Gerechtelijke organisatie

Rechter verklaart beroep mevrouw Chen ongegrond

Zutphen, 29 september 2006 - Mevrouw Chen heeft in Nederland asiel aangevraagd en is reeds lang uitgeprocedeerd. Zij behoort daarmee tot een groep vreemdelingen op wie het "project terugkeer" van toepassing is. Dit houdt in dat de minister intensief werkt aan de uitzetting uit Nederland. Een ultieme sanctie daarbij is het opleggen van vreemdelingenbewaring. Mevrouw Chen heeft hiertegen beroep aangetekend.

De rechter in Zutphen verklaart het beroep van eiseres, mevrouw Chen, ongegrond. Dit omdat - kort gezegd - de bewaring van eiseres niet in strijd is met de Nederlandse wet- en regelgeving en ook de door eiseres ingeroepen bepalingen in internationale verdragen niet aan de bewaring in de weg staan.

Dat de minderjarige zoon van eiseres, aan wie de maatregel van bewaring niet is opgelegd, bij zijn moeder in het detentiecentrum verblijft, maakt het voorgaande niet anders. Het brengt wel mee dat de minister met uiterste voortvarendheid moet werken aan de uitzetting van eiseres en haar zoon. De minister kan niet volstaan met de gebruikelijke op uitzetting gerichte inspanningen.

Vast staat dat de onderwijs- en speelvoorzieningen in het detentiecentrum beperkt zijn en dat een langdurig verblijf van kinderen in het detentiecentrum ontoelaatbaar is.

Op dit moment bestaat echter, mede gelet op de nog korte duur van de bewaring, geen grond voor het oordeel dat de minister de belangen van de zoon van eiseres onvoldoende heeft meegewogen. Hoelang het verblijf van een kind in het detentiecentrum precies mag duren, zal mede afhangen van de mate waarin de minister de voorzieningen afstemt op de leeftijd en behoeften van het kind. De minister zal zulks telkens in haar belangenafweging hebben te betrekken en daarvan in een eventueel vervolgberoep zo nodig uitdrukkelijk rekenschap moeten geven.

Bron: Rechtbank Zutphen
Datum actualiteit: 29 september 2006