De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
ons kenmerk : BBR. 2006/531
datum : 20-12-2006
onderwerp : Reactie op aangenomen moties begroting LNV 2007
bijlagen :
Geachte Voorzitter,
Bijgaand ontvangt u mijn reactie op de aangenomen moties, ingediend
bij het debat over de begrotingsstaat van het ministerie van Landbouw,
Natuur en Voedselkwaliteit (30 800 XIV) voor het jaar 2007.
Motie Waalkens c.s. nr. 41 (30 800 XIV)
Verzoekt de regering om te onderzoeken op welke wijze via modulatie en
cross-compliance eisen ten aanzien van weidegang van koeien kunnen
worden opgelegd dan wel via differentiatie en hectarepremies kunnen
worden gestimuleerd.
Reactie
Het onderzoek waar de motie om verzoekt, zal worden uitgevoerd.
Momenteel bezie ik hoe dit onderzoek nader kan worden ingevuld en
wanneer ik de resultaten mag verwachten. Ik zal uw Kamer hierover
informeren.
Motie Waalkens c.s. nr. 42 (30 800 XIV)
Verzoekt de regering om certificering in de handel in dieren verplicht
te stellen;
Verzoekt de regering om voor honden en katten een sluitend
identificatie- en registratiesysteem op te laten zetten.
Reactie
In het Forum Welzijn Gezelschapsdieren is een aantal afspraken gemaakt
die neerkomen op vrijwillige certificering, ondersteund met
handhaving. Dit wil ik borgen middels een AMvB, waardoor er een
stevige stimulans voor certificering komt. Degenen die geen
certificering aanvragen, kunnen verscherpte controle tegemoet zien. Ik
vind dat we deze gekozen weg kans moeten bieden om tot wasdom te
komen.
Daarnaast heb ik uw kamer op 14 september jl. reeds toegezegd, te
willen onderzoeken hoe verplichte I&R uitgevoerd zou moeten worden,
wat de te verwachten kosten zijn, en of gestelde doelen in zulks geval
realiseerbaar zijn. Dit onderzoek naar de meerwaarde van een verplicht
identificatie en registratiesysteem, hetgeen ook onderdeel uitmaakt
van de afspraken met het Forum, zal naar verwachting halverwege 2007
gereed zijn.
Motie Waalkens c.s. nr. 45 (30 800 XIV)
Verzoekt de regering om in samenwerking met Dierenbescherming en
Federatie Dierenambulances Nederland dierenambulances te betrekken bij
het opstellen van rampenplannen op voorwaarde dat de dierenambulances
gecertificeerd zijn.
Reactie
Ik zal de koepel van dierenambulances en dierenopvangorganisaties
zoveel mogelijk betrekken bij de verschillende crisisdraaiboeken van
mijn departement. Voorts zal ik de minister van BZK verzoeken om na te
gaan of er in de rampenplannen is opgenomen dat dierenambulances
worden ingeschakeld bij rampen waarbij dieren betrokken zijn.
Motie Waalkens c.s. nr. 46 (30 800 XIV)
Roept de regering op om met onmiddellijke ingang de druk- en
drijfjacht opnieuw te verbieden.
Reactie
Druk- en drijfjacht is in Nederland al sinds 2002 verboden. Afschot
van wilde zwijnen wordt alleen toegestaan in het kader van
noodzakelijk populatiebeheer of schadebestrijding. Afschot vindt in
principe plaats via het leggen van lokvoer. Als die methode door het
Faunafonds niet effectief wordt geacht omdat er in een jaar teveel
natuurlijk voedselaanbod is, wordt de één-op-één methode toegestaan.
Daarin wordt één persoon toegestaan wilde zwijnen op een rustige
manier binnen het schootsveld van één geweerdrager te brengen. De
dieren worden niet opgejaagd en kunnen met één geweerschot worden
gedood. De één-op-één methode lijkt niet op de klassieke druk- en
drijfjacht.
Motie Atsma c.s. nr. 47 (30 800 XIV)
Verzoekt de regering de Kamer geen voorstellen te doen aangaande de
invoering van een kenteken voor tractoren, aanhangers en machines.
Reactie
Zoals toegezegd zal ik, nu deze motie is aangenomen, de minister van
Verkeer en Waterstaat van de opvatting van de Kamer in kennis stellen.
Ik teken daarbij aan dat deze zaak nog bij de Raad van State ligt en
dat de regering haar advies af zal wachten.
Motie Atsma c.s. nr. 48 (30 800 XIV)
Roept de regering op te komen met een plan van aanpak teneinde de
visstroperij een halt toe te roepen middels verruiming van de
opsporing en een aanscherping van het sanctiebeleid.
