besluit tot schorsing directeur
Provincie besluit tot schorsing directeur
31-1-2007 -
Conform het advies van de bezwaarcommissie heeft het college van
gedeputeerde staten gisteren besloten de huidige directeur van Bureau
Jeugdzorg Utrecht per 28 februari te schorsen en over te gaan tot
benoeming van een interim directeur.
De provincie Utrecht gaf de Raad van Toezicht van Bureau Jeugdzorg
Utrecht eerder een aanwijzing om een interim directeur aan te stellen
die zo snel mogelijk orde op zaken moest stellen. Bureau Jeugdzorg
Utrecht was het hier niet mee eens en maakte formeel bezwaar. Een
bezwaarcommissie onder leiding van een externe onafhankelijke
voorzitter concludeerde evenals gedeputeerde staten dat de directeur
van Bureau Jeugdzorg Utrecht niet in staat is gebleken om met een
adequate aanpak de huidige problemen op te lossen.
Al enkele maanden spreekt de provincie haar zorgen uit over de
knelpunten binnen Bureau Jeugdzorg Utrecht. Zij heeft eerder
aangedrongen op het aanstellen van een interim directeur waarop Bureau
Jeugdzorg Utrecht naar de rechter stapte. De rechter constateerde
ernstige knelpunten bij Bureau Jeugdzorg Utrecht en vond het juist dat
de provincie haar bestuurlijke verantwoordelijkheid heeft genomen,
maar vond de aanwijzing onvoldoende onderbouwd. Een schorsing van het
besluit van gedeputeerde staten volgde. Een bezwaarcommissie heeft
bekeken of gedeputeerde staten een correcte beslissing heeft genomen.
Zij adviseerden aan gedeputeerde staten, nu de Raad van Toezicht van
Bureau Jeugdzorg Utrecht weigert in te grijpen, de directeur van
Bureau Jeugdzorg Utrecht zelf te schorsen, vier weken na
besluitvorming, dus per 28 februari. Gedeputeerde staten hebben dit
advies opgevolgd. Het is de eerste keer dat een provincie gebruik
maakt van haar wettelijke bevoegdheid om de directeur te schorsen.
Achtergrond
De zorgelijke resultaten uit een eerder verschenen
doelmatigheidsonderzoek binnen de Utrechtse Jeugdzorg waren voor de
provincie aanleiding om de Raad van Toezicht van Bureau Jeugdzorg
Utrecht op te dragen met een verbeterplan te komen. Zowel het eerste
als tweede en derde ingediende plan bevatte volgens gedeputeerde
staten onvoldoende heldere en afdwingbare afspraken en gaf
gedeputeerde staten vooral niet het vertrouwen dat de geconstateerde
tekortkomingen op het gebied van o.a. wachtlijsten, management en
informatievoorziening op korte termijn afdoende en structureel zouden
worden opgelost.
Om de wettelijke verplichting uit de Wet op de Jeugdzorg te kunnen
realiseren, namelijk jongeren en hun ouders snel en adequaat helpen,
wilde de provincie, Bureau Jeugdzorg Utrecht door middel van een
aanwijzing er toe verplichten om een interim directeur aan te stellen
die noodzakelijke verbeteringen bij Bureau Jeugdzorg Utrecht moest
doorvoeren.
Meer informatie: Suzan Kuijsten, telefoon 030 - 258 2153
Provincie Utrecht