PET-scan voorkomt overbodige operaties bij longkanker
Een PET-scan bij longkanker kan bij 1 op de 5 patiënten een overbodige
operatie voorkomen. De inzet van deze scan bij longkanker werkt
bovendien kostenverlagend. Dit blijkt uit onderzoek door Harm van
Tinteren van het Integraal Kanker Centrum te Amsterdam, die op 13
december a.s. promoveert aan VU medisch centrum.
Uit buitenlands onderzoek was bekend dat een PET-scan van waarde zou
kunnen zijn bij de diagnose van longkanker. Onbekend was echter in
welke mate een PET-uitslag het beleid van longartsen ook echt zou
veranderen. De resultaten van het onderzoek waren dermate overtuigend
dat ze in 2004 in landelijke richtlijnen werden opgenomen. Inmiddels
tonen cijfers van de kankerregistratie aan dat het aantal operaties
bij longkanker met 20 % is gedaald.
Een belangrijke vooruitgang zat in de manier waarop de studies
ingericht waren. Gerandomiseerd onderzoek, waarbij loting bepaalt wie
wel en niet voor de scan in aanmerking komt, is relatief onbekend in
de wereld van beeldvormend diagnostisch onderzoek en was nog niet
eerder uitgevoerd op het gebied van PET. Het onderzoek van van
Tinteren geeft richtlijnen voor gerandomiseerd onderzoek bij andere
technieken.
Het onderzoek is uitgevoerd in samenwerking met diverse afdelingen van
VU medisch centrum, het iMTA uit Rotterdam en longartsen van
ziekenhuizen uit de regio.
Vrije Universiteit Amsterdam