling van een nieuw jeugdbeleid. Stimuleer daarom de ontwikkeling en begeleiding van jeugdparticipatie. Jeugdparticipatie in instellingen, scholen en overheidsorganen moet een wettelijke grondslag krijgen.
1