Zorgverlening aan illegalen
Kamerstuk, 16-10-2006
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
Z/VV-2723002
16 oktober 2006
In het AO van 5 oktober 2006 heeft uw Kamer mij gevraagd aan te geven
welke zorg aan illegalen verleend moet worden en of deze zorg in geval
van financiële onmacht van de betrokkenen voor een vorm van
financiering in aanmerking kan komen.
Hieronder doe ik u mijn opvattingen omtrent het verlenen van zorg
toekomen.
Aard en omvang van de te verlenen zorg
In de eerste plaats wil ik nog eens benadrukken dat er in Nederland
geen wetgeving is die het verlenen van medische zorg aan wie dan ook
verbiedt. Integendeel, uit hoofde van zijn professionele
verantwoordelijkheid is de zorgverlener verplicht om in voorkomend
geval in aanmerking komende zorg te verlenen.
Waar het hier om gaat is in welke omvang en onder welke omstandigheden
verleende zorg in aanmerking komt voor financiering uit collectieve
middelen, wanneer deze zorg verleend wordt aan illegaal in Nederland
verblijvende personen. Eén en ander uiteraard mede in aanmerking
genomen de internationale verdragen inzake het verlenen van medische
bijstand die door Nederland zijn geratificeerd. Ik noem in dit verband
het Europees Sociaal Handvest (herzien) en het VN Verdrag inzake de
rechten van het kind.
Door de Koppelingswet hebben illegalen geen recht op zorg ingevolge de
sociale ziektekostenverzekeringen. Wel is er ingevolge artikel 10,
tweede lid, van de Vreemdelingenwet 2000 (Vw) ruimte voor het verlenen
van medisch noodzakelijke zorg. In eerste instantie was die ruimte in
de Koppelingswet omschreven als `gezondheidszorg in acute
noodsituaties'. Door het amendement Rouvoet is die ruimte opgerekt tot
`medisch noodzakelijke zorg'. Over de duiding van het begrip `medisch
noodzakelijke zorg' is vervolgens een uitvoerige parlementaire
gedachtewisseling ontstaan tussen achtereenvolgende bewindslieden, het
parlement en het zorgveld.
In principe gaat het hier om nagenoeg alle zorgvormen die zijn
opgenomen in het Nederlandse sociale ziekteverzekeringspakket, maar
slechts onder de voorwaarde dat de arts de vraag of het hier om
medisch noodzakelijke zorg gaat, positief beantwoordt. Hierbij heeft
de regering herhaaldelijk de voorwaarden benoemd waaronder aan
illegalen verleende zorg in aanmerking komt voor financiële vergoeding
door de Stichting Koppeling:
1) Zorg verleend in of ter voorkoming van situaties van
levensbedreiging, dan wel in of ter voorkoming van situaties van
blijvend verlies van essentiële functies.
2) Zorg verleend in situaties waarin zich gevaar voor derden voordoet.
Dit geldt bijvoorbeeld voor bepaalde infectieziekten (in het bijzonder
tbc) en bij psychische stoornissen die gepaard gaan met agressief
gedrag. Ook zwangerschapszorg valt onder dit criterium.
Hierbij is ook herhaaldelijk aangegeven dat de vraag wat in een
specifiek geval medisch noodzakelijke zorg is, aan de arts ter
beoordeling is .
Ook ik stel mij op het standpunt dat de beoordeling of in een concreet
geval sprake is van medisch noodzakelijke zorg waarop iemand die niet
rechtmatig in Nederland verblijft aanspraak kan maken, ter beoordeling
is van de behandelend arts. De uitkomst van de beoordeling of in een
specifiek geval sprake is van medisch noodzakelijke zorg, zal in het
geval van iemand die niet rechtmatig in Nederland verblijft echter
anders kunnen uitwerken dan iemand die rechtmatig in Nederland woont,
aangezien er van iemand die niet rechtmatig in Nederland verblijft per
definitie niet van mag worden uitgegaan dat deze hier gedurende
onbeperkte tijd zal blijven.
De noodzaak van de medische zorg dient dus te worden bezien in
samenhang met de duur van het verblijf. Dat dit, ook in internationaal
opzicht, een gebruikelijke redenering is, kan worden geadstrueerd aan
de hand van de gedachtevorming in het kader van de Europese sociale
zekerheidsverordening (hierna: Verordening) over aard en omvang van te
verlenen medische zorg gedurende tijdelijk verblijf van personen in
een andere lidstaat dan waar men verzekerd is. De Europese discussie
is erin geëindigd dat het moet gaan om zorg, die medisch noodzakelijk
wordt gedurende het tijdelijk verblijf . Het begrip `noodzakelijk
worden' wordt daarbij gerelateerd aan de duur van het verblijf. De
vraag welke medische zorg in relatie tot de duur van het verblijf als
noodzakelijk dient te worden gekwalificeerd dient op grond van
medische overwegingen te worden beantwoord. De Verordening stelt dus
strikte voorwaarden aan medische zorg voor personen die legaal op het
grondgebied verblijven van een andere staat dan waar zij verzekerd
zijn.
Zelfs voor verzekerde zorg gelden dus aanzienlijke beperkingen om een
ongewenste aanzuigende werking op personen in het buitenland te
voorkomen. In het verlengde daarvan kan het voor onverzekerde zorg -
waar het gaat om illegalen - uiteraard nooit de bedoeling zijn dat de
regelgeving in Nederland zodanig ruim moet worden geïnterpreteerd dat
daarvan een aanzuigende werking uit gaat op personen elders in de
wereld om illegaal naar Nederland te komen met het oogmerk om een
medische behandeling te ondergaan.
Ik concludeer dat zorg waarop illegalen aanspraak kunnen maken,
nagenoeg alle zorgvormen betreft die zijn opgenomen in het Nederlandse
wettelijke sociale verzekeringspakket (Zvw en AWBZ), maar slechts
onder de voorwaarde dat de vraag of de zorg wel nu en hier moet worden
verleend positief wordt beantwoord door de behandelend arts. De
noodzaak van de medische zorg dient te worden bezien in samenhang met
de duur van het verblijf. Daarbij geldt dat bij personen die hier niet
rechtmatig verblijven er per definitie niet van mag worden uitgegaan
dat deze hier gedurende onbeperkte tijd zullen blijven.
Ik heb u al eerder meegedeeld een stroomlijning te overwegen in de
financieringsstructuur van verleende zorg in de gevallen waarin de
zorgkosten niet verhaald kunnen worden op de betrokken patiënt. Voor
het einde van dit jaar zal ik u hierover nader berichten.
De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
H. Hoogervorst
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport