Universiteit Maastricht

6 december 2006
Een mensenrechtenbenadering van geweld tegen vrouwen Oratie prof. dr. Ineke Boerefijn: De blinddoek opzij

Geweld tegen vrouwen is een schending van de rechten van de mens. Een effectieve aanpak door de overheid moet daarom op mensenrechten zijn gebaseerd. Dat is de boodschap van Ineke Boerefijn, die vrijdag 8 december met haar oratie de Opzij-wisselleerstoel aanvaardt. Ze is de vierde Opzij hoogleraar.

Mensenrechtenverdragen garanderen rechten aan "een ieder" en verbieden discriminatie op grond van, onder meer, geslacht. Iedereen is gelijk voor de wet en gelijk voor de rechter. Dat is wat Vrouwe Justitia symboliseert met haar blinddoek. Neutrale regels bieden echter in de praktijk niet per definitie gelijke bescherming, stelt Ineke Boerefijn. Tot voor kort beschermden mensenrechten vooral tegen overheidsoptreden in de openbare sfeer. Omdat huiselijk geweld de meest voorkomende vorm van geweld tegen vrouwen is, viel dat buiten het bereik van mensenrechten, ondanks het feit dat het op grote schaal voorkomt en ernstige gevolgen heeft. Dankzij intensieve en succesvolle lobbies van vrouwenorganisaties is daarin sinds de jaren '90 verandering gekomen; nu is algemeen aanvaard dat geweld tegen vrouwen een schending van mensenrechten is.

Er zijn volgens de Opzij hoogleraar een aantal mensenrechten in het geding. Het recht op leven, het recht gevrijwaard te zijn van marteling, de aantasting van de lichamelijke integriteit, het recht gevrijwaard te zijn van wrede en onmenselijke behandeling, seksueel geweld en discriminatie.
Dat mensen rechten hebben, brengt mee dat staten verplichtingen hebben. Ineke Boerefijn vindt het belangrijk dat bij de concretisering van de verplichtingen wordt aangesloten bij bestaande mensenrechtennormen en de uitleg daarvan in jurisprudentie. Dat onderstreept dat geweld tegen vrouwen een schending is van internationaal aanvaarde en beschermde mensenrechten, en dat de consequenties van schendingen voortvloeien uit het internationale recht. Er zijn verschillende internationale instanties die toezicht houden op de naleving van de rechten van de mens. Als de verschillende deskundigen elkaars werk meer gebruiken, helpt dat een einde te maken aan de bestaande verkokering tussen mensenrechten en vrouwen en recht.

Overheden mogen geen wetgeving en beleid in stand houden die vrouwen discrimineert. Dat houdt ook in dat zij moeten letten op de gevolgen van sekseneutrale wetgeving en beleid. Het Nederlandse beleid over huiselijk geweld is sekseneutraal, en besteedt daarom onvoldoende aandacht aan de oorzaak van deze vorm van geweld, te weten de structurele ongelijkheid tussen vrouwen en mannen. Het beleid over huiselijk geweld zou moeten zijn ingebed in het emancipatiebeleid, betoogt Boerefijn.
Overheden zijn aansprakelijk volgens het internationale recht als overheidsfunctionarissen geweld tegen vrouwen plegen. Het VN Verdrag tegen Marteling geeft daarvoor een goed kader. Tot voor kort hield het Comité tegen Marteling, dat toeziet op de naleving van het Verdrag, zich nauwelijks bezig met seksespecifieke schendingen. Op basis van recente uitspraken heeft Boerefijn goede hoop dat daarin verandering is gekomen. Zij spoort deskundigen op het gebied van geweld tegen vrouwen daarom aan dit Verdrag meer te gebruiken in hun werk. Overheden kunnen daarnaast ook aansprakelijk zijn voor huiselijk geweld als er niet direct een overheidsfunctionaris bij betrokken is. Dat is het geval als de overheid onvoldoende maatregelen heeft getroffen om geweld tegen vrouwen te voorkomen en te bestrijden. De blinddoek die in het verleden leidde tot blindheid voor de verhalen van vrouwen begint doorzichtig te worden, vat Boerefijn samen. `De blinddoek van Vrouwe Justitia symboliseert de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van de rechterlijke macht, wat ook tot de fundamentele rechten van de mens hoort. Het negeren van relevante verschillen leidt echter tot onrechtvaardige uitkomsten. In dergelijke gevallen moet de blinddoek opzij.'

De Opzij-wisselleerstoel werd ingesteld bij het 25-jarig jubileum van het maandblad Opzij in 1997. Het thema van de leerstoel is `Vrouwen in conflictsituaties'. De leerstoel is ondergebracht bij het Centrum voor Gender en Diversiteit van de Universiteit Maastricht.

Noot voor de pers:
Voor meer informatie over de inhoud van dit persbericht kunt u terecht bij Femke Kools, tel. 043 3885230, e-mail femke.kools@ssc.unimaas.nl De afdeling Communicatie & Relatiebeheer van de UM is bereikbaar via 043 388 5222, e-mail pers@bu.unimaas.nl. Voor urgente zaken buiten kantooruren: 06 4602 4992. De persberichten van de Universiteit Maastricht staan op internet: http://www.pers.unimaas.nl/ Zie ook het Research Magazine voor meer interessant onderzoek aan de UM: http://www.unimaas.nl/researchmagazine

Universiteit Maastricht - 30 years of international quality Maastricht University is a Dutch university with a strong European and international outlook. Cherishing and stimulating talented people and creating opportunities for innovative education and research relevant to society's needs are core values of Maastricht University.