Algemene Onderwijsbond

Let op: Embargo: tot 19:30 uur

Topinkomens HBO stomen door

Ondanks loonmatiging van het personeel in het hoger beroep onderwijs

Utrecht- De inkomens van de topbestuurders in hoger beroepsonderwijs stegen vorig jaar drie keer zo hard als het docentensalaris. Terwijl het personeel in 2005 genoegen moest nemen met een loonsverhoging van 0,6 procent, is de inkomenskloof tussen bestuurders en personeel vorig jaar opnieuw gegroeid, blijkt uit onderzoek van de Algemene Onderwijsbond naar de jaarrekeningen van hogescholen.

Sommige bestuurders maakten zelfs nog grotere sprongen vooruit. Bij de grootste groeier (Hogeschool Drenthe) stegen de bestuurskosten van de voorzitter van het college van bestuur in één jaar 19 duizend een toename van 14 procent. Bij Saxion Hogescholen werd het bruto salaris van drie bestuursleden tussen de 9 en 16 procent verhoogd, een stijging van 13.000 tot 18.000 euro. De bestuursvoorzitters van InHolland (Jos Elbers), Hogeschool Utrecht (Geri Bonhof) en Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (Marcel Wintels) zagen hun inkomen met 4 tot 6 procent toenemen. Iedereen weet het nog: de afgelopen jaren deed het kabinet Balkende een dringend beroep tot loonmatiging om het kwetsbare economisch herstel niet in de wielen te rijden en daaraan werd in de collectieve arbeidsvoorwaarden van semi-publieke sectoren gehoor aangeven. Terwijl veel werknemers waaronder docenten dit offer in de portemonnee voelden, werd de portemonnee van de bestuurders dus vetter. De colleges van bestuur, de bazen van het hbo-personeel, vallen buiten de cao. Hun salarissen zijn gebaseerd op een aparte regeling die adviesbureau Hay Group in 1998 in elkaar zette onder de naam Totaal Vast Inkomen. Hierin wordt gekeken welke groei topinkomens in andere sectoren beleven en wat acceptabel is voor hogeschoolbestuurders. In 2004 bedroeg dat percentage 2,4 procent en vorig jaar lag het advies op 2,03 procent. Ruim drie keer zoveel als de docent in de collegezaal. De werkelijke inkomensontwikkeling wordt niet alleen bepaald door dat vaste salaris. Een aantal bestuurders heeft daarnaast aanspraak gemaakt op prestatiebeloningen, gratificaties of andere toelages. In sommige gevallen wordt een grotere sprong vooruit verklaard als een inhaalslag die het bestuurssalaris te maken had of een opwaardering binnen het beloningssysteem. Gerrit Stemerding, dagelijks bestuurder van de AOb, vindt dat slecht verteerbaar. "Er wordt gemeten met twee maten. Als we in dit land gezamenlijk afspreken dat we de lonen matigen, dan geldt dat voor iedereen. Maar als het tempo van de stijging van die inkomens geen enkele relatie meer heeft met de ontwikkeling in de cao's, dan is er iets grondig mis. Als je je personeel vraagt een pas op de plaats te maken, vind ik het slecht verteerbaar dat je als bestuurder er wel flink op vooruit gaat. Ook al blijf je dan officieel binnen de grenzen van je beloningsstelsel. Dan verschuil je je achter het systeem dat je zelf hebt ingevoerd. Let wel, we hebben het over gemeenschapsgeld. Ik vraag me af of raden van toezicht onafhankelijk genoeg zijn om over de beloning te waken. Het zijn nog wel eens bekenden uit hetzelfde wereldje. Wie houdt er toezicht op de toezichthouders?" Gerrit is over een aantal hogeschool wel tevreden. "Er zijn gelukkig bestuurders die het goede voorbeeld geven en net als het personeel aan loonmatiging doen. Dat compliment moet ook gemaakt worden."



Algemene Onderwijsbond