Gemeente Hilversum

Vragen van de ChristenUnie inzake uitspraak Raad van State verleggen oprit Hilversthof

14 september 2006
Geacht college,

Op woensdag 26 juli jl. heeft de Raad van State het bezwaar tegen de goedkeuring van het "1e Uitwerkingsplan ex artikel 11 WRO Bestemmingsplan Binnenstad, Verleggen oprit parkeergarage hilvertshof" door het college van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland, gegrond verklaard en het besluit van GS vernietigd. Belangrijk punt voor de gegrond verklaring van het bezwaar waren de conclusies uit het rapport luchtkwaliteit.

Deze uitspraak vinden wij verontrustend, gezien enerzijds het belang van een goede luchtkwaliteit voor de bewoners van 'Groestzicht' en anderszijds voor de gevolgen van deze uitspraak voor de projecten die met het verleggen van de oprit samenhangen.

Met betrekking hiertoe stellen wij u de volgende vragen conform art.41:


1. Wat zijn de consequenties van deze uitspraak voor het verleggen van de oprit?

2. Wat zijn de consequenties van deze uitspraak voor projecten in de omgeving van de oprit? We denken hierbij o.a. aan het herinrichten van de Veerstraat en de aangrenzende bouwprojecten.
3. Wat zijn de financiële consequenties voor de gemeente?
4. Welke acties gaat het college ondernemen om een oplossing te vinden met betrekking tot de oprit?

5. De beslissing tot goedkeuring van het uitwerkingsplan lijkt gebaseerd op een onjuist advies of een andere interpretatie van het besluit luchtkwaliteit m.b.t. saldering. Had het college of het deskundige bureau wat de gemeente adviseerde redelijkerwijs niet op de hoogte kunnen zijn van de hantering van salderingen, zodat deze uitspraak te voorkomen was geweest?

In afwachting van uw antwoord,

Fractie ChristenUnie Hilversum
Jan de Wit, Fractieassistent
Aldrik Dijkstra, Raadslid

Antwoorden van burgemeester en wethouders:

Vraag 1.
Voor de bouw van de oprit heeft de uitspraak geen directe consequenties. De bewoners hebben geen beroep tegen de bouwvergunning van de oprit aangetekend en waardoor deze inmiddels onherroepelijk is geworden.
Ingevolge art. 30 WRO heeft de gemeente een jaar na het binnenkort te nemen nieuwe besluit inzake de goedkeuring door Gedeputeerde Staten (inzake het uitwerkingsplan), de tijd om met een reparatieplan te komen. Het reparatieplan geeft de gemeente de mogelijkheid om opnieuw de goedkeuring voor het uitwerkingsplan aan te vragen. In het reparatieplan dient de gemeente aan te geven welke maatregelen genomen worden die er voor zorgen dat aan het Besluit luchtkwaliteit 2005 wordt voldaan. Dit staat thans het in gebruik nemen van de oprit niet in de weg .
Tegen dit reparatieplan kunnen belanghebbenden eventueel weer beroep aantekenen bij de Raad van State. Vooruitlopend op het reparatieplan komt het college in november 2006 met een nota met maatregelen die de luchtkwaliteit op de Prins Bernhardstraat doet verbeteren en waardoor aan het Besluit luchtkwaliteit 2005 wordt voldaan.

Vraag 2.
Er zijn geen consequenties voor de projecten in de omgeving van de oprit. Voor elk afzonderlijk project is onderzoek uitgevoerd en is er geen gebruik gemaakt van de saldobenadering. In de onderzoeken is wel rekening gehouden met het verleggen van de oprit en de uitbreiding van de parkeergarage.

Vraag 3.
Door de uitspraak zullen er extra procedures gevolgd moeten worden en een luchtkwaliteitrapport worden opgesteld. Tevens zullen de voorgestelde maatregelen uitgevoerd moeten worden. Hiervoor zal indien nodig geld gevraagd worden van de gemeenteraad.

Vraag 4.
In de commissie Verkeer en Buurt van november 2006 zal het college met een nota komen waarin maatregelen genoemd worden die de luchtkwaliteit op de Prins Bernhardstraat verbeteren om aan het Besluit luchtkwaliteit 2005 te voldoen. De nota zal als basis gaan dienen voor het reparatieplan.Voor het reparatieplan zal een nieuw luchtonderzoek uitgevoerd moeten worden. Hierin zal moeten komen te staan welke maatregelen de gemeente neemt om er voor te zorgen dat de luchtkwaliteit op de Prins Bernhardstraat zal verbeteren ondanks de verkeerstoename.

Vraag 5.
De dienst Stadsontwikkeling (nu Stad) heeft voor het verleggen van de oprit Hilvertshof twee luchtonderzoeken uitgevoerd. Het eerste onderzoek was gebaseerd op het Besluit luchtkwaliteit 2001. Hierin was de saldobenadering niet mogelijk. Het tweede onderzoek is gebaseerd op het concept Besluit luchtkwaliteit 2005 van 20 juni 2005. Het Besluit luchtkwaliteit 2005 is in augustus 2005 in werking getreden (met terugwerkende kracht vanaf 4 mei 2005) en daarbij ook de saldobenadering. Ondanks de saldobenadering kwam in beide onderzoeken naar voren dat er extra aanvullende maatregelen getroffen dienden te worden om het verleggen van de oprit te kunnen realiseren. Eén van de maatregelen die getroffen zou moeten worden was het uit de voorrang halen van de Groest ten opzichte van de Prins Bernhardstraat. Dit is voorgesteld om de doorstroming van en naar de oprit te bevorderen en zodoende te kunnen voldoen aan het Besluit Luchtkwaliteit. De raadscommissie heeft op 20 juni 2005 besloten om hiervoor niet te kiezen. Hierdoor ontstond een dilemma voor B&W. Enerzijds wil de gemeente de oprit verplaatsen en anderzijds gaf het Besluit luchtkwaliteit 2005 volgens de onderzoekers van de gemeente weinig speelruimte hiervoor. Aangezien er nog geen jurisprudentie over de saldobenadering was heeft het ingenieursbureau Grontmij de opdracht gekregen om te kijken of de saldobenadering ruimte bood om de oprit alsnog te kunnen verplaatsen. Dit leek mogelijk.

Echter, de Raad van State heeft in de uitspraak van 26 juli 2006 anders besloten en de salderingsmogelijkheden verder ingekaderd. Voorop staat dat aan de normen van het Besluit luchtkwaliteit 2005 voldaan dient te worden en dat de gemeente Hilversum verplicht is hierin te voorzien.
Het eerdere voorstel om de Groest uit de voorrang te halen voldeed aan het uitgangspunt dat maatregelen getroffen moeten worden die de luchtkwaliteit in de Prins Bernhardstraat verbeteren ondanks dat er meer verkeer over deze straat zou komen.

Hilversum, 12 september 2006
Burgemeester en wethouders van Hilversum
De secretaris de burgemeester
J.H. van der Vegt E.C. Bakker