Ministerie van Financiën

Kamer steunt privatisering Connexxion

nieuwsbericht | 13-09-2006 | Directie Voorlichting

De Tweede Kamer steunt in meerderheid de gefaseerde privatisering van Connexxion. Bij de keuze voor een koper zullen diverse criteria een rol spelen. Minister Zalm benadrukte dat elke bonafide partij welkom is. Zalm benadrukte het potentieel van de onderneming en de mogelijkheid dat dit verder tot ontwikkeling kan worden gebracht.

Minister Zalm gaf tijdens het algemeen overleg, op vragen van verschillende fracties aan dat de behartiging van het publiek belang plaatsvindt via wet-en regelgeving, namelijk de Wet personenvervoer, en dus niet vanuit het aandeelhouderschap. Het systeem waarbij aan OV-bedrijven voor een bepaalde tijd concessies worden verleend om in een bepaalde regio de OV te mogen doen, werkt goed, omdat het leidt tot de meest doelmatige besteding van overheidsmiddelen. Verder gaf hij aan dat Connexxion ook nu werkt als een gewoon bedrijf en dat Zalm zich als aandeelhouder niet met elke beslissing van het bedrijf bemoeit, tenzij het om zeer grote investeringen gaat. Dus ook niet met het besluit van Connexxion om helikopterverbindingen te gaan draaien. Ook gebruikt hij het aandeelhouderschap niet om bepaalde positieve ontwikkelingen, zoals investeringen op milieugebied e.d., te stimuleren. Daarvoor zouden subsidies een beter instrument zijn.

Bij de keuze voor een koper zullen diverse criteria een rol spelen. Minister Zalm benadrukte dat geen enkele partij op voorhand zal worden uitgesloten. Een belangrijk criterium, naast de prijs, bij de verkoop zal zijn dat de onderneming onder een nieuwe eigenaar z'n potentieel moet kunnen ontwikkelen en moet kunnen blijven investeren in mensen en middelen. Mochten bestaande OV-partijen op de Nederlandse markt geïnteresseerd zijn, dan worden natuurlijk wel mededingingsrechtelijke aspecten meegewogen in het verkoopproces. Uiteindelijk beslist overigens de NMa of mededingingsrechtelijke bezwaren bestaan.

Minister Zalm gaf aan dat het de bedoeling is dat een nieuwe aandeelhouder ook echt voor een langere termijn in de onderneming wil gaan zitten, maar hij wilde hiervoor geen minimumtermijn vastleggen. Verder gaf hij aan dat geen werkgelegenheidsgaranties zullen worden gevraagd van de koper. "Die werkgelegenheidsgaranties zijn er nu ook niet", aldus de minister. Maar werkgelegenheid zal in de gesprekken met kopers zeker aan de orde komen.

Wat betreft de timing van de verkoop gaf de minister aan dat er geen tijdsdruk is. "Het zou leuk zijn als ik dit nog in deze ambtsperiode kan afronden."