Minister Bot informeerde Kamer mogelijk onjuist over Nederlandse kinderpornohandelaar
23 oktober 2006
GroenLinks eist, tijdens het wekelijkse vragenuur, opheldering van minister Bot van Buitenlandse Zaken over de betrokkenheid van het Nederlandse consulaat bij de ontsnapping uit Brazilië van een Nederlander die betrokken was bij het produceren en verhandelen van kinderporno. Vandaag is bekend geworden dat de man een marine officier was.
De betrokken man, die op 28 september 2002 in Brazilië werd gearresteerd, vluchtte tijdens zijn voorlopige invrijheidstelling naar Nederland en kon zo zijn strafproces in Brazilië ontlopen. De Braziliaanse autoriteiten stelde de verdachte voorlopig op vrije voeten omdat het Nederlandse consulaat beloofde erop toe te zien dat de verdachte Brazilië niet zou verlaten. De verdachte kreeg van datzelfde consulaat een paspoort en kon ongehinderd terugreizen naar Nederland.
Naar nu blijkt was de verdachte tot april 2004 een officier van de Nederlandse Koninklijke Marine. Een Braziliaanse officier van justitie verklaarde dat de voorlopige vrijlating goedgekeurd werd daar geen vluchtgevaar bestond omdat de verdachte een gerespecteerd lid van de Koninklijke Marine was. Als dit waar is, dan heeft minister Bot de Kamer mogelijk onjuist geïnformeerd.
Volgens minister Bot berustte de voorlopige vrijlating van de verdachte marineofficier op een misverstand bij de Braziliaanse autoriteiten en kon het Nederlandse consulaat niet anders dan paspoorten aan de verdachten uitreiken.
Daarnaast is het onbegrijpelijk dat er geen disciplinaire maatregelen zijn genomen tegen de verdachte marineofficier, in afwachting van het lopende strafproces. Daarover moet de minister van Defensie nadere opheldering geven.
Farah Karimi
GroenLinks