European Union



RAAD VAN

DE EUROPESE UNIE

NL

P/06/145

Brussel, 11 december 2006

16553/06 (Presse 359)

(OR. en)

Verklaring van het voorzitterschap namens de Europese Unie over het "constitutioneel referendum" in Nagorno-Karabach op 10 december 2006

De Europese Unie weet dat op 10 december 2006 in Nagorno-Karabach een "constitutioneel referendum" heeft plaatsgevonden. De EU brengt in herinnering dat zij de onafhankelijkheid van Nagorno-Karabach niet erkent. Zij erkent noch het "referendum" noch het resultaat daarvan.

De EU geeft opnieuw zijn volle steun aan de Minsk-groep van de OVSE en zijn covoorzitters, en aan hun inspanningen voor een regeling van het conflict in Nagorno-Karabach. De EU is van mening dat het houden van een dergelijk "referendum", waarmee vooruitgelopen wordt op de uitkomst van de lopende onderhandelingen, niet heeft bijgedragen aan de constructieve pogingen om tot een vreedzame oplossing van het conflict te komen. Zij roept alle partijen bij het conflict op zich meer in te spannen om het conflict via onderhandelingen te beëindigen.

De toetredende landen Bulgarije en Roemenië, de kandidaat-lidstaten Turkije, Kroatië * en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië
*, de landen van het stabilisatie- en associatieproces en mogelijke kandidaat-lidstaten Albanië, Bosnië en Herzegovina, Montenegro, Servië en de EVA-landen IJsland, Liechtenstein en Noorwegen, die lid zijn van de Europese Economische Ruimte, alsmede Oekraïne en de Republiek Moldavië, sluiten zich bij deze verklaring aan.


* Kroatië en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië blijven deelnemen aan het stabilisatie- en associatieproces.