Reactie
Ik kan u melden dat het Plan van Aanpak Bestrijding Visstroperij reeds
bestaat. Dit plan van aanpak voorziet in samenwerking tussen de AID en
de politie in zogenaamde stroperijteams. De eerste successen kunnen
worden gemeld. Daar waar nodig en mogelijk zal dit plan echter nog
verder worden aangescherpt, mede op basis van praktijkervaringen.
Na eerdere toezeggingen van mijn kant is de capaciteit voor opsporing
van visstroperij reeds uitgebreid. Nu is bij de AID voldoende
capaciteit gereserveerd enkel voor visstroperij. Verruiming van de
opsporing in die zin is dan ook niet aangewezen.
In 2007 zal aan verdere aanscherping van het sanctiebeleid gewerkt
worden.
In overleg met het openbaar ministerie zullen de Richtlijnen voor
strafvordering voor de Visserijwet 1963 nader bekeken worden. Waar
nodig zullen deze worden aangepast. In het Handhavingsdocument voor de
visserijregelgeving, dat aan de Tweede Kamer zal worden toegezonden,
is het onderwerp visstroperij ook opgenomen.
Motie Van Velzen c.s. nr. 50 (30 800 XIV)
Verzoekt de regering, er in Europa op aan te dringen een heffing voor
het gebruik van proefdieren in te stellen en de opbrengst van deze
heffing te besteden aan het onderzoek naar alternatieven voor
dierproeven.
Reactie
Ik zal het verzoek van de kamer, om er in Europa op aan te dringen een
heffing voor het gebruik van proefdieren in te stellen en de opbrengst
van deze heffing te besteden aan het onderzoek naar alternatieven voor
dierproeven, overbrengen aan mijn collega, de minister van VWS.
Motie Graus c.s. nr. 55 (30 800 XIV)
Verzoekt de regering te bevorderen dat dierenwelzijn een hoofdvak
wordt in het agrarisch onderwijs.
Reactie
Dierenwelzijn is in het groen onderwijs geen afzonderlijk vak, maar
een aspect van alle diergerelateerde opleidingen. Het maakt
onlosmakelijk deel uit van de beroepsvorming en de attitudevorming in
die opleidingen. De aandacht voor dit aspect neemt toe.
De wettelijk vastgelegde verantwoordelijkheidsverdeling bepaalt dat
het MBO-onderwijs tezamen met het bedrijfsleven de eindtermen voor het
onderwijs ontwikkelt en dat de overheid de eindtermen vaststelt. De
huidige eindtermen worden geleidelijk vervangen door
competentiegerichte kwalificatiedossiers. In de nieuwe
competentiegerichte kwalificatiedossiers komt dierenwelzijn expliciet
aan de orde in de kernopgaven (en in de competentie Ethisch en integer
handelen).
Voor het HBO is het beeld globaal gezien hetzelfde, zij het dat hier
de eindtermen door de instellingen zelf worden bepaald in samenspraak
met het bedrijfsleven. Echter gaat het ook hier om een belangrijk
aspect van de beroepsvorming binnen diergerichte opleidingen.
Ik zal in de komende tijd bij de vaststelling van eindtermen en bij de
toekenning van vakdepartementale middelen het aspect van dierenwelzijn
zwaarder laten wegen.
Motie Graus c.s. nr. 58 (30 800 XIV)
Verzoekt de regering te onderzoeken of een nationaal alarmnummer voor
dieren kan worden ingevoerd en de Kamer hierover voor 1 april 2007 te
informeren.
Reactie
Ik meen dat het instellen van een dergelijk nationaal alarmnummer voor
dieren goed zou passen bij het idee dat eerder in de Tweede Kamer met
betrekking tot de front office en het concept Eenduidig toezicht naar
voren is gebracht. De AID en de VWA doen al mee en ik wil nagaan of
ook de LID hierbij betrokken kan worden.
Motie Cramer c.s. nr. 61 (30 800 XIV)
Verzoekt de regering, voortvarend door te werken aan een brede nota
natuur- en milieueducatie en daarbij een substantieel
voorwaardenscheppend beleid te ontwerpen.
Reactie
LNV ontwikkelt, in samenwerking met de ministeries van VROM en OCW en
andere overheden, de nota Natuur- en Milieueducatie. Ik zal deze nota
in het voorjaar van 2007 aan de Tweede Kamer sturen. In deze nota, in
het in ontwikkeling zijnde programma 'Jeugd, Natuur, Voedsel en
Gezondheid', én in de huidige Regeling Draagvlak Natuur, leg ik
voorwaardescheppend beleid neer.
Motie Van der Ham en Cramer nr. 62 (30 800 XIV)
Verzoekt de regering, de Nota Dierenwelzijn in overleg met betrokken
partijen te actualiseren en in het voorjaar van 2007 ter bespreking
aan de Kamer aan te bieden.
