Antwoorden op kamervragen van Kant over het aanbieden van medische
preventieve check-ups
Kamerstuk, 19-10-2006
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
PG-K-U-2715628
19 oktober 2006
Antwoorden van minister Hoogervorst op kamervragen van het Kamerlid
Kant over het aanbieden van medische preventieve check-ups.
(2050618920)
Vraag 1
Hoeveel en welke aanbieders en verzekeraars die total body scans of
andere medische check-ups aanbieden waarvoor men een vergunning op
grond van de Wet op het bevolkingsonderzoek (Wbo-vergunning) moet
hebben zijn inmiddels daadwerkelijk aangeschreven? Hebben zij allen
hun werkzaamheden stopgezet? 1)
Antwoord 1
Tot nu toe zijn door VWS alle zorgverzekeraars aangeschreven, die in
de door hun gepubliceerde polisvoorwaarden 2006 preventief onderzoek
naar prostaatkanker, borstkanker en of baarmoederhalskanker aanbieden.
De Inspectie voor de gezondheidszorg heeft het NIPED instituut
bezocht, die tezamen met Delta Lloyd / OHRA een pilot met de
zogenaamde "PreventieKompas" is gestart. Het NIPED heeft de pilot
zodanig aangepast dat er geen onderzoeken worden verricht die in het
kader van de WBO vergunningplichtig zijn. Daarnaast heeft het NIPED
een WBO vergunning aangevraagd bij VWS om in de toekomst
vergunningplichtig onderzoek te kunnen uitvoeren.
Op zeer korte termijn zullen alle andere aanbieders waarvan het
vermoeden bestaat dat ze medische check-ups aanbieden die
vergunningplichtig zijn in de zin van de WBO, worden geïnspecteerd. Op
basis van die resultaten zal de inspectie verdere acties ondernemen,
zoals het melden van overtredingen bij het OM.
Vraag 2
Deelt u de mening dat de check-ups van Preventive Care, Executive
Health Management net zoals van Prescan vergunningplichtig zijn? Zo
ja, waarom kunnen zij hun werkzaamheden dan gewoon voortzetten?
Wanneer gaat u ervoor zorgen dat zijn hun werkzaamheden beëindigen? 2)
Antwoord 2
Om definitief vast te stellen of de check-ups van Preventive Care en
Executive Health Management vergunningplichtig zijn, dient eerst een
onderzoek te worden ingesteld door de inspectie. Daar wordt op korte
termijn mee gestart. Ik verwijs u verder naar het antwoord op vraag 1.
Vraag 3
Klopt het dat het Openbaar Ministerie een onderzoek heeft ingesteld
naar de werkzaamheden van Prescan maar niets kan doen omdat de
werkzaamheden in Duitsland worden uitgevoerd? Zo ja, gaat u de Wbo
zodanig aanpassen dat u hier wel iets tegen kunt doen?
Antwoord 3
Het klopt dat het Openbaar Ministerie een onderzoek heeft ingesteld
naar de werkzaamheden van Prescan en op basis daarvan niet tot
vervolging is overgegaan. Ook al wordt het feitelijke onderzoek in het
buitenland verricht, naar mijn mening is er wel degelijk sprake van
een aanbod in strijd met de WBO. Waar verduidelijking van de WBO nodig
is om de handhaafbaarheid van de wet te garanderen, zal deze worden
aangepast.
Vraag 4
Is er inmiddels een besluit genomen over de aanvraag van het NIPED? Zo
ja, hoe is dat uitgevallen?
Antwoord 4
Ik heb nog geen besluit genomen over de vergunningaanvraag van het
NIPED. De Gezondheidsraad is bezig met opstellen van een advies over
deze aanvraag.
Vraag 5
Kent u de reclame van Prescan en vindt u hun claim daarin geoorloofd?
Zo neen, wat gaat u hieraan doen?
Antwoord 5
Het aanbod van Prescan via internet en advertenties is bekend. In de
antwoorden op de kamervragen naar aanleiding van het algemeen overleg
preventie van 5 april 2006 (Kamerstukken 22 894, nrs. 80 en 98,
vergaderjaar 2005-2006) ben ik uitgebreid ingegaan op de
(on)wenselijkheid van de `total body scan'. Voor het tweede deel van
de vraag verwijs ik naar het antwoord op vraag 1.
Vraag 6
Is het u bekend dat bedrijven door Prescan worden benaderd om hun
personeelsleden preventief te laten onderzoeken? Zo ja, vindt u het
acceptabel dat Prescan haar klantenkring wil uitbreiden terwijl er
geen vergunning is voor de door haar ondernomen activiteiten? Wat kunt
u hiertegen doen?
Antwoord 6
Ik verwijs hiervoor naar het antwoord op vragen 1 en 2.
1) Kamerstukken 22 894, nrs. 80 en 98, vergaderjaar 2005-2006
2) Bachelorscriptie Geijtenbeek en Kuijsten, Algemene
Gezondheidswetenschappen, Universiteit Twente, juni 2006
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport