Partij van de Arbeid


Den Haag, 16 oktober 2006


Vragen van het lid Albayrak (PvdA) aan de ministers van Justitie en VWS


over drugsjacht op dance-feesten


1.

Kent u het bericht dat drugsjacht tijdens dance-feesten niet werkt?


2.

Deelt u de mening dat intensieve opsporing naar personen met slechts een beperkte gebruikershoeveelheid pillen niet nodig is? Zo ja, waarom gebeurt dit dan toch? Zo nee, hoe verhoudt zich dit dan tot het in de Metro gestelde dat "de regels van het Openbaar Ministerie voor , dat de politie geen intensieve opsporing doet naar personen met slechts een beperkte gebruikershoeveelheid pillen, maar zich juist richt op dealers"?


3.

Wordt een dergelijke drugsjacht vanuit een strafrechtelijke oogpunt gehouden of juist met het doel de volksgezondheid van de partygangers te beschermen?


4.

Deelt u de mening van de woordvoerder van de Jellinek dat het toezicht op dergelijke feesten juist heel goed is? Zo ja, heeft deze benadering die de Jellinek zo prijst, dan prioriteit boven een strafrechtelijke actie zoals afgelopen weekend? Zo nee, waarom denkt u dat de harde lijn voor de gebruiker beter zal werken dan de aanpak van het Jellinek?


5.

Is het vanuit de volksgezondheid van de partygangers niet beter als zij hun drugs kunnen laten testen en tevens juiste voorlichting krijgen m.b.t. het gebruik van drugs, zonder angst te hebben gepakt te worden door de politie met het gevolg dat zij naar andere dance-party's verdwijnen waar geen controle bestaat?


Met vriendelijke groet,


Chantal Linnemann

Secretaresse Voorlichting


Tweede Kamer-fractie Partij van de Arbeid

Plein 2

K 104

Postbus 20018

2500 EA Den Haag

Tel: 070 318 2694

Fax: 070 318 2800

c.linnemann@tweedekamer.nl