Senaat stemt in met nieuwe aanpak ruimtelijke ordening
woensdag 18 oktober 2006
De Eerste Kamer heeft dinsdag 17 oktober 2006 ingestemd met de nieuwe
Wet Ruimtelijke Ordening die de oude wet uit 1965 gaat vervangen. Dat
zal volgens minister Winsemius van VROM in de loop van 2007 gebeuren,
uiterlijk op 1 januari 2008. Daarvoor moeten nog spelregels worden
opgesteld in de invoeringswet en het besluit ruimtelijke ordening
(Bro). Ook komt er nog een besluit over de grondexploitatie, zo liet
de minister weten op een vraag van GroenLinks-senator Van der Lans. In
tegenstelling tot GroenLinks in de Tweede Kamer, stemde de
senaatsfractie van GroenLinks voor het voorstel, evenals alle andere
fracties.
Belanghebbenden
Op uitdrukkelijk verzoek van meerdere fracties zal de regering
preciezer aangeven wie 'belanghebbenden' zijn bij een projectbesluit.
Een dergelijk besluit is het begin van een nieuwe ruimtelijke
ontwikkeling. Ook zal nauwkeuriger worden aangegeven wat valt onder
een beheersverordening die een gemeente kan instellen voor een gebied
waar geen ontwikkeling wordt verwacht. Dit nieuwe instrument is
ingevoerd via een wijzigingsvoorstel van de Tweede Kamer.
In het bijzijn van de vorige minister mevrouw Dekker op de
ambtenarentribune legden woordvoerders van zeven fracties uit de
senaat een reeks prikkelende vragen voor aan haar opvolger Winsemius.
Interventie-instrumenten
Als laatste spreker kaartte senator Van den Berg namens de fracties
van SGP en ChristenUnie de rol van de provincies aan. Volgens de
nieuwe Wet Ruimtelijke Ordening (WRO) verliest de provincie het
goedkeuringsrecht van bestemmingsplannen van gemeenten. In ruil
daarvoor krijgt de provincie een reeks andere
interventie-instrumenten. De tijdwinst die wordt geboekt, weegt naar
mijn mening niet op tegen de nadelen ervan, zei senator Van den Berg.
Hij vond ook dat de interventie-instrumenten de ruimtelijke ordening
ingewikkelder maken, terwijl het juist de bedoeling is om de zaken te
vereenvoudigen. Ook brak hij namens SGP en CU een lans voor de
waterschappen en andere watersysteembeheerders. Deze zouden vooraf
ingelicht moeten worden over ruimtelijke plannen. Minister Winsemius
zegde toe dat zij een rol krijgen want 'water is een ordenend
element'.
Duidelijke regierol
Namens de PvdA-fractie zei mevrouw Meindertsma dat de rol van de
minister van VROM in het nieuwe ruimtelijke beleid wordt beperkt tot
coördinatie, terwijl de PvdA voor een duidelijke regierol is. Mevrouw
Meindertsma verwees naar een kamerbreed aanvaarde motie-Lemstra (CDA)
tijdens het debat over de Nota Ruimte, waarin ook om een duidelijke
regierol werd gevraagd.
De minister van VROM hoort niet alleen mede te ondertekenen, maar
vooral richting te geven aan een ruimtelijk kader waaraan sectorale
structuurvisies moeten voldoen, zei de PvdA-senator. Ook
D66-woordvoerder Engels roerde de regierol aan. De minister zei dat
ruimtelijke kwaliteit een leidend principe zal zijn en dat dit van de
minister van VROM meer vergt dan alleen coördineren.
Beheersverordening
Kritiek uitte mevrouw Meindertsma op de via een wijzigingsvoorstel van
de Tweede Kamer aan de wet toegevoegde 'beheersverordening'. Dit is
een nieuw instrument, waarvan niet duidelijk is of het in plaats van
of voorafgaand aan een gemeentelijk bestemmingsplan functioneert.
