Wageningen Universiteit

Persbericht Wageningen Universiteit, nr 004, 16 januari 2007

GELD STINKT NIET

Euromunten en papiergeld op de markt, slager of snackbar bevatten slechts weinig ziekmakende bacteriën, zo constateren onderzoekers van Wageningen Universiteit na een onderzoek van eurogeld op de Wageningse markt en binnenstad. Het onderzoek maakt deel uit van een internationale vergelijking van geld op besmettelijke bacteriën.

De Wageningse onderzoekers van de leerstoelgroep Levensmiddelenmicrobiologie namen deel aan het onderzoek vanwege de veronderstelling dat geld mogelijk veel bacteriën bevat, omdat het van hand tot hand gaat in diverse omgevingen waar besmetting met ziekmakende bacteriën kan optreden. Dat valt mee, zo blijkt uit het onderzoek.

Het onderzoeksteam onder leiding van de levensmiddelenmicrobioloog dr. Rijkelt Beumer onderzocht drie setjes van negentig munten (stuivers, 50 cent en 2 euro) en twee maal zestig briefjes (van 5 en 20 euro) afkomstig van bakkers, slagers, groenteboeren, visboeren, kaasboeren en broodjeszaken/snackbars. Het team trof relatief weinig bacteriën aan. Zij vonden meestal tussen 10 en 600 bacteriën op munten; een enkele keer duizend bacteriën. Op papiergeld meestal 250-20.000 bacteriën tot enkele miljoenen. Zij concluderen dat dit relatief weinig is, in ogenschouw genomen dat er op een normaal blad andijvie zeker tien miljoen bacteriën voorkomen en op handen een paar miljoen.

Maar aantallen bacteriën zijn geen goede indicator voor het risico dat geldbezitter loopt. De soorten bacteriën zijn van meer belang. Het team trof echter geen Salmonella aan, bacteriën die via rauw vlees bij de slager of poelier op het geld terecht kunnen komen, en hier en daar een E. coli bacterie, onder andre een indicator voor een slechte persoonlijke hygiëne. De ziekteverwekker Bacillus cereus, die vaak met de consumptie van Chinese maaltijden wordt geassocieerd, maar overal in onze omgeving voorkomt, konden de onderzoekers in twintig procent van de genomen monsters aantonen, ook weer in zeer lage aantallen. De ziekteverwekker Staphylococcus aureus, die normaal bij meer dan de helft van de mensen voorkomt, werd op zestig procent van de bankbiljetten aangetroffen, meestal in lage aantallen, hoewel er in de kaassector duizend tot een miljoen van deze bacterie per biljet werden aangetroffen.

Deze astronomische aantallen zijn echter ongevaarlijk, omdat de bacteriën op een bankbiljet geen ziekmakende gifstoffen produceren. De metalen euromunten zijn zo glad dat bacteriën nauwelijks mogelijkheden vinden om er zich aan te hechten. Papiergeld biedt betere aanhechtingsgelegenheden, maar in beide gevallen geldt dat de omstandigheden erg droog zijn voor bacteriegroei. En vies is de enorme bacteriënvertegenwoordiging ook niet. Als je vrienden een hand geeft ruil je onderwijl gewoon bacteriën uit, aldus Rijkelt Beumer.

De onderzoekers in andere landen, waaronder Nieuw Zeeland, moeten hun bevindingen nog rapporteren.