Gemeente Hengelo
Gesubsidieerde arbeid heeft de toekomst
Gesubsidieerde arbeid heeft een blijvende waarde. Dat is aangetoond
tijdens het experiment Kansen Zien en Benutten van 26 gemeenten in
Nederland die meedoen in de G26. Het rijk had een bijdrage van 13
miljoen euro beschikbaar gesteld voor het experiment. Van de bijna
8.000 mensen met een gesubsidieerde baan die meededen aan het traject,
hebben bijna 3.200 mensen een reguliere baan gekregen. In Hengelo
heeft tijdens de slotconferentie op 29 september coördinerend
wethouder van het experiment Bert Otten gepleit voor meer samenhang
tussen de huidige vormen van gesubsidieerde arbeid.
Vooral voor mensen die zonder een gesubsidieerde baan kansloos zijn,
is gesubsidieerde arbeid van blijvende waarde.
Dit besef moet bij de politiek in Den Haag doordringen, willen we
voorkomen dat een relatief grote groep mensen, werkloos hun
pensioengerechtigde leeftijd haalt, aldus wethouder Bert Otten van de
gemeente Hengelo, trekker van dit grootschalige project.
Actief in samenleving meedoen
Uit het experiment blijkt dat gesubsidieerde arbeid niet alleen de
functie heeft om mensen een tussenstap te bieden op weg naar een
reguliere baan. Binnen het experiment heeft ruim 60% van de deelnemers
deze stap niet kunnen maken. Voor hen is een gesubsidieerde baan de
eindstap. Belangrijk is wel dat zij door hun gesubsidieerde baan toch
actief in de samenleving meedoen.
Regionaal in plaats van lokaal
Binnen het experiment zijn een paar belangrijke zaken
gekomen:
* Gemeenten verschillen nogal eens met hun opvattingen over de
hoogte en duur van loonkostensubsidies. Dat is lastig voor
werkgevers.
* Er moet een helder en duidelijk systeem komen voor gesubsidieerde
arbeid. Aanbevolen wordt dit te realiseren door alle huidige
vormen van gesubsidieerde arbeid (WSW en WWB) bijvoorbeeld in één
participatiewet onder te brengen
* De Nederlandse kennis kan worden verbreed naar de EU om meer
landen te laten profiteren van de voordelen.
Landelijke slotconferentie in het Rabotheater Hengelo