Mevrouw Slagter-Roukema van de SP vond het nieuwe instrument niet
passen in de wet. Zij voelde meer voor de term 'conserverend
bestemmingsplan'.
Meedenkkracht burgers
PvdA-senator Meindertsma wees er ook op dat de bij de ontwikkeling van
ruimtelijk beleid de rol van de burger sterk wordt ingeperkt. Zij
pleitte in het voetspoor van de hoogleraar Pieter Tops voor het meer
gebruik maken van de 'meedenkkracht' van burgers. Volgens haar is de
inbreng van burgers teruggebracht tot een moment: het indienen van een
zienswijze in de bestemmingsplanprocedure. Zij kondigde aan bij de
behandeling van de invoeringswet op dit punt te zullen terugkomen. Ook
het maken van bezwaar achteraf wordt moeilijker gemaakt.
Minister Winsemius zei dat verstandige bestuurders zorgen voor
draagvlak voor hun plannen. Wie de burger overslaat organiseert zijn
eigen verzet, betoogde de minister.
Spanning
Ook senator Engels sneed namens D66 de regierol van de minister van
VROM aan. Hij wees op de mogelijkheid dat deze in de ministerraad op
het gebied van ruimtelijke ordening een bepalende stem zou krijgen.
Vraagtekens zet D66 bij de spanning die kan optreden tussen
bevoegdheden van de verschillende bestuursorganen in het bijzonder
waar regionaal bestuur een rol speelt. Senator Engels wees verder op
de rechtsbescherming van belanghebbende die met een beheersverordening
te maken hebben. De rechter toetst alleen de rechtmatigheid van
gemeentelijke verordeningen en kan dus slechts indirect oordelen over
de inhoud van een beheersverordening, zei Engels.
Lokaal wat lokaal kan
Mevrouw Van Dalen-Schiphorst zei namens de CDA-fractie dat de nieuwe
wet past in het beleid dat het CDA voorstaat: Lokaal wat lokaal kan.
De CDA-senator was blij dat de nieuwe wet de 'lappendeken' die de oude
WRO uit 1965 was geworden, gaat vervangen. Ook zij zette
kanttekeningen bij de nieuwe beheersverordening die als alternatief
voor het bestemmingsplan zou gaan dienen in het buitengebied van een
gemeente. Is er dan wel een ontwikkeling mogelijk of moet er met
ontheffingen worden gewerkt?, vroeg mevrouw Van Dalen. Zij vroeg
duidelijkheid over de reikwijdte van een beheersverordening. Ook sneed
zij de problemen aan die kunnen ontstaan tussen provincie, gemeenten
en een regionaal middenbestuur op het gebied van de ruimtelijke
ordening. Minister Winsemius zei te hopen dat hij dit punt tijdig kan
regelen met zijn collega van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties.
Verrommeling
GroenLinks-senator Van der Lans zei dat de nieuwe spelregels voor de
ruimtelijke ordening uitgaan van een 'blind vertrouwen' in gemeenten.
Volgens hem is het maar zeer de vraag of de nieuwe wet een einde maakt
aan de 'verrommeling' van Nederland. Van der Lans verwees onder andere
naar de wildgroei van bedrijventerreinen langs veel rijkswegen. De
GroenLinks-senator hekelde het verdwijnen van sturingsmogelijkheden
door de rijksoverheid.
Projectbesluit
Mevrouw Bierman-Beukema toe Water prees namens de VVD-fractie de
heldere taakverdeling tussen rijk, provincies en gemeenten die in de
nieuwe WRO wordt nagestreefd. Zij hamerde op een precieze formulering
van wie belanghebbenden zijn bij een projectbesluit. De minister zei
dat dit punt terugkomt bij de formulering van het besluit ruimtelijke
ordening en de invoeringswet WRO.
---
link (opent in een nieuw venster) stenogram 17 oktober 2006 Dit is
een downloadbaar word-bestand van 332.5 Kilobyte word
Aan de informatie op deze site kunnen geen rechten worden ontleend.