Reactie
Conform het verzoek van de Kamer zal ik starten met de actualisatie
van de Nota Dierenwelzijn. Daarbij is het mijn verwachting dat mijn
opvolger deze actualisatie zal afmaken en de nota nog voor het
zomerreces 2007 naar u zal toezenden.
Motie Van der Ham c.s. nr. 63 (30 800 XIV)
Verzoekt de regering, in de aangekondigde evaluatie van 'de omslag' in
kaart te brengen op welke wijze de verschillende provincies het
overeengekomen beleidskader hebben uitgewerkt, tot welke resultaten
dat per provincie heeft geleid en hoe de omslag heeft uitgewerkt op
het realisatietempo van de EHS;
Verzoekt de regering, op basis van de evaluatie in overleg met
provincies vast te stellen wat een realistische doelstelling voor
particulier beheer per provincie is voor de periode 2007-2013 en de
prestatieafspraken en financiële afspraken met provincies in de
ILG-akkoorden conform aan te passen.
Reactie
In 2007 wordt zowel de ecologische evaluatie van Programma Beheer als
de evaluatie van de omslag van minder verwerving naar meer agrarisch
en particulier natuurbeheer uitgevoerd. Bij deze evaluaties zal worden
voldaan aan de twee verzoeken uit de motie: het in kaart brengen hoe
de afspraken over particulier (en agrarisch) natuurbeheer in de
verschillende provincies hebben uitgepakt en het (op basis daarvan) zo
nodig bijstellen van de prestatieafspraken op dit punt.
Motie Van der Ham c.s. nr. 64 (30 800 XIV)
Verzoekt de regering zorg te dragen dat de bijdrage aan het Groene
Hart ook na 2007 structureel wordt voortgezet.
Reactie
Voor de jaren na 2007 kan het Groene Hart evenals de andere
rijksprogramma's putten uit de EUR 1 miljard uit het Fonds Economische
Structuurversterking (FES) voor de uitvoering van de Nota Ruimte in de
periode 2011-2014. Ik zal mij inspannen uit deze FES-middelen ook geld
te reserveren voor het Groene Hart.
Motie Thieme c.s. nr. 65 (30 800 XIV)
Verzoekt de regering, het legkippenbesluit aan te passen, zodat alle
kooihuisvesting voor legkippen, ook de verrijkte kooi, verboden wordt
en te onderzoeken welke kosten hiermee samenhangen.
Verzoekt de regering, hierbij te onderzoeken in hoeverre het eerdere
wetsvoorstel, waarin een verbod op de verrijkte kooien was opgenomen,
hernieuwd kan worden ingebracht, zodat geen onnodige tijd wordt
verloren.
Reactie
Zoals ik u reeds te kennen heb gegeven in mijn reactie op deze motie
tijdens de begrotingsbehandeling, wens ik niet te tornen aan de
bestendigde lijn van deze regering: niet verder gaan dan datgene wat
in Europa is toegestaan. Ik laat de uitvoering van deze motie dan ook
over aan mijn opvolger. Wél zal ik op korte termijn op dit punt alvast
het gesprek aangaan met de pluimveesector, een inventarisatie maken
van het huidige gebruik van de verrijkte kooi in Nederland en het
gevraagde onderzoek naar de kosten starten.
Motie Thieme c.s. nr. 67 (30 800 XIV)
Verzoekt de regering, prioriteit te geven aan substantieel frequentere
controle van dierenwelzijnwetgeving in de veesector en te onderzoeken
hoe dit gefinancierd kan worden.
Reactie
Zoals ik de Kamer reeds heb kunnen mededelen werk ik momenteel aan de
uitbreiding van de handhavingscapaciteit van de AID met vijftien
fulltime mensen.
Motie Thieme c.s. nr. 68 (30 800 XIV)
Verzoekt de regering, de mogelijkheden te onderzoeken om etikettering
op te stellen voor de herkomst van de eieren welke in producten zijn
verwerkt.
Reactie
Ik zeg toe te onderzoeken wat wel en niet kan op het gebied van
etikettering binnen EU-en WTO-regels en u daarover uiterlijk in april
2007 te berichten. Overigens wil ik ook het bedrijfsleven uitnodigen
om mee te denken.
Motie Van der Vlies c.s. nr. 73 (30 800 XIV)
Verzoekt de regering zich ervoor in te zetten dat er een Europees
verbod komt op het onverdoofd castreren van biggen per 1 januari 2009.
Verzoekt de regering voorts in Nederland krachtig te stimuleren dat
castratie van biggen onnodig is, hetzij door detectie van berengeur,
hetzij anderszins.
Reactie
Hetgeen in de motie gevraagd wordt, is al bestaand beleid. Ik zal me
daar in EU-verband nog hard voor maken, zolang mijn ambtstermijn
voortduurt. Samen met de Europese Commissie organiseert Nederland in
januari 2007 een conferentie over dit onderwerp.
De minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit,
dr. C.P. Veerman
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit